126 1\ en dus ook niet het inrichten van eene bepaalde opleidingsschoolde vrije universitaire studie blijft bestaan. Het krediet van 1000 wordt gevraagd ten behoeve van het academisch onderwijs in middeleeuwsche geschiedenis aan meergevorderde historici." Aangaande de Landsdrukkerij zegt het Voorloopig verslag: „Met verwondering en leedwezen hadden verscheidene leden vernomen, dat alle stukken, welke meer dan 10 jaren oud waren, aan de Lands drukkerij zijn vernietigd. Zij betreurden het in hooge mate, dat daardoor een schat van historische bescheiden is verloren gegaan en vroegen of de vernietiging in overleg met den Minister is geschied, en zoo niet, voor de verantwoording van welken ambtenaar deze daad komt". De Memorie van antwoord behelst over dit onderwerp het volgende: „Gebrek aan bergruimte heeft er, eenige jaren geleden, toe geleid, eene belangrijke opruiming van gedrukte stukken te gelasten. Opdracht daartoe werd verstrekt door den sedert overleden chef der afd. Algemeene Zaken en Comptabiliteit van het Departement, die met het toezicht op den voorraad belast was. Historische waarde kan men echter kwalijk aan de vernietigde documenten hechten, zoolang tal van afdrukken in omloop zijn. In de toekomst zal eene dergelijke opruiming, waarvoor*de oorzaak is vervallen, kunnen uitblijven". In de vergadering der rijksarchivarissen, 23 October 11. onder voor zitterschap van den Algemeenen rijksarchivaris te 's Gravenhage gehouden, zijn inzake het geven van afschriften de volgende conclusies genomen „Aan de rijksarchivarissen de verplichting op te leggen tot het leveren van simpele copieën, doch zóó dat zij in bijzondere gevallen een nadere beslissing zouden kunnen inroepen van den Minister, werd slechts door enkele archivarissen wenschelijk geacht. Met een voorstel om het copiëertarief te verhoogen voor stukken, welke van vóór 1700 dagteekenen of in een vreemde taal zijn opgesteld, in het algemeen van de zoodanige waarvoor bijzondere hulp van des kundigen wordt vereischt, konden zich slechts een paar archivarissen ver eenigen. Met algemeene stemmen werd goedgevonden den Minister in over weging te geven een officiëele uitlegging te verstrekken van de zegelwet, opdat blijken kan, of de rijksarchivarissen bevoegd zijn simpele copieën af te geven, en in verband hiermede in te trekken de aanschrijving van 6 Mei 1897, no. 1139, Afd. K. W." 127 Aan de N. Rott. Cour. van 16 Sept. ontleenen wij het volgende: „Inventarisatie der nieuwe archieven onzer gemeenten. Men schrijft ons uit Zutphen Het is algemeen bekend, dat bij de administratiën der onderscheidene gemeenten geene uniformiteit bestaat. In vele gemeenten worden de ingekomen en de minuten der uitgaande brieven ieder afzonderlijk of vereenigd chronologisch bewaard, in andere worden de ingekomen en de minuten der uitgaande stukken bijeengevoegd in de volgorde, waarin zij in de vergaderingen van den raad of van B. en W. zijn behandeld. Alle stukken, welke in de vergaderingen zijn behandeld, worden dus als het ware tot eene serie bijlagen van de notulen vereenigd. In andere gemeenten worden de ingekomen brieven chronologisch bewaard, terwijl de uitgaande brieven in een boek worden gecopiëerd. Dit laatste is met het oog op art. 1926 van het Burgerlijk Wetboek geene goede handeling. De minuten der bijlagen van de uitgaande brieven worden soms chronologisch, dikwijls ook naar de alphabetische volgorde der onder werpen bewaard. Men brengt ook wel de stukken bijeen, welke op ééne zaak of hetzelfde onderwerp betrekking hebben, zonder zich daarbij om de chronologische orde te bekommeren. Veelal gebruikt men journalen of agenda's, waarop de ingekomen en uitgaande stukken worden geboekt op de dagen van ontvangst of verzending. Op die registers worden klappers of indices gehouden, waarin rubrieks- en onderwerpsgewijze naar de journalen of agenda's wordt verwezen. Ook worden klappers of indices gehouden, waarin de loop van elke zaak wordt vermeld, met aanhaling van de datums, nummers en den be- knopten inhoud van de op de zaak betrekking hebbende ingekomen en uitgaande stukken, voorstellen, adviezen, besluiten en akten. In vele gemeenten bezigt men geen index, ja in sommige heeft men niet alleen den index, maar ook de agenda afgeschaft. Deze handelwijze is voor het oogenblik zeer eenvoudigmen heeft niet veel drukte, maar om de toe komst denkt men nietwant elke nieuwe secretaris of chef eener afdeeling zal daardoor altijd afhankelijk zijn van zijne ondergeschikten, die hem steeds omtrent elk stuk en elke zaak zullen moeten inlichten, terwijl een archivaris, die de stukken later in zijn archief moet bewaren, daarin den weg niet zal kunnen vinden. Aan die onderscheidene wijzen van behandeling van ingekomen en minuten van uitgaande brieven moet getracht worden een einde te maken. Uniformiteit is zeer gewenscht, doch zelfs bij de ministeries en hooge staatscollegies, die het voorbeeld moesten geven, is daarvan geen sprake. De heer J. C. Beth, ambtenaar bij het Algemeen Rijksarchief te 's Gravenhage, die met de gemeente-administratie vertrouwd is, getroost zich de moeite de gemeentebesturen te bewegen zooveel mogelijk gelijk-

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1906 | | pagina 28