280
het jaartal verandert, een verschijnsel, waarop trouwens dikwijls door den
secretaris uitdrukkelijk de aandacht wordt gevestigd met een „hic mutatur
annus" of iets dergelijks. Op die wijze heeft b.v. De Fremery den jaar
stijl van tal van steden en dorpen in Holland kunnen vaststellen. Maar
Alph. Wauters heeft diergelijke registers öf niet tot zijne beschikking
gehad, of ze opzettelijk niet gebruikt, omdat in de dateering der daarin
opgenomen akten in den regel de stijl niet met name wordt genoemd.
Want van de registers van eigening en onteigening van Heverlé heeft hij
gebruik gemaakt, maar in de daarin voorkomende stukken schijnt dan ook
regelmatig de gebezigde jaarstijl te zijn vermeld. Natuurlijk werd dan ook
in die registers niet steeds dezelfde stijl gebezigd, maar werd er beur
telings in gedateerd naar den stijl van Brabant en dien van Luik. Den
stijl van het schependom van Heverlé leert men daaruit echter niet kennen.
Alleen voor Tirlemont beroept Wauters zich op een vonnisboek van 1566.
„Nous avons dit zegt hij, „que Tirlemont doit être rangé parmi les
localités ou le style de Liége prévalut. En 1566, ainsi que le constate un
registre aux jugements des échevins (vonnisboek), quelques années avant
la réforme du calendrier, il en était encore ainsi." Alleen de conclusie,
uit dat register getrokken, zou ik willen laten gelden, en dan toch nog
met deze beperking, dat nader moet worden onderzocht, met welken datum
er het jaar verandert: 25 December of 1 Januari. Want Wauters spreekt
alleen van den Kerst- en den Paaschstijluit de voorbeelden zelf, die hij
aanhaalt er is geene enkele dateering uit de laatste week van December
bij blijkt duidelijk, dat hij aan den Jaarsdagstijl niet heeft gedacht.
R. FRUIN.
Kleinere b ij dragen.
Camille Bloch over inventarissen en regesten-
1 ij sten. In La Révolution frangaise bespreekt Aulard
de theses door Camille Bloch, inspecteur-général des archives et biblio-
thèques, verdedigd ter verkrijging van het doctoraat in de letteren. Naar
aanleiding van die, welke getiteld is: Inventaire sommaire des
volumes de la collection Joly de Fleury concernant
1'assistance et la mendicité, geeft Aulard het volgende overzicht:
„Dans la seconde partie de l'introduction de son travail, M. Bloch
recherche la meilleure méthode a appliquer a la rédaction de l'inventaire
de la collection. II existe déja un „inventaire sommaire" publié en 1881
281
par Auguste Molinier mais c'est, a proprement parler, un répertoire
numérique, excellent comme tel, non un inventaire.
„M. Bloch critique la conception directement opposée a la précédente,
celle de l'inventaire analytique, c'est-a-dire de la reproduction soit in ex-
tenso des textes, soit de leur analyse, soit de leur publication par extraits.
Suivant lui, il s'agit la en réalité d'un regeste plutót que d'un inventaire,
et d'un instrument de travail plutöt que d'un instrument de recherches.
La méthode ainsi appliquée a la mise au jour des richesses des dépots
d'archives ne pourrait se défendre que si la quantité des papiers a faire
connaitre était trés petite, si tous étaient également importants ou rares,
si le travail historique n'était pas urgent, si enfin les ressources financières
dont on dispose étaient illimitées.
„L'inventaire réellertient sommaire doit seul être pratiquéil sera rédigé
dans un délai de temps assez court si l'on se garde de l'analyse indivi-
duelle des pièces, des citations et des extraits; il sera complet s'il vise
toutes les pièces et tout le contenu de chaque article au moyen de rubri-
ques suffisamment Iarges et compréhensives. La condition préalable d'un
inventaire de ce genre, c'est évidemment un classement bien fait, oü chaque
article soit composé de pièces aussi homogènes que possible."
Hoewel de aflevering van La Révolution frangaise, waarin
dit artikel voorkomt, reeds bijna een jaar oud is zij verscheen 14 Juli
1908 scheen het toch gewenscht hier de opvatting van onzen Franschen
vakgenoot over dit onderwerp te doen kennen. Gelijk men ziet, komt zij
in vele opzichten met de onze overeen, wanneer men slechts in het oog
houdt, dat de collectie Joly de Fleury, naar aanleiding waarvan zij werd
uitgesproken, grootendeels uit de 18e eeuw dateert. R. F.
Geen openbaarheid van archieven. De onderneming, welke
Van Alkemade, met behulp van zijn schoonzoon Van der Schelling, op
het getouw had gezet, om een beschrijving van de stad Brielle en van
het land van Voorne te ondernemen, vond bij de Brielsche regeering
sterken steun en deze spande zich er ook voor, om bij de regeering van
andere steden de voor de schrijvers noodige hulp te krijgen.
Niet altijd vond zij evenwel een willig gehoor, zooals blijkt uit
onderstaanden minuut-brief, welke behoort tot het archief der gemeente
Goedereede, maar die verzeild is geraakt in het gemeente-archief van
Ouddorp.
Goereede, den 9 Junij 1728.
Eersame, Vroome, Discrete, Lieve Getrouwe,
Agtbre Heeren Borgemrs en Regeerders der
stadt Briel
Op het meermale mondelingh raport van onse secretaris Goecoop,
ZieTable chronologique des chartes et diplom es im-
primés concernant l'histoire de la Belgique, tome 1, p. LXI (noot),
waar Wauters een origineel charter van Tirlemont aanhaalt, dat volgens den stijl
van Luik gedateerd is.