174
kadaster (tegen bericht van ontvangst en afschrijving op den inventaris) aan
den provincialen bewaarder
1°. De verzamelingsleggers.
2\ De veldaanteekeningen van landmeters.
3°, De registers van verbeteringen, model T.
4°. De klappers op de vrijdommen van grondbelasting.
5°. De registers van oude aanslagen in de grondbelasting over 1831.
6°. De contröleboeken 2).
7°. De staten betreffende de schattingen, model V.
8°. De algemeene aanteekeningsregisters, model P, of de losse bladen
van aanteekeningen, model P.
De dubbele bewaringen bleven belemmerend werken op den spoedigen
en goeden gang van zaken. Daarom werd bij Koninklijk besluit van
9 November 1843, no. 69 3), daarin verandering gebracht door het voor
schrift, dat voortaan geene dubbele plans, tafels en leggers zouden worden
aangehouden. Vervolgens werden de provinciale bewaringen op
den len Januari 1844 4) opgeheven met bepaling dat de bij die bewa
ringen aanwezige kadastrale minuut-plans met de daarbij behoorende tafels,
leggers en verdere boeken en geschriften moesten worden overgebracht
naar de betrokkene bewaarders van de hypotheken en het kadaster en
voortaan door die ambtenaren zouden worden bijgehouden. Tevens
werden de provinciale bewaarders als zoodanig ontslagen 5).
De overbrenging van de genoemde bescheiden moest vóór 1 Januari
1844 geschieden. Van de overige bescheiden werden onderscheidene,
ingevolge resolutie van den Minister van financiën d.d. 23 December 1843,
afd. Reg. en Dir. bel. no. 27, overgedragen aan de controleurs der
directe belastingen en van het kadaster6), die belast werden
met het in wezen houden van het verband tusschen het kadaster en de
grondbelasting en met de werkzaamheden tot regeling en heffing dier belasting.
Circ. Minister van financiën 15 Maart 1839 (Luttenberg, Chron. verz.).
2) Zie hierna.
3) Luttenberg, Chron. verz.
■t) Met ingang van 1 Januari 1844 werden de Gouverneurs in de provinciën
ontheven van het bestuur en toezicht over de invordering van 's lands middelen en
inkomsten. (Koninklijk besluit 25 October 1843, no. 65).
5) Aan den hoofd-inspecteur van het kadaster van het Rijk, tevens provinciaal
bewaarder (met den titel van inspecteur) in Zuidholland, Jhr. j. C. R. van Hoorn
van Burgh, die benoemd was tot lid van den Raad van State, werd bij Koninklijk
besluit van 16 September 1843, no. 114, ontslag verleend. De hoofdboekhouder bij
de provinciale bewaring in Zuidholland (P. Schaeffeb) werd bij genoemd besluit
met ingang van 1 October 1843 voorloopig belast met de provinciale bewaring.
Met ingang van 1 Januari 1844 werd hem ontslag verleend (Koninklijk besluit
5 December 1843, no. 47).
6) Sedert 29 Juni 1907 voeren die ambtenaren den titel van „Controleur
der grondbelastin g."
175
De naar die controleurs overgebrachte bescheiden zijn
1°. De tabellen (X3) der gekozen punten van aanhouding of voor
beelden tot de klassificatie der ongebouwde en gebouwde eigendommen.
2°. De definitieve tarieven van begrootin^ der gebouwde en onge
bouwde eigendommen.
3°. De uitgevoerde staten (V) van de uitkomsten der verrichte
opneming van de veranderingen, in de gebouwde eigendommen voorge
vallen, en van de gedane klasseering van ongebouwde eigendommen.
(Later model 3).
4°. De controleboeken, bestemd om de veranderingen, waaruit ver
meerdering of vermindering van het aantal perceelen, de oppervlakte of
het belastbaar inkomen voor eene geheele gemeente voortvloeide, perceels
gewijze aan te duiden (model U).
5°. De aanwijzende tafels, die door de landmeters waren opgemaakt.
6°. De aanwijzende tafels der gebouwen, die door de controleurs
waren opgemaakt.
7°. De verzamelstaten van de oppervlakte en de belastbare opkomst
der gemeenten (model no. 11, definitief).
8°. De vermenigvuldigingstafels (Tables de multiplication) van Oyon,
(directeur der directe belastingen in Frankrijk).
9°. De registers van aangiften tot bekoming van vrijdom van grond
belasting, wegens stichting van gebouwen.
10°. De aanhangig geblevene verklaringen of aangiften tot bekoming
van tijdelijken vrijdom van grondbelasting en van verhooging.
11°. De tabellen no. 13 der polderlasten. (1. Opgave vereischt
tot de berekening der dijk- en polderlasten2. Opgave van de geheele
uitgestrektheid in den polder in plaatselijke landmaten en in bunders
3. Staat, opgemaakt volgens de kadastrale aanwijzingen van de perceelen
tot een polder behoorende).
12°. De klappers voor vrijdom genietende perceelen.
13°. De staten B en C voor 1844 (B. Generale staat van de opbrengst
der gebouwde en ongebouwde eigendommenC. Staat der vermeerde
ringen en verminderingen in de belastbare opbrengst der gebouwde en
ongebouwde eigendommen).
14°. Het archief der aftredende, controleurs van het kadaster en dat
der naar andere provinciën overgeplaatste controleurs.
J. C. BETH.
De jaarstijl te Dordrecht in de XIII6 eeuw.
In zijn artikel Over de jaarstijlen door Floris V en zijne
voogden gebruikt (Archievenblad XV, blz. 91 103) doet de heer