96 binnen den kring der bemoeijenissen, hem aangewezen bij deze of andere wetten, de door Ons ter harer uitvoering te maken bepalingen of zijne instructie, bezitten de kracht van authentieke acten. Art. 33. De provinciale archivaris maakt, op den eed bij den aan vang zijner bediening gedaan, proces-verbaal op van zijne bevinding ten opzigte der aan zijn beheer of toezigt onderworpen archieven en de dien aangaande ter zijner kennis gekomen overtredingen. Art. 34. De provinciale archivaris dient jaarlijks aan den rijksarchi varis in een verslag betrekkelijk den toestand der onder zijn beheer of toezigt geplaatste archieven. Hij zendt een dubbel van dit verslag in bij Gedeputeerde Staten. Art. 35. De provinciale archivarissen gehoorzamen de bevelen van den rijksarchivaris betrekkelijk de verdeeling der geschiedkundige archieven tusschen het rijksarchief en de verschillende geschiedkundige provinciale archieven en tusschen deze onderling. Art. 36. De provinciale archivarissen worden door Ons benoemd en ontslagen. Hunne jaaarwedden worden door Ons bepaald. Zij aanvaarden hunne betrekking door het afleggen, in handen van Onzen Commissaris in de provincie, van een door Ons voor te schrijven eed. Art. 37. De verdere beambten van het geschiedkundig provinciaal archief worden aangesteld en ontslagen en hunne bezoldigingen geregeld door Gedeputeerde Staten, behoudens goedkeuring door Onzen Minister van binnenlandsche zaken. Art. 38. Behoudens goedkeuring door Onzen Minister van binnen landsche zaken worden door Gedeputeerde Staten vastgesteld de instructiën voor den provincialen archivaris en verdere beambten van het geschiedkundig provinciaal archief 2) de belooningen, die de beambten van het geschiedkundig provinciaal archief zullen mogen vorderen wegens de diensten, door hen anders dan in het openbaar belang te verrigten de voorwaarden, waaronder, behalve in het openbaar belang, van het geschiedkundig provinciaal archief gebruik zal kunnen worden gemaakt3). Deze voorwaarden zullen zijn ingerigt volgens de grondslagen, aan genomen voor het rijksarchief. N.B. 2) Dit vooral niet! De instructie voor den provincialen archivaris wordt door Onzen Minister van binnenlandsche zaken, na daarop Gedeputeerde Staten der betrokken provincie te hebben gehoord, vastgesteld. 3) Ook dit niet! 97 Art. 39. De kosten der geschiedkundige provinciale archieven worden gedragen door het Rijk. VIERDE TITEL. Van de gemeente-archieven. Art. 40. Het gemeente-archief bestaat uit de stukken, die hebben toebehoord aan de staatsligchamen, besturen en andere instellingen, die op den 31sten December 1813 waren vernietigd en waaraan de gemeente was opgevolgd, en voorts uit alle andere stukken, op het oogenblik van de afkondiging dezer wet in het archief of ter secretarie der gemeente bewaard wordende of later aldaar neder te leggen. Art. 41. Ingeval van vereeniging of splitsing van gemeenten worden, na verhoor van den provincialen archivaris of, in de provincie Zuidholland, van den rijksarchivaris, in de wijze en voorwaarden, bedoeld in artikel 129 der gemeentewet, de noodige voorzieningen nopens de archieven der te vereenigen of te splitsen gemeenten door Gedeputeerde Staten opgenomen. Art. 42. Het gemeente-archief is tweeledig: administratief of geschied kundig. Art. 43. Het administratief gemeente-archief bestaat uit de stukken, die niet als van bloot geschiedkundig belang kunnen worden beschouwd. Art. 44. De eerste schifting tusschen de stukken van administratief en van geschiedkundig belang wordt voltooid binnen vijf jaren na de afkon diging dezer wet De stukken der laatste soort worden op last van Burgemeester en Wethouders overgebragt ter plaatse, waar het geschiedkundig gemeente archief wordt bewaard. In het vervolg geschiedt dergelijke schifting om de vijfentwintig jaren. Art. 45. Het administratief gemeente-archief wordt beheerd overeen komstig de bepaling van artikel 103 der gemeentewet. Art. 46. Het geschiedkundig gemeente-archief bestaat uit de gemeente archieven, die geen deel uitmaken van het administratief gemeente-archief. Art. 47. De gemeenteraad beslist, of het geschiedkundig gemeente archief met het geschiedkundig provinciaal archief of, in de provincie Zuidholland, met het rijksarchief zal worden vereenigd. In geval die vereeniging heeft plaats gehad, kan daarop later niet worden teruggekomen. Deze schifting geschiedt door den provincialen archivaris, bijgestaan door eene commissie uit den gemeenteraad.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1908 | | pagina 8