218
met geen enkel woordB. en W. wenschen alleen den klerk (natuurlijk
als bewijs hunner tevredenheid) te bevorderen tot adjunct-commies ter
secretarie, en hem dan onder den secretaris te belasten met het beheer
van het oude archief.
Ziehier het voorstel van het dagelijksch bestuur van Zwolle aan den
gemeenteraad. Mij zal het verwonderen, of Zwolle's vroede vaderen zich
door hunnen voorzitter in het openbaar ten aanzien van geheel Nederland
zóó voorbeeldeloos voor den gek zullen laten houden, als hier schijnt
bedoeld te worden. Zullen ook zij, die niets gevoelen voor het oude
archief der gemeente, niet toch in het belang hunner eigene waardigheid
bezwaar maken, om d i t voorstel te aanvaarden
Maar niet dit is het, wat mij dringt tot schrijven. Veel ernstiger, veel
treuriger schijnt mij de vraag, wat in deze omstandigheden zal gebeuren
met het oude archief der stad, met de oorkonden van den bloei en de
glorie der oude roemrijke stad. B. en W. hebben thans duidelijk gezegd,
hoe zij de zaak beschouwen. De gemeente-secretaris en de archiefklerk
zullen het archief beheerenB. en W. zullen dit „met vertrouwen" gade
slaan. Daarnaast kan de gemeente zich de weelde veroorloven, om haar
archief ook te doen ordenen, zooals het behoort. Maar dat is eene zaak
van grooten omvang; daarvoor zal een bijzondere deskundige noodig zijn,
die een salaris verlangen zal. Te hunner convenientie zullen de heeren
overwegen, of en hoe zulk een luxe-artikel gevonden zal kunnen worden.
Zoo zal het dus zijn. Het archief der stad Zwolle was langzamer
hand op weg, om eene wetenschappelijke instelling te worden, zooals dit
behoorde en zooals de kostbare collectie verdiende. Voor B. en W. is
dit eene zaak van secundair belang; hoofdzaak is voor hen, dat het con
tract met het rijk ontbonden worde, dat hen hindert. Is dit eenmaal van
de baan, dan zullen zij verder zienhet dure luxepaard zal dan, als de
mogelijkheid van rijkshulp is uitgesloten, wel niet zoo spoedig zijn zege
vierenden intocht doen binnen Zwolle 1 Aan den gemeenteraad is het toe
te zien, dat deze toeleg verijdeld worde, toe te zien, dat de schoone
ontwikkeling, die eene hoopvolle toekomst scheen te beloven voor het
Zwolsche archief, niet ontijdig worde onderbroken. Caveant consules
In de raadsvergadering van 19 Juni viel eindelijk de beslissing. Nadat
verschillende leden over het voorstel van B. en W. het woord hadden
gevoerd en de Voorzitter betoogd had, dat de Sassenpoort allesbehalve
brandvrij en buitengewoon vochtig was, stelde de heer Vos de Wael
voor, om alvorens over de aanhangige voorstellen betreffende de plaats
van het oud-archief der gemeente te beslissen, af te wachten welk besluit
door den raad zal worden genomen in zake den stadhuisbouw en dit
voorstel ter visie te leggen. Over dit ter visie leggen werd eerst gestemd
en het werd met 13 tegen 9 stemmen verworpen. Daarna werd het
219
voorstel zelf eveneens verworpen, terwijl het voorstel van den heer
Vos de Wael om overleg te plegen met den Minister ter zake van het
Reventer en het gebouw op de Nieuwe Markt evenmin genade kon vinden.
Het voorstel van B. en W. om het archief over te brengen naar het
stadhuis werd ten slotte met 13 tegen 9 stemmen aangenomen.
In de avondvergadering werd door de heeren Fraiture en Balkestein
in zake de benoeming van Wijnbeek nog het volgende voorstel gedaan
„Ondergeteekenden stellen voor een commissie van deskundigen te
benoemen, ten einde rapport uit te brengen over den toestand van het
gemeentearchief, zooals hij was onder het beheer van den ambtenaar
Wijnbeek, alvorens worde overgegaan tot een definitief besluit betreffende
de promotie van dien ambtenaar."
Dit voorstel werd met 12 tegen 10 stemmen aangenomen.
Dit is dus voorloopig het einde van de beroeringverwekkende zaak.
Wat te verwachten stond, is geschied. Het contract met het Rijk zal
worden ontbonden en de gemeente zal haar archief weer in eigen bewa
ring en eigen beheer nemen. Hoe dat beheer ten slotte geregeld zal
worden is een zaak, waarop de archiefwereld en ook menigeen daarbuiten
met spanning de oogen gevestigd zal houden. Hopen wij, dat de uitslag
bevredigend zij
In afwachting daarvan scheen het ons gewenscht om thans een objec
tief overzicht van de kwestie, samengesteld uit de officieele raadsverslagen
en de verschenen brochures en dagbladartikelen, aan onze lezers aan te bieden.
Over ontsmetten en herstellen van handschriften.
Tijdens het internationaal congres van archivarissen en bibliotheca
rissen, dat van 28—31 Augustus 1910 te Brussel werd gehouden, kwam
in de vergaderingen van 28 en 31 Augustus mijn ingediend rapport:
„Ueber Erhaltung und Ausbesserung der Archivalien" ter sprake.
Daar de tijd uit den aard der zaak zeer beperkt was, kon in de ver
gadering van 31 Augustus slechts één punt, n.l. „de behandeling van
archivalia met zapon", worden behandeld. Uit de discussie bleek, dat
mededeelingen over het Neu-Zapon, die ik in de gelegenheid was te
doen, de aandacht trokken niet alleen van aanwezige landgenooten, maar
ook van ambtgenooten uit den vreemde. Aan mijne belofte om in een
internationaal tijdschrift bovenvermeld onderwerp breedvoeriger te behan
delen heb ik tot mijn spijt nog niet kunnen voldoen. Doch eene andere,
toen aan enkele bestuursleden onzer Vereeniging gegeven, n.l. om dit
onderwerp op de a.s. jaarvergadering, die den 6 Juli a.s. te Deventer zal
gehouden worden, te behandelen, hoop ik te vervullen.