146 tweede punt der agendaBehandeling van het 'rapport der Commissie van enquête omtrent de positie der gemeente-archivarissen met voorstellen (zie blz. 1963). Op de aan het slot van dat rapport voorgestelde samenvattende motie waren amendementen ingediend door de heeren Mrs. S. Muller Fz., R. Fruin, A. C. Bondam, J. A. Feith en Dr. E. Wiersum (zie bl. 81—85). Op voorstel van den Voorzitter worden deze één voor één in behan deling gebracht. Amendement aNadat de heer Joosting er op gewezen heeft, dat eenvormigheid in de benoeming der archivarissen thans ten éénenmale ontbreekt en hierop gewezen dient te worden, stelt de heer Muller het volgende sub-amendement voor: vóór te voegen de woorden „ook ter bevordering van de eenvormigheid". Daarop wordt het amen dement aangenomen met twee stemmen tegen. Amendement b: De heer Van Gelder zegt, dat de heer Joosting en hij dat amendement gaarne overnemenmaar zij stellen, teneinde het begrip hoofdambtenaren te beperken, voor, in punt 1 tusschen te voegen na hoofdambtenaren de woorden ter secretarie. De heer Muller ontraadt dit ten sterkste; omdat het streven juist moet zijn afscheiding van de secretarie te krijgen. De heer Wiersum merkt op, dat die nadere omschrijving bovendien geen doel zou treffen, daar in sommige gemeenten de hoofdambtenaren ter secretarie nog weer in klassen verdeeld zijn. Wordt besloten in punt 1 vóór hoofdambtenaren het woord andere in te voegen en in punt 2 het woordje of te veranderen in en, waarop het amendement met algemeene stemmen wordt aangenomen. Amendement c\ Wordt eveneens na invoeging van het woord andere vóór hoofdambtenaren met algemeene stemmen aangenomen. Punt d: Hoewel op dit punt geen amendement was ingediend, wordt op voorstel van den heer Bijleveld unaniem besloten de woorden door B. en W. te laten vervallen en in plaats van het beginwoord de te lezen een bepaalde. Amendement eNa eenige deliberatie wordt besloten in plaats van Rijks-archiefdepóts te lezen: districts-archiefdepóts hetzij van rijkswege. Amendement wordt aangenomen met twee stemmen tegen en één blanco, terwijl bovendien op voorstel van den heer Van Gelder besloten wordt van de oorspronkelijke redactie het beginwoord ook te schrappen. Het slotbesluit wordt daarna bij acclamatie aangenomen. De geheele motie luidt nu derhalve als volgt De Vereeniging van archivarissen, vergaderd te Utrecht op 22 Decem ber 1910, Gehoord het rapport der te dezer zake benoemde Commissie, 147 Is van oordeel dat a. ook ter bevordering van de eenvormigheid de gemeentewet zoo danig behoort te worden gewijzigd, dat de aanstelling der ge meente-archivarissen wordt opgedragen aan den Gemeenteraad; b. de bezoldiging der gemeente-archivarissen behoort te zijn 1. voor archivarissen van archieven met volledigen dienst in over eenstemming met die van de andere hoofdambtenaren der betrokken gemeente, 2. voor archivarissen van archieven met gedeeltelijken dienst in evenredigheid met het aantal voorgeschreven wekelijksche werk uren en naar den maatstaf, geldende voor leeraren M. en H. O. c. de bezoldiging der archief-ambtenaren in evenredigheid behoort te worden gebracht tot de bezoldiging van den archivaris naar den maatstaf van de regeling der traktementen van de onder de andere hoofdambtenaren der betrokken gemeente ressorteerende ambtenaren; d. een bepaalde dienstregeling der gemeente-archivarissen behoor) te worden vastgesteld e. de oprichting gewenscht is van districts-archiefdepóts, hetzij van rijkswege, als bedoeld in art. 6 van het door de Vereeniging ingediende concept eener Archiefwet, of van door verschillende gemeentebesturen gestichte archiefdepóts, als bedoeld in art. 17 van dat concept; het openstellen der rijksarchiefdepóts en der behoorlijk verzorgde gemeentelijke archiefdepóts voor opname der archieven van kleine gemeenten overweging verdient besluit deze motie te publiceeren in het Archievenblad en haar in afdruk toe te zenden aan den Minister van Binnenlandsche Zaken, aan de Gede- teerde Staten der provinciën en aan de geraadpleegde gemeenten, en bepaalt, dat zij werkzaam zal blijven om de vervulling dezer desiderata te bereiken. Daarop bedankt de Voorzitter de Commissie, maar dechargeert haar niet. Integendeel zij dient werkzaam te blijven om maatregelen te beramen en eventueel voorstellen te doen. De extra-kosten, die de Commissie gemaakt heeft, worden op voorstel van den Voorzitter voor rekening van de Vereeniging genomen. Thans is aan de orde aanvulling van en nieuwe aanwijzing van func- tiën in het Bestuur. Als nieuw bestuurslid wordt bij tweede stemming met negen stemmen gekozen de heer Mr. P. G. Bos, die verklaart de benoeming gaarne aan te nemen. Bij de eerste stemming waren op den heer Bos zes, op den heer Van Gelder vier en op den heer Joosting drie stemmen uitgebracht. Daarna wordt met bijna algemeene stemmen tot Voorzitter gekozen de heer Feith, die de benoeming aanneemt doch met deze beperking, dat

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1910 | | pagina 2