196
Bosch en omgekeerd was, zooals reeds gemeld is, in het Voorloopig Verslag
over de begrooting van Binnenlandsche Zaken de vraag gedaan, of de
Regeering dergelijke ambtenaren naar eigen keuze verplaatsen kon, dan
wel of daartoe hunne toestemming gevraagd werd.
In de Memorie van Antwoord komt hierover het volgende voor
„Nu het Kon. Besluit van 26 Maart 1912, krachtens hetwelk de Rijks
archivaris te Zwolle van standplaats zou wisselen met zijn ambtgenoot te
's-Hertogenbosch, sedert is ingetrokken, omdat de strafvervolging tegen
laatstgenoemden ambtenaar werd voortgezet, meent de ondergeteekende zich
van beschouwingen te dezer zake te mogen onthouden. Intusschen moet
de Regeering zich het recht blijven vindiceeren, om in het belang van
den dienst ambtenaren ook tegen hun zin te verplaatsen."
Verbouwing van het Binnenhof. In de vergadering van
4 April heeft de Eerste Kamer het wetsontwerp betreffende de verbouwing
en uitbreiding van de departementen op het Binnenhof met 34 tegen 4
stemmen aangenomen.
Pensioenregeling voor de gemeente-ambtenaren. Door
het Bestuur onzer Vereeniging is het volgende adres aan de Tweede
Kamer gericht
Aan
de Tweede Kamer der
Staten-Generaal.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen
Het Bestuur van de Vereeniging van Archivarissen in Nederland,
dat het eenerzijds met belangstelling heeft kennis genomen van de
wetsontwerpen, houdende pensioenregeling voor de gemeente-ambtenaren
en voor hunne weduwen en weezen, en de indiening daarvan waardeert;
dat het anderzijds zich volkomen bewust is van het ernstige bezwaar,
dat in de aanneming dezer wetsontwerpen voor de tegenwoordige gemeente
ambtenaren gelegen is met het oog op het groote bedrag, hetwelk wegens
inkoop van diensten, welke vóór 1913 zijn bewezen, op hen zou kunnen
worden verhaald.
Reden waarom het zich geheel aansluit bij hetgeen hieromtrent door
het Hoofdbestuur van den Nederlandschen bond van gemeente-ambtenaren
in diens tot Uwe vergadering gericht adres d.d. 18 December 1912 is
opgemerkt en de hoop uitspreekt, dat bij de wet een regeling moge
Dit adres is afgedrukt in het Weekblad voor den Nederl. Bond van Ge
meente-ambtenaren 19 Dec. 1912. Red.
197
worden getroffen, waarmede aan de bezwaren van de ambtenaren worde
tegemoet gekomen.
't Welk doende enz.
Het Bestuur voornoemd:
S. Muller Fz.,
waarn. Voorzitter.
E. Wiersum,
waarn. Secretaris.
Utrecht,
10 April 1913.
Rotterdam,
Dr. A. Hulshof, toegelaten als privaat-docent in middeleeuwsche ge
schiedenis en palaeographie aan de Utrechtsche universiteit, heeft 30 Mei
1913 zijn lessen geopend met een voordracht over historiographie
der middeleeuwsche geschiedenis van Nederland.
N. R. C., 31 Mei 1913.
Archaeologisch en historisch congres te Gent. Dit
congres zal gehouden worden van 8—13 Augustus 1913. Voorzitters van
het Uitvoerend Comité zijn de heeren Pirenne en Van den Gheyn, een
van de vier onder-voorzitters is de Gentsche gemeente-archivaris V. van
der Haeghen, penningmeester de heer R. Schoorman, ambtenaar aan
het Rijksarchief te Gent.
In de afdeeling geschiedenis zullen o.a. spreken de volgende heeren
G. des Marez, over het Corpus inscriptionum belgicarum.
E. Dony, over Kleine archieven.
J. Cuvelier, over Contemporaine archieven.
G. des Marez, over Contemporaine economische archieven, en
J. Velle, over Oorsprong en techniek der zeeverzekering te Antwerpen
in de 16e eeuw.
De jaarvergadering der Vereeniging van archivarissen in Nederland
zal gehouden worden te Haarlem op Woensdag 2 Juli 1913, in het
Rijksarchiefgebouw.
De heer Dr. P. A. Meilink, commies aan het Rijksarchief in Groningen,
zal een voordracht houden over „het Personaatwezen in de Middeleeuwen".