228
b.v. in reg. no. 257, heeft een en ander maal uitdrukkingen alsland,
„belast met een hoed tarwe" (reg. no. 581), de „overdracht van den
„eigendom van een transportbrief" (passim) en dergelijke meer in het
leven geroepen. Wanneer ik ten slotte nog een opmerking waag,
dan is dat niet zoozeer een aanmerking op deze regesten alleen, maar
meer iets algemeens. Archaeïstische uitdrukkingen worden vooral bij
regesten licht gebruikt. De heer de Waard spreekt van de overdracht
van de helft van het huis en kaatsspel [in den brief] geroerd (reg. no.
524), gewaagt in een aanteekening nog wel bij een regest (no. 499)
van een cijns, die een gild op een huis sprekende had, heeft het
(b.v. regg. nos. 332 en 417) over een kind, daar N. N. moeder van
was. Kleinigheden, die eigenlijk niet eens bij zoovele goede dingen in
deze regesten (vgl. b.v. een N. B. als bij reg. no. 552) mogen worden genoemd.
Maar er zijn velen geweest en er zullen nog zeer velen komen, die met
minder kennis van, met minder liefde voor het archief, dat zij moeten
beschrijven, aan dergelijke neiging toegeven. En wij hebben aan een
tale Kanaans, aan een juristenjargon, al genoegvoor een regestentaai
mogen wij blijven gespaard
Het werk van den heer de Waard wordt met een drietal indices,
modellen van bewerking, gesloten. Een model van bewerking is trouwens
deze geheele inventarishet werk ook van iemand, die volhard heeft tot
het einde toe.
Groningen. P. G. BOS.
Literatuur-kroniek.
Tijdschrift voor Boek- en Bibliotheekwezen. Jaargang V, no. 1.
Antwerpen, 's-Gravenhage 1907.
De heer Dela Montaone publiceert in dit nummer een lijst van
boeken, die in 1642 te Antwerpen op de scholen gebruikt mochten worden,
en bespreekt de verschillende op die lijst geplaatste titels. De heer
M. M. Kleerkooper vermeldt een 14-tal Hollandsche werkjes, in Kopen
hagen gedrukt gedurende de jaren 16581660, terwijl Prosper Verheyden
een bijschrift geeft bij de afbeelding van een band van Adrianus van
Hoolwick (1528), waarin een Erasmiaansch geschrift gebonden was.
Verslaoen en Mededeelinoen der Koninklijke Vlaamsche Academie
voor Taal- en Letterkunde. Jan.—Maart 1907. Jaarboek voor 1907.
Gent, A. Siffer.
Behalve de gewone rubrieken zijn in het Jaarboekje een drietal oude
Dietsche Kalenders opgenomen, terwijl het „Mengelwerk", om den gewonen
229
almanakstijl te gebruiken, een korte geschiedenis van het paleis der
Koninklijke Vlaamsche Academie te Gent (het Dammansteen of huis van
Oombergen) van de hand van Jhr. Mr. Nap. de Pauw en drie levens
schetsen bevat, namelijk die van Alfons Janssens, Edward van Even en
Moriz Heyne.
In het Januarinummer staat een verhandeling van Jhr. Dr. K. de
Gheldere over de legende uit Vladsloo, volgens welke een knaap uit de
dij van een man zou geboren zijn, en eene van Dr. C. Lecoultre over
den oorsprong der bagijnen in verband met de legende van de heilige Begga.
Revue des Bibliothèques et Archives de Belgique, publiée par
L. Stainier, Tome V No. 1 et 2, Janvier—Avril 1907. Bruxelles, Misch et
Thron, Editeurs.
Den 20en Januari 1907 is te Brussel een vereeniging van archivarissen
en bibliothecarissen opgerichtvolgens het reglement is zij gesplitst in twee
onderafdeelingen, die der archivarissen en die der bibliothecarissen. Iedere
afdeeling heeft een eigen bestuur, terwijl er nog een algemeene secretaris
en een penningmeester voor de geheele vereeniging is; bij de algemeene
vergaderingen en bij de gemeenschappelijke bestuursvergaderingen treden
de afdeelingsvoorzitters om beurten als president op. Er zullen twee
algemeene vergaderingen per jaar gehouden wordeneen in Februari te
Brussel en een in September op een in Februari te bepalen plaatsbuiten
dien kunnen de onderafdeelingen, zoo dikwijls als zij het wenschelijk
achten, bijeenkomen. Niemand kan van de twee afdeelingen tegelijk lid zijn.
Ongeveer een maand daarna ontstond te Brussel de vereeniging
„Biblion", die tot doel heeft allen bijeen te brengen, die door betrekking-
of smaak belangstelling koesteren in manuscripten en „documents imprimés."
Hare vergaderingen zullen plaats vinden te Brussel op de eerste Zondagen
van Februari, Juni en November, om 10 uur 's ochtends in het hotel
„Ravenstein."
De heer K. Lonchay deelt iets mede over de archieven te Simancas
hij roemt de hulp, aan de bezoekers verleend, in hooge mate. Het volgende
stuk, dat van den heer Th. Goffin over de eerste boekdrukkers te Liers
bij Antwerpen, is zeer merkwaardig door het laten zien van de moeite,
aan de oprichting van een drukkerij in de Oostenrijksche Nederlanden
verbonden, een gevolg van de strenge censuur. De heer J. Cuvelier
vermeldt verder een overlijdensregister van Doorezeele, een vrouwen
klooster onder Evergem bij Gent, en geeft een vervolg van zijn artikel
over een in Denemarken gevonden matrijs van den Vlaamschen graaf
Boudewijn IV hij had het namelijk vreemd gevonden, dat die
Zie vorige Literatuurkroniek, blz. 185.