64 ditmaal volstrekt niet, dat het Mr. Ebell is, die in deze zaak „gelogen" heeft. Voor Dr. Smits echter schijnt mij het feit, dat hij het voor ons oor deel beslissende stuk, welks bestaan hem bekend was en dat onder hem berustte, achtergehouden en niet vermeld heeft, toen hij de voor de eer van zijn tegenstander zoo belangrijke quaestie in het openbaar ter sprake bracht, bijzonder bezwarend. Al gelukt het de overtuiging te behouden, dat hij in dezen te goeder trouw gehandeld heeft, dan toch verdient de lichtvaardigheid, waarmede deze rijksambtenaar in het openbaar onbewezen en onjuiste mededeelingen verspreidt, strenge afkeuring. En een zéér pijnlijken indruk maakt het, dat hij aldus gehandeld heeft, terwijl hij zijn ambtelijken chef zonder het geringste bewijs openlijk verdacht maakte en grievend beleedigde. Met het constateeren van de boven gestelde feiten meen ik voldaan te hebben aan mijn ambtelijken plicht. S. MULLER Fzn., waarn. rijksarchivaris in Noord-Brabant. De Gemeente-archieven in 1911 I. Personeel. 's-G ravenhage. Met ingang van 1 Januari kreeg de tijdelijke schrijfster Mej. H. A. A. Palthe hare vaste aanstelling. Met ingang van 1 Juli werd aan de tweede klerk Mej. H. J. J. M. van Diepen eene periodieke verhooging van 100 toegekend. Rotterdam. De klerk G. van Vooren, sinds 1 Augustus 1907 tijdelijk en sinds 1 Januari 1910 vast als klerk werkzaam, verliet met het einde van het jaar den archiefdienst, om overgeplaatst te worden naar het bureau onderwijs. Schiedam. Bij besluit van B. en W. werd de Heer N. J. M. Dresch met ingang van 26 April 1911 benoemd tot archivaris. Utrecht. De tractementen van den commies-chartermeester en van den klerk zijn volgens de verordening verhoogd met 200 en 100. Het loon van den schrijver Brinkhuis is verhoogd met 1.50 per week. V 1 i s s i n g e n. Door den Heer Ds. P. K. Dommisse werd wegens zijnen hoogen leeftijd ontslag aangevraagd als Gemeente archivaris en met 1 Juli 1911 werd in zijn plaats benoemd de Heer H. G. van Grol, leeraar aan de Hoogere Burgerschool en Handelsschool. De jaarwedde is voor den nieuwen functionaris verhoogd van 100 tot 200. Voorzoover niet anders is vermeld, zijn de mededeelingen ontleend aan de gemeente-verslagen. 65 II. Toestand der Verzamelingen. Eindhoven. Van wat van af het jaar 1851 met het archief is voorgevallen wordt een overzicht gegeven in het gemeenteverslag over 1911. III. Bewarino der Verzamelingen. Alkmaar. Het 8 ramen lange archief-locaal werd door een schot met 2 doorgangen verdeeld in 2 ruime vertrekken, zeer ten bate van een betere verwarming van het gedeelte waarin de werk zaamheden worden verricht. Eindhoven. Het belangrijkste gedeelte van het archief werd overgebracht naar de daarvoor bestemde brandkluis, alwaar thans alles systematisch geordend is. Gouda. In het gebouw werden eenige verbeteringen aan gebracht. Kampen. De voortdurende en groote toevoer van nieuw archief doet een ernstige behoefte aan meer ruimte voor berging ontstaan. Leeuwarden. Het archief bevindt zich over het algemeen in goeden toestand. De bewaarplaats op het stadhuis is, wat licht, lucht en droogte aangaat, zeer goed, doch het brandgevaar blijft bestaan. Schiedam. In een der voor de berging van archivalia in gebruik zijnde lokalen werd aan het einde van dit jaar een nieuwe betonvloer gelegd. IV. Beschrijving der Verzamelingen. Alkmaar. De vervaardiging van een kaart-klapper werd voort gezet, drievoudig, naar plaatsen, personen en onderwerpen. Amsterdam. Het archief van het College der Gezamenlijke Brouwers, van uit de helft der 17de eeuw tot 1871, werd grooten- deels geregeld. De doopfiches kwamen gereed tot 1751, werden geordend tot 1756; klappers op de poorterschappen werden voltooid tot 1653, terwijl een topografische klapper op de kwijtscheldingen van 1756—1776 vorderde. Arnhem. De nadere regeling en beschrijving van den inhoud der zoogenaamde laden is voortgezet. Dit jaar is de niet onbelangrijke verzameling bescheiden be trekkelijk het Veer en de Rijnbrug bij de stad en het Veer van Oosterbeek op Driel bewerkt. In het verslag wordt opgave gedaan van de indeeling dier stukken. De afschrijving der oude stadsrekeningen is weder voortgezet. Thans is de kopie van die der jaren 13531393 gereed. Breda. Ook dit jaar is weer voortgewerkt, volgens het meer-

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1912 | | pagina 18