128
A. O. van Kerkwijk, onder-directeur van het Koninklijk Kabinet van
munten, penningen enz., te 's-Gravenhage
E. W. Moes, directeur van het Rijks-Prentenkabinet, te Amsterdam
Dr. Mr. J. C. Overvoorde, archivaris der gemeente en directeur van
het Stedelijk Museum, te Leiden
Aug. Sassen, onder-voorzitter van de Ned. Belg. Vereeniging der
Vrienden van de Medaille en oud-archivaris van Helmond, te 's-Gravenhage;
Dr. F. Xavier Smits, commies aan het Rijksarchief in Noordbrabant,
te 's-Hertogenbosch.
N. R. C. 27 Augustus 1909.
Het Staatsblad no. 60 bevat een Kon. besluit van 7 Juli 1909, hou
dende verlenging (met 2 jaren) van den termijn voor overbrenging van
notarieele archieven naar het Rijksarchief in de provincie Zeelandhet
Staatsblad no. 299 bevat een Kon. besluit van 23 Augustus 1909, houdende
dezelfde bepaling ten opzichte van het Rijksarchief in de provincie Noord
holland en het Staatsblad no. 311 een Kon. besluit van 16 September
1909, houdende dezelfde bepaling ten opzichte van het Rijksarchief in de
provincie Limburg.
„Zorg voor 's lands gelden Toch maar goed dat we een
Rekenkamer hebben, die ijverig toeziet, of de uitgaven, voor den Staat
gedaan, wel gemotiveerd waren.
Haar jongste verslag, over 1908, levert van haar minutieuse zorgen
zorgen weer de duidelijkste blijken. Zij kon b.v. maar niet begrijpen,
waarom voor 499.50 ten dienste van de klinieken voor chirurgie, gynae
cologie en obstetrie bij de Rijksuniversiteit te Utrecht was aangekocht
een pianino 1 Gelukkig dat de Minister van Binnenlandsche Zaken behoor
lijke inlichting heeft kunnen gevendie piano was aangeschaft ten behoeve
van de recreatiekamer der pleegzusters en werd „voor hare verpoozing
beslist noodig geacht".
Een pianino in een kliniek mag een beetje verdwaald lijken, heelemaal
uit de koers is toch een zuidwester in een Rijksarchief. Waar was 't nu
toch voor noodig, vroeg de Rekenkamer nieuwsgierig, om een regenjas en
een zuidwester aan te schaffen ten behoeve van het Rijksarchief? Het
antwoord was, „dat zij waren bestemd om bij ruw weder te worden gebruikt
door den persoon, die door den Algemeenen Rijksarchivaris wordt aange
wezen om toezicht te houden bij het lossen en meten van de cokes, welk
toezicht geschiedt op de terreinen van de Maatschappij tot Exploitatie van
Staatsspoorwegen". Prov. Groti. Cour.
129
In de Memorie van Toelichting op de Staatsbegrooting voor
het dienstjaar 1910 komt betreffende het archiefwezen het volgende voor:
Vide Afdeeling. Kunsten en Wetenschappen.
Art. 193. Jaarwedden en verdere belooningen der ambtenaren enz.
bij 's Rijks archieven te 's-Gravenhage. Het is wenschelijk voorgekomen
om het bureau van de Commissie van Advies voor 's Rijks geschiedkun
dige publicatiën administratief geheel te scheiden van den dienst van het
Rijksarchief te 's Gravenhage. Hiermede wordt niet beoogd de schepping
van iets nieuws, doch slechts eene bevestiging en verdere ontwikkeling
van het bestaande.
Aanvankelijk was eenig verband gelegd tusschen het Rijksarchief en de
werkzaamheden der Commissie. Tot haar Voorzitter was benoemd de
Algemeene Rijksarchivaris, tot haar secretaris een der adjunct-archivarissen.
Sinds echter de secretaris van zijne tot dusver bekleede betrekking van
adjunct-archivaris werd ontheven, en hem eene jaarwedde werd toegekend
in de hoedanigheid van secretaris der Commissie, is deze langzamerhand
het hoofd geworden van een van het Rijksarchief onafhankelijk bureau.
Daarom verdient het ook aanbeveling dezen toestand, die zich met onver
mijdelijke noodzakelijkheid ontwikkeld heeft, te regulariseeren en het bureau
ook in naam van het Rijksarchief onafhankelijk te maken. De bedoeling
is den secretaris te benoemen tot Directeur op eene jaarwedde van 5000
en aan het bureau toe te voegen een onderdirecteur op een salaris van
3000, dat met twee vijf-jaarlijksche verhoogingen van 450 tot 3900
zal klimmen.
De aanwezigheid van een onderdirecteur is al aanstonds hierom ge-
wenscht, daar de Directeur zich in het belang van den dienst van tijd
tot tijd op reis heeft te begeven tot het bezoeken van depots of ver
zamelingen in het binnen- en buitenland. De ervaring heeft geleerd,
dat dergelijke afwezigheid, hoe onvermijdelijk soms ook voor hoogere
belangen der onderneming, den voortgang van den dagelijkschen dienst
eenigermate belemmert. Maar de hoofdtaak van den onderdirecteur zal
zijn het bezorgen van wetenschappelijke uitgaven. De benoeming van een
onderdirecteur zal dus in de eerste plaats voor de uitgave van nieuwe
publicaties zeer bevorderlijk zijn.
Verder dient aan het bureau een klerk te worden aangesteld, die
belast wordt met de administratie, het in het net brengen der correspon
dentie, het bewaren van het archief, de vervaardiging van registers op de
uitgaven enz. Ook het krediet van de Commissie bleek in de laatste jaren
niet voldoendenu er jaarlijks steeds meerdere uitgaven verschijnen,
waarvoor behalve de meerdere drukkosten ook meerdere copieloonen en
vaak reiskosten noodig zijn, is verhooging van het jaarlijksch krediet met
2000 gewenscht en te bepalen op f 8000.