22 dit instituut aan wat men rechtens is te verlangen van een zoo mild door staatstoelagen bedachte instelling?" En na er op gewezen te hebben, hoe in deze mildheid van de Regeering jegens het Instituut naast hare schrielheid tegenover andere inrichtingen een en ander schuilt, dat niet „haaksch" is, vervolgt hij met luchtige beeldspraak aldus „De meening, als zou dit instituut een nieuwe kaas zijn, waar budjet-knagende ambtenaren een veilige haven buiten de branding en de herrie van den struggle for life zouden vinden, mag geen schijn van grond hebben zelfs. Daarom is kennismaking, onderzoek, en eerlijke critiek ook hier op zijn plaats". Toen de toepassing van het decimale klassificatiesysteem door het Brusselsche Instituut een belangrijke uitbreiding had gekregen, begon men er over te denken, of het ook op ander dan bibliographisch gebied van nut zou kunnen zijn. En werkelijk schijnt het bij de administratie van industrie- en handelsondernemingen, ook weer voornamelijk in Amerika, goede diensten te bewijzen. De assistent-secretaris van de „Baltimore and Ohio Railroad company" althans, de heer W. H. Williams, is er vol lof over. En diens prijzend getuigenis, door den secretaris van het Brusselsch Instituut medegedeeld, is volgens verklaring van dezen, slechts een uit de honderd, die geproduceerd zouden kunnen worden. Van meer belang voor ons en nu kom ik aan mijn eigenlijk onderwerp is evenwel de vraag, of het systeem ook bij de registratuur van gemeente-administratiën zou kunnen worden toegepast. Wij allen weten, dat de werkkring van de gemeente-secretarissen, vooral door toedoen van rijkswege, in den laatsten tijd belangrijk is uitgebreid. Daardoor is op vele plaatsen en bij onderscheiden personen de wensch naar een alge meen erkend goed stelsel van gemeente-registratuur steeds levendiger ge worden. En het lag voor de hand, dat de bewonderaars van het Brusselsch Instituut bij het decimale klassificatiestelsel baat zouden gaan zoeken. Of in deze richting evenwel de beste oplossing der kwestie gevonden zal worden, staat m. i. te bezien. Immers, in aanmerking genomen het prin- cipieele verschil tusschen een archief en eene bibliotheek, mag bij voorbaat betwijfeld worden, of de indeeling van een bibliographisch instituut ooit tot voorbeeld kan strekken voor de ordening van een archief. Toch zou misschien in één opzicht het decimale stelsel ook bij de gemeente-administratie goede diensten kunnen bewijzen. Ik bedoel namelijk bij het maken van klappers op notulen of op ingekomen en uitgaande stukken. Het is bekend, dat deze arbeid meermalen met verwonderlijke vrijheid van beweging en alles behalve methodisch verricht wordt. Het js geen zeldzaamheid toch, dat dezelfde ambtenaar één en hetzelfde onder werp nu eens op deze, dan weer op die letter indiceert, al naar de over weging van het oogenblik hem ingeeft. En gaat de eerste indexmaker 23 weg en verzuimt diens opvolger zich geheel en al in te werken in de methode van zijn voorganger, dan wordt het raadplegen van den klapper steeds lastiger en minder loonend. Het zou dus inderdaad een uitkomst zijn, als het decimale stelsel deze bezwaren kon ondervangen. Naar het mij voorkomt kan het aan de éénheid van werken in deze materie inder daad bevorderlijk blijken. De voordeelen toch zullen de volgende zijn. Ten eerste: éénzelfde klassificatieschema, waarvoor men dan niet juist dat van het Instituut te Brussel behoeft te nemen, maar waarschijnlijk beter doet een veel eenvoudiger, speciaal voor de registratuur van gemeente- administratiën ingerichte tabel te kiezen. Hierdoor zal het indiceeren van dezelfde zaak op steeds hetzelfde nummer ten zeerste worden in de hand gewerkt. Ten tweede biedt de losse kaarten-index steeds ruimte voor tusschenvoegingen, hetgeen in een repertoire-register niet het geval is. Ten derde houdt de decimale index alle gelijksoortige onderwerpen bij elkaar, terwijl deze bij een alphabetischen ver uiteen worden geplaatst. Nu is het waar, dat ook op andere wijze meer éénheid in het indiceeren zou gebracht kunnen worden en eveneens, dat het fiches-systeem op alle klappers kan worden toegepast; maar dit neemt niet weg, dat het bezigen van het decimale stelsel bij het maken van indices ernstige overweging verdient. In elk geval zou het de moeite waard zijn, om hiermede een goed voorbereide en met ernst uitgevoerde proef te nemen. En hiermede zou ik eigenlijk aan het eind van mijne mededeelingen zijn gekomen, ware het niet dat er zijn, die aan de invoering van het decimale stelsel in de registratuur tevens een nieuwe wijze van indeeling en bewaring der stukken willen verbinden. Die niet meer de ingekomen en minuten van uitgaande stukken als verklarende bijlagen van de notulen achter deze willen inbinden, of ze jaarsgewijze en in volgorde van den datum van ontvangst of verzending willen samenvoegen, maar in plaats daarvan willen ingevoerd zien wat zij bestempelen met den naam van dossier-stelsel. Hierover dus nu nog enkele woorden. Allereerst moet ik er op wijzen, dat het woord dossier hier gebruikt wordt in een zin, verschillend van dien, welken wij aan het woord plegen te hechten. Zooals in de Handleiding is aangegeven, verstaan wij er onder een verzameling van stukken, die alle betrekking hebben op dezelfde zaak. Deze verzamelingen nu, waaraan niemand onzer het goed recht van bestaan in de gemeente-administratie zal betwisten, zijn zeer rationeel en gemakkelijk te raadplegenzij hebben geen klappers noodig en kunnen, als men slechts den aanvangsdatum der zaak aangeeft en de retroacta als bijlagen beschouwt, chronologisch geordend worden. 44 Handleiding.) De verzamelingen van het zoogenaamde dossierstelsel daarentegen zijn iets geheel anders. Zij hebben geen betrekking op dezelfde zaak, maar op dezelfde soort van zaken. Om dit vei schil, dat geenszins voorbij

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1907 | | pagina 17