100
7. Proosten van St. Jan.
ANSELM.
28 December 1063. Anselmus, prepositus. (Brom 220.)
1085. Anselmus, prepositus beati johannis Baptiste in Trajecto. (Brom 243.)
Nog vermeld na zijn dood in 1093. (Brom 253.) Volgens het necro-
logium van St. Pieter sterft op 24 JuniAnselmus, prepositus s. Johannis.
GODEBALD.
Hij is wel de latere bisschop.
1093. Godebaldus, prepositus sancti Johannis. (Brom 253.)
1094. Godebaldus, prepositus. (Brom 254.)
1105. Godebaldus, s. Johannis prepositus. (Brom 261.)
1108. Godebaldus, prepositus. (Brom 267.)
Hij wordt nog vermeld na zijn dood in 1176. (Brom 482.)
HERIMAN.
1125 (verdacht stuk). Hermannus ad sanctum Johannem prepositus. (Brom
312.)
1125. Hermannus, prepositus ad sanctum Johannem. (Brom 315
1131 na 23 Aug. Herimannus, prepositus beati Johannis Baptiste. (Brom
335.)
Volgens het necrol. van St. Pieter sterft op 8 Sept.: Hermannus
diaconus, prepositus s. Johannis.
RE1MAR.
1139 vóór 23 Juni. Reimarus, sancti Johannis prepositus. (Brom 375.)
ADELHARD.
1139 a 1150. Adelhardus, prepositus de s. Johanne. (Brom 376.)
ARNOLD.
1155. Arnoldus, prepositus sancti Johannis. (Brom 409.)
1157. Arnoldus, prepositus sancti Johannis. (Brom 420.)
3 Juli 1159. Arnoldus, prepositus s. Johannis. (Brom 427
1160 a 1164. Arnoldus, prepositus s. Johannis. (Brom 431.)
1172. Arnoldus, prepositus s. Johannis. (Brom 469.)
Hij was denkelijk ook proost van den Dom; volgens het necrol. van
St. Pieter sterft op 30 November Arnoldus, Majoris ecclesie, frater noster,
et prepositus s. Johannis. De proost Arnoud, die volgens het necrol van
St. Pieter sterft op 29 April (Harnodus, cognomine Hesselo, prepositus),
was dus een ander.
ALBERT.
Sept. 1174. Albertus, prepositus sancti Johannis. (Brom 476.)
1176. Albertus, s. Johannis prepositus. (Brom 485.)
101
9 April 1178. Albertus, prepositus sancti Johannis. (Brom 488.)
9 April 1178. Prepositus Albertus sancti Johannis. (Brom 489.)
1178 vóór 27 Mei. Prepositus Albertus sancti Johannis. (Brom 492.)
1181. Albertus, sancti Johannis prepositus. (Brom 503.)
1185. Albertus, prepositus s. Johannis. (Brom 512.)
1186. Albertus, prepositus s. Johannis. (Brom 515.)
1186. Albertus, prepositus s. Johannis. (Brom 516.)
Is dit Albert van Kuik, die in Nov. 1194 bisschop van Luik wordt
en 2 Febr. 1200 overlijdt? Volgens het necrol. van St. Pieter overlijdt
op 1 Febr. „Albertus Leodiensis episcopus, canonicus s. Johannis, frater
noster". En de Chronica regia Coloniensis p. 156 bericht op 1194:
„Domnus papa promotionem Symonis Leodiensis electi improbans, Albertum,
ejusdem ecclesie archidiaconum, ordinari precepit in episcopum".
GISELBERT.
Hij was vooraf wel deken van St. Jan, in 11961206 voorkomend.
1198 a 1212 (wel 1208 a 1212). G., prepositus s. Johannis in Traj.
(Brom 554.)
1208. Ghiselbertus, prepositus sancti Johannis. (Brom 603.)
1209. Ghiselbertus, s. Johannis prepositus. (Brom 609.)
1210. Ghiselbertus, prepositus sancti Johannis. (Brom 614.)
14 Oct. 1213. Giselbertus, prepositus sancti Johannis. (Brom 625.)
18 Oct. 1213. Giselbertus, prepositus sancti' Johannis. (Brom 626.)
Hij wordt nog vermeld in 1247; de deken Giselbert (1225 1247)
was zijn consanguineus. (Brom 1103.)
GOSEWIJN VAN RANDERODE.
Hij komt misschien in 1219 als canonicus s. Martini voor en in 1220
(Sloet 459) als choriepiscopus te Keulen. Hij is tijdelijk (1249)
bisschop van Utrecht, en overlijdt 5 Febr. 1261 of 1262.
22 Juli 1224. Gozuinus, prepositus sancti Johannis. (Brom 732.)
1224. Guozwinus, prepositus sancti Johannis. (Brom 739.)
26 Jan. 1226. G., prepositus s. Johannis (Brom 751.)
27 Jan. 1226. G., s. Johannis prepositus. (Brom 753.)
Maart 1226. Goswinus, s. Johannis prepositus. (Brom 760.)
1227 vóór Maart. Gozuinus, s. Johannis prepositus. (Brom 768.)
22 Maart 1227. Gosewijn, proost van St. Jan. (Brom 769.)
12 April 1227. Goswinus, prepositus sancti Johannis. (Brom 770.)
22 Mei 1227. Goswinus, sancti Johannis prepositus. (Brom 772.)
1228 na 12 Aug. Gotsuinus, s. Johannis prepositus. (Brom 791.)
i) 1227 vóór Maart. Giselbertus, s. Johannis prepositus (Brom 768) is eene
slordigheid van Matthaeus: zie bij Wigher, proost van St. Pieter; in de nieuwe uitgave
in het Arch, aartsb. XXXI is het in orde.
