100 Aan het Departement van koloniën werd, naar aanleiding van het Kon. besluit van 1 Juni 1849, no. 167, opgedragen de behandeling der zaken betreffende de certificaten van oorsprong voor goederen, die naar de Oost- en West-Indiën werden verzonden, terwijl de behan deling der zaken van den eeredienst in de Oost- en West-lndiën bij Kon. besluit van 29 October 1870 (St.bl. no. 173) aan het Departement van koloniën werd opgedragen. 2) Geene meldenswaardige bijzonderheden, de organisatie van het Departetnent van koloniën betreffende, hebben later plaats gehad. 3) J. C. BETH. Kleinere bijdragen. De rechtstoestand der archivarissen. - De Vereeni- ging van archivarissen is, gelijk den lezers bekend zal zijn, aangesloten aan den Bond ter verkrijging eener wettelijke regeling van den Rechts toestand der Burgerlijke Ambtenaren, en in de laatste bijeenkomst te Maas tricht heeft de heer mr. Telting zijne medeleden opgewekt om ook persoonlijk zich op het door den Bond uitgegeven maandblad De Rechtstoestand te abonneeren. Wellicht zal ook het onlangs verschenen opstel van den heer De Vries, voorzitter van den Bond (De rechtstoestand der ambtenaren: Gids 1905 no. 8), waarvan een exemplaar aan elke der aangesloten vereenigingen gezonden is, de aandacht van de leden onzer Vereeniging op het streven van den Bond vestigen. Mijnerzijds wil ik hieraan slechts eene enkele opmerking toevoegen om te doen uitkomen, dat hetgeen voor den ambtenaar in het algemeen geldt, nl. dat hij volkomen onbeschermd is tegen eventueele willekeur van de autoriteit, die hem aanstelt, ook op den archiefambtenaar toepasselijk is. In de eerste plaats geldt dit van het ontslagde archiefambtenaar kan te allen tijde zonder opgave van redenen ontslagen worden. Dat hij, quamdiu se bene gerit, in het ambt blijft, is wel gewoonte, maar geen recht. En dat die rechteloosheid gevaarlijk kan worden, heeft de ondervinding geleerd. Vooral de gemeentearchi varissen hebben altijd het Damocleszwaard van het ontslag boven hunne hoofden hangenniet dat hunne positie rechtens anders is dan die der rijksarchivarissen beiden zijn even rechtloos maar de gemeente- Missive Minister van binnenlandsche zaken, 2 Juni 1849, 6e afd., no. 71. Voor die zaken werd eene afzonderlijke afdeeling bij het departement ingesteld. j Die zaken werden overgenomen van de twee opgeheven departementen der Hervormde en andere eerediensten, behalve den Roomsch Catholieken, en van den Roomsch Catholieken eeredienst. 3) De verdeeling der werkzaamheden over de bureaux had laatstelijk plaats bij Ministerieele resolutiën van 14 Juli 1874, la. H, no. 28, en 28 November 1894, Kabinet, H K25. 101 besturen zijn gewoon met hunne ambtenaren korter metten te maken. Ieder herinnert zich, wat onlangs te 's-Gravenhage heeft plaats gehad, waar de gemeentearchivaris plotseling van zijne betrekking is ont heven, zonder dat ééne ernstige grief tegen hem is ingebracht, en alleen de tusschenkomst van den raad hem een wachtgeld verze kerd heeft. Het is waar, de heer Servaas van Rooyen was slechts tijdelijk aangesteld, al duurde die tijdelijke betrekking dan ook jaren, en hij is niet ontslagen, maar eenvoudig niet herbenoemd; maar zou men waarlijk meenen, dat het Dagelijksch bestuur zich zou hebben laten weer houden door eene vaste aanstelling, die in elk geval hoegenaamd geen waarborg tegen ontslag biedt? Wil een gemeentebestuur een ambtenaar a tout prix uit den dienst verwijderen en wat te 's-Gravenhage gebeurd is, geeft wel den indruk, dat dat daar het geval was dan baat eene vaste aanstelling niets. In Zaandam is verleden jaar besloten het archief af te staan aan het Rijk en den archivaris te ontslaan. Nu genoot die ambtenaar, meen ik, geene bezoldiging en is de nieuwe regeling met zijne instemming gemaaktmaar rechtens was die instemming niet noodig geweest, en deed het er niets toe, of de archivaris bezoldigd was of niet. Gelijk ik reeds boven opmerkte, is de positie der ambte naren bij de rijksarchieven feitelijk beter, omdat het Rijk minder wille keurig optreedt dan sommige gemeenten. Maar toch is ook de onzekerheid van den rechtstoestand dier rijksambtenaren wel eens gebleken. Men her- innere zich slechts, dat bv. verschillende ministers verschillend hebben beslist op het verzoek van archivarissen om tevens de betrekking van rechter-plaatsvervanger te mogen waarnemen. De invoering eener wet, die den rechtstoestand der rijks- en gemeenteambtenaren regelt, is dus ook voor de archiefambtenaren eene zaak van veel belang, wier bevordering- op hun weg ligt. R. F. De gemeentearchieven in 1904. (Vervolg). N.B. Hetgeen hier volgt, is ontleend aan de verslagen van den toestand der betrokken gemeenten over 1904, tenzij eene andere bron is aangegeven. Amersfoort. Het verslag zwijgt over het archief. Breda. Archief en boekerij. De catalogus der boekerij zal worden gedrukt. De inventarisatie van 't archief gaat voort; daarbij wordt aanteekening gehouden van voor de gemeente belangrijke zaken. (Verslag van den archivaris in Verslag Breda, bladz. 8284.)

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1905 | | pagina 14