196 comité zijn Pirenne en Van der Qheyn de algemeene secretaris, aan wien alle aanvragen gericht moeten worden, is Paul Bergmans. In de Afdeeling: Geschiedenis zullen o.a. voordrachten worden gehouden over le. Inventarissen van kleine archieven, 2e. Een Belgisch palaeo- graphisch album, 3e. Werken van recenten datum over de chronologie der Nederlanden, sedert Wauters, 4e. Den annunciatie-stijl in Vlaanderen en 5e. De Farnesiaansche archieven van Napels met betrekking tot de Nederlanden. Op het programma komen vele interessante uitstapjes voor, een bezoek aan het kasteel van Gerard den Duivel en aan dat van Leeuwergem, aan de Kathedraal Sint-Bavo, aan de ruïnes van de abdij van dien naam en aan Aardenburg in Zeeuwsch-Vlaanderen. 1906/1907. No. 4. Orgaan van de VEREENIGING VAN ARCHIVARISSEN in Nederland. De concept-Archiefwet. Slechts twee leden onzer Vereeniging, de heeren Bouricius en Muller, hebben de concept-archiefwet aan critiek onderworpenhet verheugt de commissie te kunnen constateeren, dat beide heeren zich in hoofdzaak met het concept hebben kunnen vereenigen en slechts op enkele ondergeschikte punten amendementen hebben voorgesteld. Zoo kort mogelijk wil de commissie haar standpunt tegenover die amendementen uiteenzetten. Art. 1. De heer Bouricius wil de woorden in al. 1 „onder voorbe houd der bij de overbrenging vastgestelde regelen" doen vervallen en in al. 2 de bepaling opnemen, dat een Koninklijk Besluit de regels vaststelt, volgens welke de besturen, die hunne archieven naar een depót over brengen, de openbaarheid kunnen uitsluiten. De commissie handhaaft hare redactiezij meent, dat de regels voor de openbaarheid en toegankelijkheid eenigszins elastisch moeten zijn. Stelt men vaste voor alle gevallen gel dende regels, dan zal men allicht particulieren en niet in deze wet bedoelde besturen afschrikken hunne archieven aan de depóts in bewaring te geven. Dit neemt niet weg, dat, zoo voor de opneming van archieven in het depót al te bekrompen eischen worden gesteld, de opneming kan worden geweigerd. Art. 7. De heer Muller wil in sub 4U de woorden „voor zoover zij niet onder die besturen berusten" schrappen. De commissie kan zich daarmede niet vereenigen. Gesteld, dat de departementen van oorlog en marine worden opgeheven en vervangen door één departement van lands verdediging, dan ware het toch niet gewenscht de archieven van oorlog en marine aanstonds in hun geheel naar het Algemeen rijksarchief over te brengen. Eenige vrijheid van beweging is hier wenschelijk. Art. 9. De heer Muller wenscht ook hier in sub 4° de woorden Goedgekeiird bij Kon. besl. van 29 Sept. 1891. Bijdragen voor dit tijdschrift te zenden aan Dr. E. WIERSUM te Rotterdam.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1906 | | pagina 1