116 VII. „Register der Nadere Unie", nog in den ouden band en op den rug gemerkt met de letter D, en daarom als register D aangehaald door Van de Spiegel in zijn Bundel van onuitgegeven stukken. Van het eerste gedeelte tot fol. 115 verso, dat stukken inhoudt, die de Unie van Utrecht betreffen, is in 't ordonnantieboek maar eenmaal sprake, n.l. in een zeer algemeen gestelden post van 28 April 1579 van 485 (d. i. 97) bladen, in dit boek en in een register van commissiën geschreven. Eene ordonnantie van 24 Februari 1580 slaat op fol. 115 verso en volgende, maar het grootste gedeelte van de rest van het deel schijnt dan niet meer genoemd te wordenwij moeten wel aannemen, dat het hierin geschrevene nader aangeduid geweest is in het register van het schrijfwerk der klerken. De inhoud van fol. 115 vlg. had m. i. even goed in no. V of no. VI kunnen zijn opgenomen; de stukken zijn van 1581 1591. VIII. „Register van de Unie (Unieboek) tusschen Holland en Zeeland". Dit register dankt zijn vreemden naam aan de omstandigheid, dat op fol. 1 12 een afschrift gevonden wordt van de Unie van 25 April 1576. Zooals bekend is, was een van de hoofdpunten in deze Unie de invoering van gemeene middelen in de twee gewestenhet register blijkt gediend te hebben voor de beschrijving van de verpachting dezer middelen, niet alleen in Zeeland, maar ook minder uitvoerig in Holland. Tegelijk is het bestemd als register van de ordonnantiën op Adriaan Manmaker, tresorier van Zeeland (fol. 116 v.g.). Dit gedeelte bevat de door mij gebruikte gegevens. Op fol. 156 treft men ééne ordonnantie aan van 6 April 1579 op den rentmeester-generaal van de gemeene middelen over Beoosten Schelde, welke functionaris maar tijdelijk heeft bestaanen op fol. 186 een hoofd „Ordonnantiën en lasten op Joos Eeuwoutsz., alsnu rentmeester van de gemeyn middelen over Duvelandt", dat doorgehaald is, omdat dezelfde reden hier ten gevolge heeft gehad, dat geene ordon nantie onder dit hoofd te boeken viel. De laatste ordonnantie op Manmaker in dit deel is van 28 Juli 1583, op fol. 186 verso, terwijl de staat van de verpachte middelen over Holland voor zes maanden, ingaande 1 October 1580, op fol. 187201, behoort te volgen achter de „notulen" van de imposten van de gemeene zaak in Zeeland over denzelfden termijn op fol. 316 verso tot 325 verso, de laatste beschreven bladzijde van dit boek. IXXI zijn registers van ordonnantiën op verschillende rentmeesters. Zij worden vermeld in eene ordonnantie van 5 November 1582 (op fol. 172 verso), waar ook sprake is van no. VIII, fol. 116172, zoodat zij dus de betaling der inschrijving van alle ordonnantiën tot dien datum schijnt te betreffen„Register van de rentmeesters van de Staten", „Register van de domeinen Bewest en Beoost", „Register van de rent meesters van 't extraordinaris". In het register van de domeinen is nader- 117 hand heel weinig meer bijgeschreven; dat van 't extraordinaris is tot 1586, dat van de rentmeesters der Staten tot 1646 gebruikt. XII. Register van borgtochten. Betreffende het schrijven in dit register heb ik geene ordonnantie gevonden. Op fol. 3 staat het hoofd „Borch- tochten van de rentmeesters en de andere officiers binnen Zeeland, die eenichssins comptabel zijn, rakende den lande, die gemeyne zaecke, domeynen ende andere affairen, die Staten van Zeelandt aengaende"het eerste stuk is van October 1578. Op fol. 1—2 staan zes borgtochten geregistreerd uit de jaren 15771582; de eerste drie betreffen personen, die restanten van de laatste rentmeesters uit den landsheerlijken tijd hadden te innen de twee volgende zijn borgtochten van deurwaarders; de zesde schijnt bij vergissing hier gesteld te zijn, want hij past onder het genoemde hoofd. Het deel loopt tot 1686. XIII. Register van verbandbrieven. Ook dit heb ik in geene ordon nantie vermeld gevonden. Het eerste geregistreerde stuk (fol. 1—3 verso) is van 18 Januari 1580, het volgende van 1584, het laatste van 1644. XIV. „Rapportboek". Dit register heeft vermoedelijk tot de eerste vijftien banden behoord. Daar het verloren is, vermeld ik, wat de ordon nantiën er van zeggen „Den 2en September 1579 is ordonnancie gegeven op desen tresorier tot prouffyte van Sebastiaen Oostermans ende Maillaert Mertes, clercken, over gescreven te hebben Item int rapportboeck 95 bladeren, van den beginne tot zeecker rapport, by Vosbergen geëxhibeert den 5en Augusti '79". „Den eersten January 1580 is ordonnancie gegeven op desen tresorier ten prouffyte van Maillart Martenssen ende Sebastiaan Oostermans over gescreven te hebben in de registers van den Rade, te weten int boeck van rapporten, beginnende van zeker raport van Vosbergen, geëxhi beert den 6en Augusti 1579, ende eyndende aen den inventaris van mr. Jan van de Warcke van de stucken, in zijn rapport gementioneert, gedaen den 27en Octobris daeraen incluys, makende 100 bladeren „Den 7en December 1580 is ordonnancie gegeven op desen tresorier tot profijtte van Sebastiaen Oostermans ende Simon Jasperszover gescreven te hebbenalnoch int registre van raportten de nombre van veertich bladeren, beginnende van zekere instrumente by maniere van memoriael, geëxhibeert by Vosbergen 20a January 1580, ende eyndende aen het sommier, overgegeven by mr. Jacob Valcke 5a Aprilis 1580 „Tenselven daghe (11 Augustus 1581) is alnoch ordonnancie gegeven op desen tresorier tot proffyte alsvooren over gescreven te hebben item int register van raporten 150 bladeren, beginnende aen seker verbael, geëxhibeert by mr. Jacob Valcke den 2en Marty 1581, tot zeker raport van den recesse van den Staten-Generael tot in haerder vergadering, gehouden tot Delff in Decembri 1580 ende January 1581 oock incluys

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1912 | | pagina 8