218
Literatuur-kroniek.
J. de Vries. Zes opstellen over de ambtenaarsbeweging. Amsterdam
2 j. (1909).
Dez. De ambtenaarsbeweging. Overdruk uit De Gids, 1909 no. 6.
Deze opstellen hebben alle zeven één doelbelangstelling te wekken
voor den Bond ter verkrijging eener wettelijke regeling van den Rechts
toestand der Burgerlijke Ambtenaren, van welken bond de schrijver voor
zitter is. Alles en nog wat wordt er bijgehaald, om te bewijzen, dat zulke
wettelijke regeling zeer noodig is, maar ook, dat stakingsrecht niet kan
worden toegestaan, en dat de ambtenaarsvereenigingen niet aan politiek
moeten doen.
Tijdschrift voor Boek- en Bibliotheekwezen. Antwerpen
('s-Gravenhage), Jaargang VII, no. 5 en 6.
Het 5e nummer wordt geheel gevuld door het slot van Enschedé's
artikel over het papier en den papierhandel in Noord-Nederland gedurende
de 17e eeuw, en door een artikel van den Utrechtschen universiteits
bibliothecaris J. F. van Someren over zijn bibliotheek, waarin ook enkele
aardige staaltjes worden verhaald van de vermeerderde belasting der biblio
theekbudgetten door het verschijnen van vele nieuwe, en het duurder wor
den der oude tijdschriften; het stuk is geschreven ter eere van het 325-jarig
bestaan der inrichting, die men zoo pas in een nieuw kleed heeft gestoken.
De geschiedenis van de inrichting zelvé is in het kort door G. A. Evers
in de volgende aflevering beschreven.
Mr. L. Willems Azn. uit Gent brengt een pamflet vol raadsels (Knuttel
no. 1625), door Dr. C. P. Buroer Jr. aan een Elzevier toegeschreven, ten
name van Willem van Yselveer; in verband daarmede vertelt Dr. C. P.
Burger Jr. iets over dezen dichter. Verder verhaalt Raymond van Marle
van een 10e- of 1 le-eeuwschen codex van de officiis van Ambrosius,
A. de Poorter van Brugsche handschriften, en Dr. J. S. van Veen van
het beheer der Tielsche librye, terwijl Dr. Maurits Sabbe zijn studie over
Pater Justinus en zijn kluchtspelen ten einde brengt. Tot slot een necro
logie van den uitgever Paul Buschmann door E. de B.
Nijhoff s Index op de periodieken van algemeenen in
houd. Maandelijks verschijnend periodiek. 's-Gravenhage M. Nijhoff 1909
Ja, tot hoelang? No. 1, 6 en 7 liggen voor mij, en de lijst der
periodieken en couranten, waaruit geput wordt, is in no. 7 veel uitge
breider dan in no. 1, maar jammer genoeg bevat ook zij nog niet alle.
Met de groote vlucht, die de tijdschriften-literatuur in den laatsten tijd
heeft genomen, was een „repertorium" als dit wel noodig, en met genoegen
219
kan ik dezen index aanbevelen wetenschappelijke stukken worden twee-, drie
maal geklapperd, en zoo kan de index zelfs bij vluchtig doorkijken al een
aardige vingerwijzing geven. Ook is de prijs bescheiden genoeg om een
groot debiet mogelijk te maken, wat met het oog op grootere volledig
heid wenschelijk is.
Revue des Bibliothèques et Archives de Belgique,
publiée par L. Stainier. Tome VII, nos. 23 et 45. Bruxelles, G. van
Oest et Cie.
De eerste der dubbele nummers bevat, behalve een aankondiging van
het Brusselsche congres en een viertal bibliografische opstellen, de vertaling
van het Italiaansche reglement op de reproductie van handschriften, en een
afdruk van de oprichtingsbul der Leuvensche universiteit, medegedeeld door
L. de Lissengrez. Ook het tweede geeft voor het grootste gedeelte stuk
ken, vrijwel alleen voor bibliothecarissen van belang.
Onze collega Ch. Hodevaerde deelt mede, wat in 1908 in het onder
zijn beheer staand staatsarchiefdepöt te Bergen in Henegouwen is gekomen
het schijnt mij toe nogal veel te zijn, maar als ik het wel heb, is het
oudste stuk niet ouder dan 1400. Verder behandelt Aug. Vincent de
familie Velpius, uitgevers en boekhandelaren te Leuven, Bergen (Heneg.)
en Brussel in de 16e en 17e eeuw, en staat er een artikel in van J. d. D.
over de diplomatieke archieven in Frankrijk, in verband met hunne open
stelling voor het publiek, reeds vroeger te dezer plaatse vermeld
Door baron M. van der Bruggen is zijn familie-archief aan het Gentsche
staatsarchief-depót in bruikleen afgestaanhet schijnt een belangrijk archief
te zijn.
Ville de Bruxelles. Rapport concernant le service des
archives communales (archives-bibliothèque-musée com
munal). Bruxelles 1909.
De inventarisatie der oude archieven, d. w. z. die tot 1800, is
vrijwel klaar; men heeft de registers definitief genummerd, en is met
de nummering der liassen reeds een eind op weg. Onze Brusselsche
ambtgenoot, die zijn naam bescheidenlijk verborgen houdt, vindt het
daarom nu een geschikte gelegenheid, een korte geschiedenis van dat
historisch archief te geven, en van de noodlottige gevolgen van het bom
bardement van 1695, dat de in den St.-Michiels-toren en de Boterpot-
gedeelten van het stadhuis opgeborgen stadspapieren niet spaarde. Dit
bombardement heeft de taak van den archivaris zeer verlicht, zij het waar
schijnlijk tegen zijn zin; ook andere oorzaken hebben tot een vermindering
Zie blz. 123 van dezen jaargang.
