50
voor het meerendeel uitvoerige en nauwkeurige indices. De „tafels",
„bladwijzers" of „naamwijzers", zooals men de indices destijds noemde,
mogen voor onderzoekers der 20ste eeuw (door de bijzondere keuze der
hoofdwoorden en door de talrijke samenvoegingen van onderwerpen onder
één hoofdwoord) soms niet gemakkelijk te raadplegen en voor het spoedig
verkrijgen van een goed overzicht niet doelmatig ingericht zijn, toch mag
het niet ontkend worden, dat die indices in het algemeen den indruk
geven, dat men aan hunne samenstelling vrij hooge eischen stelde, dat
de arbeid met voorliefde is verricht en de schrijver van het werk het maken
van den index beschouwd heeft als een voornaam deel van zijn arbeid.
Dit laatste kan in den regel in onze dagen van de meeste indices niet
gezegd worden; de klachten over gebrekkig samengestelde indices zijn
waarlijk niet zeldzaam. De oorzaak hiervan is trouwens niet ver te zoeken
er worden voor het vervaardigen van een index niet meer de eischen gesteld,
die beslist noodig zijn, om een goed geheel te leveren. Men kent een
van de meest gewone recepten, hoe in onzen tijd een index wordt
samengesteld De schrijver van het werk zet zich, ter verpoozing van
ernstiger arbeid, in een rustig uurtje aan de theetafelonder aangenamen
kout over de gebeurtenissen van den dag, worden met een blauw potlood
in het zooeven van de drukkerij ontvangen „schoone vel" de onderstrepingen
aangebracht van de namen en woorden, die het materiaal moeten leveren
voor de indices, die aan het weldra te verschijnen boek zullen toegevoegd
worden. Straks worden deze onderstreepte woorden door een familielid
of goeden vriend letterlijk afgeschreven met bijvoeging van de pagina,
waarop zij voorkomen, daarna gealphabetiseerd en de index, die eenigszins
als een toegift op den eigenlijken wetenschappelijken arbeid wordt beschouwd,
is gereed. Toch is dit nog niet een der slechtste receptener komen
gevallen voor, dat ook nog datgene, wat in het bovenstaande geval als
de hoofdzaak werd aangemerkt, het onderstrepen (of, meer waardeerend
gesprokende eigenlijke keuze van de namen en de woorden) aan den
een of anderen ontwikkelden Hoogere Burger-scholier wordt opgedragen
het schijnt toch immers een volkomen machinale arbeid, die door elk
eenigszins ontwikkeld mensch kan verricht wordenMaar de treurige
gevolgen van dergelijken arbeid laten zich gewoonlijk niet wachten. Men
zou het ongepast kunnen vinden, wanneer ik hier kritiek ging uitoefenen
op indices in werken, in den laatsten tijd verschenenmaar men vergunne
mij toch, ter rechtvaardiging van de door mij gemaakte opmerkingen, de
mededeeling van enkele feiten. In den index van een bekend in den laatsten
tijd verschenen historisch werk komt voor de naam Nieuwpoort. Slaat
men echter de pagina's op, die achter dezen naam geplaatst zijn, dan
vindt men om den anderen de stad Nieuwpoort in Vlaanderen en
den persoon Willem Nieuwpoort, den gezant der Staten in
51
Engeland tijdens het bestuur van CromwellEen tweede voorbeeld.
Een onlangs verschenen ernstig historisch werk bevat o. a. ook een
„zaakregister", om het gebruik van het belangrijke boek te vergemakke
lijken. Slaat men dit „register" op, dan vindt men achter de woorden
„Handel en nijverheid" 40 pp. aangegeven; achter „Opstand tegen Spanje"
39 pp.; over „Rechtspraak" kan men op 37 pp. iets vinden; en wil men
iets weten over „Zeden en gebruiken", dan kan men op 86 pp. terecht,
waarbij men dan op den koop toe nog „Curiosa" vermeld kan vinden
Het zou weinig moeite kosten, deze voorbeelden uit indices van onzen
tijd met een groot aantal te vermeerderen. Trouwens eiken historischen
onderzoeker zullen ze meermalen voorgekomen zijn. Maar toch zou het
onbillijk zijn, niet met dankbaarheid te constateeren, dat ook somtijds uit
muntende, met groote zorg bewerkte indices voorkomen. Deze blijkbaar
met voorliefde samengestelde indices worden in de meeste gevallen gevon
den in werken op het gebied van het archiefwezenin oorkondenboeken,
regestenlijsten en archief-inventarissen. Maar daarbij doet zich dan dikwijls
een ander bezwaar voor, wel niet van zulk een ingrijpenden aard, maar
dat toch evenmin onderschat mag worden. Zoovele indices op archief
inventarissen of regesten-lijsten er verschijnen, zoovele systemen komen
ook voor, volgens welke deze zijn ingericht. En bij het opslaan van de
indices op de in den jongsten tijd verschenen inventarissen komt soms
onwillekeurig de gedachte op, of men speciaal in grootere uitge
breidheid verbetering wil zoeken. Maar juist die groote uitgebreidheid
brengt nog duidelijker aan het licht, dat alle eenvormigheid, elke eenheid
in bewerking ontbreekt; het is niet dezelfde leidende gedachte, die bij de
samenstelling tot grondslag heeft gediend er heerscht verschil in de wijze
van opneming van namen, in plaatsing van patronymica, in keuze van
hoofdwoorden bij indices van zaken, in opneming van jaartallen enz. enz.
„Altemaal kleinigheden", is men wellicht geneigd uit te roepen, „die den
kern van een overigens goed samengestelden index niet raken". Dadelijk
toegegevenmaar juist omdat het meestal slechts kleinigheden betreft, zijn
de verschillen des te gemakkelijker te voorkomen bij het bestaan van vaste
regels en eenigen goeden wil. Want deze bezwaren mogen bij een overi
gens goed ingerichten index niet van zoo ingrijpenden aard zijn als degene,
die ik boven aanhaalde, men zal toch wel niet willen ontkennen, dat,
wanneer alle indices op archief-inventarissen en regesten-lijsten volgens eene
en dezelfde methode werden samengesteld, dit aan de gebruikers een groot
voordeel zou bezorgen.
Men zal het mij ten goede houden, dat ik bij het ontwerpen en uit
werken van de hierachter voorkomende regelen op het samenstellen van
indices meer speciaal het oog gehad heb op archief-inventarissendit is
het natuurlijk gevolg van den mij op dit oogenblik opgedragen arbeid.