70 gevraagd) doch tegen belofte van ruime toelagen. In andere woordende archivalia wierden gekocht. Wanneer iemand zulke archivalia te koop biedt, gebeurt het meer maals dat de Staat ze zelve koopt; nooit hoort men zeggen, dat de Staat ze nog aanslaat. 2e. Of de wet heden nog geldt, zou kunnen betwist worden. Het ware zelfs wenschelijk, dat de wet afgeschaft werd of vervallen verklaard, want zij doet veel meer kwaad dan goed. Immers de Staat schijnt ze niet meer te willen doen gelden om sommige stukken te redden, en de bezitters, uit schrik der wet, houden de stukken zorgvuldig verdoken. Wie, historieschrijver of archivaris, heeft dit niet ondervonden? En wanneer men na groote moeite er in gelukt is de stukken in handen te krijgen, smeekt men U de bron niet aan te wijzen, uit vrees dat de Staat ze zou aanslaan. Wanneer de bezitter hoort, dat een stuk geldelijke weerde kan hebben, zal hij zich wachten van het aan den Staat te toonen, en verkoopt het over de Duitsche grens. De Belgische Staat mag het dan dubbel betalen, of de stukken blijven voor goed in den vreemde. 3e. Wat kan er dan gedaan worden om de verholen archivalia te ontdekken, binnen het land te houden, ze in de groote openbare ver zameling te krijgen, of ten minste ze voor het publiek meer genaakbaar te maken? Ie. Eenen oproep tot de bezitters, met de stellige belofte dat de stukken niet zullen aangeslagen worden, maar zoo mogelijk afgekocht of op eene andere manier beloond. Onnoodig aan te dringen op de nood zakelijkheid de gedane beloften uit te voeren. Over vele jaren kwam de archivaris in eene pastorij en overtuigde den pastoor, dat de archieven beter zouden bewaard en geklasseerd worden in de Staatsverzameling dan op den zolder der pastorij. Hij beloofde tevens, dat de stukken, die de kerk aangaan, zouden teruggezonden v/orden. De archieven werden op gezonden en de pastoor wachtte met ongeduld naar de stukken, die de kerk aangaan. Helaas, de man is jaren doodDe koorde, die rond het pak gedaan werd, kan omtrent vergaan zijn, doch het pak ligt ginder nog niet aangeraakt! 2e. Het Congres zou de Regeering moeten indachtig maken op de archievenverzameling der kleine steden, die doorgaans ordeloos en verlaten liggen, en meestal ongenaakbaar zijn. Mogelijk zijn de inkomsten van sommige steden te gering om een bestendigen archivaris te betalen. Edoch, het klasseeren zou „geen stukken van menschen" kosten. Eindelijk roepen wij de aandacht op het stelselmatig aanteekenen der kerkelijke archieven, welke doorgaans de bijzonderste, soms de eenige verzameling is in vele dorpen. 71 Een geestelijke, door de regeering betaald, zou in naam der regeering en in naam van den bisschop de archievenverzameling van elke kerk gaan nazien, de stukken helpen klasseeren, en zou aan de regeering en aan den bisschop een beknopten inventaris overmaken van al de stukken, die belang opleveren. Waarom een geestelijke? Enkel om meer vertrouwen in te boezemen. Vergeten wij het niet. In zake van kerkelijke archieven zal men in eenen afgeveerdigde van den Staat altoos weinig vertrouwen hebben. Inventaris van Staatswege schijnt zoo wat synoniem met aanslag. Hierom zou er eene plechtige belofte moeten uitgelokt worden, dat de bezitters der geïnventorieerde stukken niet zullen verontrust worden. Bij den brand van het Universiteitsgebouw te Groningen op 30 Augustus j.l. werden door den Commissaris der Koningin Mr. Geertsema en enkele burgers uit de kasten, die voor een groot deel ingetrapt werden, de boeken en archieven der hoogleeraren gered. Ook het archief van curatoren en andere kostbaarheden, waaronder het academievaandel van 1672, werden tijdig uit de curatorenkamer in den linkervleugel gehaald en opgeborgen in het tegenoverstaande Roomsch-Katholieke kerkgebouw van den H. Martinus. Om op te treden als juryleden voor de beoordeeling van de inge komen antwoorden op de uitgeschreven prijsvragen ter gelegenheid van de van 14 24 September te Amsterdam te houden tentoonstelling op ge meentelijk administratief gebied, hebben zich voor de rubriek: Archief wezen, bereid verklaard de volgende heeren Mr. J. L. Berns, rijks-archivaris te Leeuwarden, Mr. A. C. Bondam, rijks-archivaris te Arnhem en J. A. Zaalberg, gemeente-secretaris te Zaandam. Naar wij vernemen, wordt ook eene Fransche vertaling der Hand leiding voor het ordenen en beschrijven van archieven voorbereid door de heeren Cuvelier te Brussel en Henri Stein te Parijs. Prof. Pirenne te Gent zal die vertaling bij Franschen en Belgen inleiden. Ook schijnt er sprake te zijn van een Italiaansche bewerking door prof. Bonelli en dr. G. Vittani te Milaan. In de Middelburgsche Courant van 6 September leest men onder de rubriek Sprokkelingen het volgende: Het lag voor de hand, dat de waarschuwing, door ons, naar aanleiding

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1906 | | pagina 40