112 Omschrijving der stukken. Tijdstip, waarop de vernie tiging geoorloofd is. 26. Kennisgeving van het overlijden van apothekers. 27. Verklaringen van overlijden met opgaaf van doodsoorzaak, door geneeskundigen afgegeven met het oog op de te ver krijgen permissie tot begraven (art. 5 Wet 1865, S. 60). 28. Verklaringen van doodschouw (art. 4 Wet 1869, S. 65). 29. Kennisgevingen van de gelegenheid tot kostelooze koepokinenting (art. 18 Wet besmettelijke ziekten 1872, S. 134). 30. Aangiften van besmettelijke ziekten door den geneeskundige aan den burgemeester (art. 6 Wet 1865, S. 60). Veeartsenij-politie. 31. Kennisgevingen van het heerschen van hondsdolheid in naburige gemeenten (art. 13 Kon. Besl. 1896, S. 104). 32. Afschriften van vervoerbiljetten van vee tijdens het heerschen van besmettelijke veeziekte. 33. Kennisgevingen van het heerschen, of van het vermoeden daarvan, van besmettelijke veeziekte (art. 13 Wet Veeartsenijkundig Staatstoezicht 20 Juli 1870, S. 131). Ongevallenverzekering (Beroep). 34. Kaarten, ingediend ter verkiezing van leden van den Raad van Beroep (art. 14 jo. 16 Beroepswet 8 Dec. 1902, S. 208 en artt. 12, 17, 21 Kon. Besl. 8 Dec. 1902, S. 212). 35. De opgaven van de Rijksverzekeringbank, bedoeld in art. 1 al. 1 van het Kon. Besl. van 8 Dec. 1902, S. 212. Idem. Nadat daarvan aanteekening is geschied in de daartoe be stemde registers. Een jaar na het jaar van inschrijving van het overlijden. Een jaar na de ontvangst. Een jaar, nadat herstel der ziekte is geconstateerd en ont smetting of onteigening heeft plaats gehad. Een jaar na de ontvangst. Na verstrijking van den termijn van beroep. Na één jaar. 113 Omschrijving der stukken. Tijdstip, waarop de vernie tiging geoorloofd is. Woningwet. 36. Aangiften, bedoeld in art. 9 dier wet. Kamers van arbeid. Zoodra zij ter kennis van de gezondheidscommissie zijn gebracht. Na vervanging der kiezers- 37. Lijsten, aangiften en formulieren voor plaatsing op de kiezerslijsten, opgemaakt en ingediend volgens de modellen I, II, lijst, waarvoor zij gediend III en IV, voorgeschreven ter uitvoeringi' hebben. Uitgezonderd gelijk van artt. 1, 7 en 12 Kon. Besl. 6 Januari 1 sub dezer "ist-) 1898, S. 20, Kiesreglement Kamers van Arbeid. Schutterij. 38. Certificaten van bekleeden graad bij de schutterij, ingeleverd door nieuwe nog schutterplichtige ingezetenen. 39. Alle duplicaat-registers, na completeering daaruit, voor zooveel noodig, van het exemplaar ter Provinciale Griffie. Arbeidswet. 40. Terugontvangen arbeidskaarten (art. 10 Wet 5 Mei 1889, S. 48). 41. Lijsten van afgegeven arbeidskaarten. 42. Afschriften der gegeven vergunningen tot overwerk. Leerplichtwet. 43. Staat A, lijst der kinderen van 612 jaar oud, op 1 Januari in de gemeente aanwezig (art. 18 Wet 7 Juli 1900, S. 111). 44. Staat B, lijst van aanteekeningen op staat A (idem). Na 15 Augustus 1907. Na 15 Augustus 1907. I Vier jaren na de terugontvangst. In het jaar, waarin alle namen zijn doorgehaald en de statistiek voor dat jaar is opgemaakt. Idem. Zeven jaren na de opmaking Idem.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1905 | | pagina 20