164
a. Rijksarchivaris-beheerder3850.
b. Rijksarchivarissen5916.66
c. hoofdcommiezen7137.50
d. commiezen. 6150.
e. adjunct-commiezen7475.
concierges en verdere bedienden 6710.84
g. toelagen voor gemis van genot van kopie-
loonen500.
Artikel 171. Kosten van onderhoud, huishoudelijke uit
gaven, personeele hulp, schrijfloonen, reis- en verblijfkosten,
inrichting en onderhoud van gebouwen, terreinen en van lokalen
en aankoopen voor de Rijksarchieven
Artikel 172. Jaarwedden, toelagen en verdere belooningen
der ambtenaren en bedienden bij de Rijksarchieven in de pro
vinciën
a.
archivaris in Noordbrabant
3000.—
b.
Gelderland
3600.—
c.
Noordholland
3200.—
d.
Zeeland
2800.—
e.
Utrecht
3600.—
Friesland
3100.—
g-
Overijssel
2800.—
h.
Groningen
3500.—
i.
Drenthe
3400.—
j-
Limburg
3400.—
k.
hoofdcommiezen, commiezen, adjunct-com
miezen, klerken, concierges en verdere
beambten
36100.—
toelagen voor gemis van genot van kopie-
loonen
1000.—
Artikel 173. Kosten van onderhoud, huishoudelijke uit
gaven, personeele hulp, schrijfloonen, reis- en verblijfkosten,
aankoopen, meubilair, aankoop, huur, stichting en inrichting van
lokalen en terreinen en verdere uitgaven voor de archieven in
de provinciën
Artikel 174. Jaarwedden en verdere belooningen der amb
tenaren en bedienden bij het bureau der Commissie voor 's Rijks
geschiedkundige publicatiën
37740
13500
69500
41000
0 Wegens mindere kosten voor de archiefgebouwen is dit artikel 3000 lager
geraamd.
165
a. directeurf 5000.—
b. onderdirecteurn 3000.
cklerk600.—
8600
Artikel 175. Kosten van huishoudelijke uitgaven, personeele
hulp, schrijfloonen, reis- en verblijfkosten en verdere uitgaven
der Commissie voor 's Rijks geschiedkundige publicatiën. 10000
Artikel 196. Jaarwedde van den directeur van het Neder-
landsch Instituut voor geschiedkundig en kunsthistorisch onder
zoek te Rome4000
Memorie van toelichting. Vde Hoofdstuk. Vide Afdeeling.
Kunsten en Wetenschappen.
Art. 168. Jaarwedde van een inspecteur van het archiefwezen en
Art. 169. Reis-, verblijf- en bureelkosten van den inspecteur van het
archiefwezen
Art. 170. Jaarwedden en verdere belooningen der ambtenaren enz.
bij 's Rijksarchieven te 's-Gravenhage. Voor periodieke traktementsver-
hoogingen, ingevolge de bij Koninklijk besluit van 22 Januari 1904 no. 35
vastgestelde regeling en ten einde een der commiezen tot hoofdcommies
en een der klerken tot adjunctcommies te kunnen bevorderen, is 1100
meer noodig.
Het is den ondergeteekende wenschelijk voorgekomen het Algemeen
Rijksarchief in afdeelingen te splitsen, aan het hoofd van elk waarvan een
der adjunct-archivarissen is gesteld, waarbij is uitgegaan van het denkbeeld,
aan de afdeelingen meer zelfstandigheid te geven, zoodat zij in hoofdzaak
zijn georganiseerd als de Rijksarchieven in de provinciën, altijd met dien
verstande dat, daar de afdeelingen in één gebouw gehuisvest zijn, er voor
de administratieve werkzaamheden eenheid van bestuur behoort te zijn.
De ondergeteekende heeft daarom gemeend, dat het billijk is aan de
adjunct-archivarissen, die overigens reeds thans in vele opzichten met de
rijksarchivarissen in de provinciën op één lijn staan, den titel van rijks
archivarissen van het Algemeen Rijksarchief toe te kennen en dien hunner,
wien het huishoudelijk beheer wordt opgedragen, bovendien den titel van
beheerder van het Algemeen Rijksarchief te geven. Terwijl de bezoldiging
van de rijksarchivarissen van het Algemeen Rijksarchief dezelfde zal blijven
als die, welke deze ambtenaren tot nu toe met den titel van adjunct
archivaris genoten, komt het wenschelijk voor den beheerder van het
Algemeen Rijksarchief, die dit deel van de taak van den Algemeenen
Rijksarchivaris zal overnemen, eene verhooging van jaarwedde toe te
x) Zie hiervoor blz. 103.
1}
V
f)
V
yy
yy
yy
yy
yy
yy