92 schijnlijk zijn die stukken begrepen onder de kerke- en armegoederen", tot wier overdracht aan de kerk te Bath Gecommitteerde raden bij resolutie der Staten van Zeeland d.d. 26 Juli 1790 werden gemachtigd. De nieuwe kerk werd toen tevens belast met het onderhoud der personen, die tot dusverre uit de armengoederen van Lillo en Liefkenshoek waren gealimenteerd. Dat niet slechts de kerke- en armengoederen maar ook al wat van de kerkelijke archieven van Lillo en Liefkenshoek bewaard was, naar het fort te Bath werd overgebracht, wordt bewezen door het feit, dat zich thans nog in het kerkelijk archief van Rilland de volgende stukken bevinden 1. Ontvangboek der begrafenisrechten te Lillo. 17321752. 1 deel. N.B. De bladen, behelzende de ontvangsten van 1734, zijn uit het deel gescheurd. Achter in het register zijn later de wetten der classis van Zuidbeveland afgeschreven. 2. Rekeningboek der diaconie van Lillo. 17801786. 1 deel. N.B. De diaconierekening over 1784, 1785 en 1786 is door gemachtigden van Gecommiteerde raden te Middelburg afgehoord. 3. Aktenboek van den kerkeraad van Liefkenshoek. 17541782. 1 deel. N.B. Hierin wordt o.a. de kerkelijke procedure tegen ds. Steen- huys uitvoerig behandeld. 4. Rekeningboek der diaconie van Liefkenshoek. 16811697, 1720—1785. 2 deelen. N.B. Aan het eerste deel ontbreken op eenige plaatsen bladen. Door de goede zorgen van den heer De Kruyter, wien ik deze opgave verschuldigd benzijn deze deelendie in verwaarloosden toe stand verkeerenthans in portefeuilles opgeborgen. Bovendien bevat het kerkelijk archief van Rilland nog eenige losse stukken, meerendeels betrekking hebbende op goederen van de diaconieën van Lillo en Lief kenshoek en van het weeshuis te Lillo. Uit deze thans eveneens in eene portefeuille vereenigde stukken teeken ik aaneen minuut-request van den kerkeraad te Lillo aan Gecommitteerde raden van Zeeland om terug te komen op het vroeger toegestaan verzoek om des Zondags te Lillo schepen te klaren en te depescheren, mits daarvoor eene recognitie aan de diaconie betaald werdeen extract uit de resolutiën van Gedelegeerde rechters d.d. 1763, waarbij vergund wordt te Oud-Lillo, te Lillo en te Liefkenshoek bij verkoop van huizen ten voordeele der armen een hal ven stuiver te ponde te heffenen een inventaris van de goederen der diaconie van Lillo, oorspronkelijk berustende in het weeshuis aldaar, later in het oude weeshuis te Middelburg, d.d. 1784 Maart 30. 93 Behalve deze stukken heeft de kerk oorspronkelijk ook de doop- en trouwboeken van Lillo en Liefkenshoek onder haar beheer gehad, die echter in den Napoleontischen tijd naar het gemeentehuis zijn overgebracht en daar nog altijd berusten. Yan Lillo zijn aanwezigeen doopboek, beginnende met 1701, en een ander, loopende van 1734 tot 1785, en een trouwboek over de jaren 17321785. Uit het kerkelijk archief van Liefkenshoek zijn afkomstig twee doopboeken, het eene over 1622 - 17C6 het andere over 17141785, en twee trouwboeken over 16361711 en 1715—1783. Ziedaar alles, wat ik omtrent de archieven der garnizoenskerken in de Zuidelijke Nederlanden heb kunnen vinden. Mijne inlichtingen zijn zeer onvolledigmaar zij wijzen in elk geval dengenedie iets in een dier archieven heeft op te sporenden wegwaar hij zoeken moet. R. Fruin. Verschil in tijd tusschen de uitvaardiging eener oorkonde en de daarin vermelde handeling. Eene oorkonde dient om eene rechtshandeling vast te leggen. Maar bekend is 'tfeit, dat zij niet steeds werd uitgevaardigd op denzelfden dag, waarop die rechtshandeling plaats vond. Zoo werd door sommigen onderscheiden tusschen de formules „actum" en „datum", waarvan de eerste zou aanduiden den tijd en de plaats, wanneer en waar de rechts handeling werd voltrokken, en „datum" zou aangeven tijd en plaats van de uitvaardiging der oorkonde. In ons land ontmoet men, naar ik meen, dit verschil niet dikwijls. Het kan dus zijn, dat over 't algemeen de oorkonde werd opgemaakt op den dag, dat de rechtshandeling plaats had; maar het is ook mogelijk, dat men de aanwijzing van 't verschil overbodig achtte. Toch blijkt ons somwijlen van dit verschil. Het schijnt mij daarom niet ongeschikt enkele voorbeelden daarvan mede te deelen 2). De hierachter als I en II medegedeelde acten betreffen eene zelfde zaak: I is de overeenkomst van verkoop, II die van levering. Volgens I zou de koopsom in 2 termijnen worden betaald, en na de afdoening der geheele som de overdracht volgen en een bezegelde stokleggingsbrief worden uitgereikt. Blijkens de ondergeschreven kwijting is de laatste Vobsterman van Oijen. De oude kerkregisters in ons land blz. 110 en 111. 2) De acten hierachter volgende zijn ontleend aan 't archief der Hóllandsche compagnie van de Dieverder en Legler Smildervenen, berustende in 's rijks archief depót in Drente.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1905 | | pagina 8