152
wier bestaan „reeds velen voor hunne studie en nasporingen het nut
hebben ondervonden". Door het verschijnen van dezen catalogus zal dit
voortaan zeker in niet geringere mate het geval zijn.
P. N. van Doorninck. Inventaris van het Archief van het Sint-
Anna Aalmoeshuis; genaamd Sint Anna- of Doornicks Hofje, op de
Hooigracht te Leiden. Haarlem, Qebrs. van Brederode, 1904.
Deze inventaris bestaat uit drie afdeelingen I. Algemeene Zaken
II. Administratie der goederen en III. Conventualen of bewoonsters.
De eerste afdeeling is weer verdeeld in a, nrs. 1 84 zonder nadere
omschrijving (eigendomsbewijzen, schenkingen enz.) en b, nrs. 8590.
Registers en bundels, terwijl de tweede en de derde afdeeling beide in drie
onderafdeelingen gesplitst zijn. De laatste afdeeling van III bestaat uit
Diverse stukken nrs. 127154 van welke het laatste nummer nog eens
weer als Diverse stukken wordt omschreven. Dan volgt een alphabetisch
register van persoons- en plaatsnamen, waarin ook een enkele zaaknaam
is opgenomen. Achter in dezen inventaris met zijn goed verzorgd uiterlijk
bevinden zich zeven mooie afbeeldingen van den platten grondvan gedeel
ten van het hofje en van twee schilderstukken.
F. Jos. van den Branden. Antwerpsch Archievenblad, uitgegeven
op last van het gemeentebestuur. Deel XXIII, Afl I. Antwerpen,
Drukkerij F. Wouters, Begijnenvest 107.
Hierin publiceert de Antwerpscbe archivaris vele stukken berustende
in het Stadsarchief, die betrekking hebben op de Spaansche Purie.
Tijdschrift voor Boek- en Bibliotheekwezen. Jaargang II,
nrs. 1 4, Januari Oogst 1904. Antwerpen 's Gravenhage.
Uit het voorwoord van de Redactie bij het begin van den tweeden
Jaargang blijkt, dat hare samenstelling eenigszins gewijzigd is door het
uittreden van Prof Willem de Yreese, die met andere bezigheden over
laden was. Max Rooses geeft blz. 7 vlg. een belangrijke studie over
„De letters der Plantijnsche drukkerij. 1555158y". Prosper Yerheyden
beschrijft het gezangboek van Margaretha van Oostenrijkberustende te
Mechelen in het gebouw, dat in de 16de eeuw diende tot zetel van den Groo-
ten Raad en nu, met het aangrenzende huis, het archief en de bibliotheek
der gemeente herbergt. Karei van de Woestijne bespreekt het Verloren
Getijdenboek van Turijn en geeft daarbij zeven merkwaardige platen. Een
uitvoerige studie over de Leidsche Universiteitsbibliotheek geeft Dr. P. C.
Molhuysenterwijl de Leidsche bibliothecaris Louis D. Petit het een en
ander meedeelt over liefhebbers-dieven van boekenof zooals men hen in
Italië humoristisch noemt, „gli amanti dei libri altrui". Wat hij naar
153
aanleiding van het boekje van Albert Cim over hen zegt en daaraan
toevoegt over den beruchten Pichler, bibliothecaris der keizerlijke boe
kerij te St. Petersburg, zal er toe meewerken om de waakzaamheid te
verdubbelen van allen, wien de zorg voor bibliotheken of archieven is
toevertrouwd.
Revue des Bibliothèques et Archives de Belgique. Tome II,
Livr. 35, MaiOctobre. Rédaction et administration: L. Stainier,
Mont-St.-Guibert, 20 Grand' Place.
In deze afleveringen komen de verslagen voor van de voorbereidende
werkzaamheden betreffende het internationaal congres voor de reproductie
van manuscripten, munten en zegels, dat het volgend jaar te Luik zal
worden gehouden. De heer J. Ouvelier bespreekt in een zeer lezens
waardig opstel de voorgenomen reorganisatie van de Fransche archieven.
(Zie hierover Nedl. Archievenblad, Jaargang XIII, Afl. 1, blz. 38 vlg.)
Van het Rijksarchief te Antwerpen worden de aanwinsten van 1903
meegedeeld, terwijl de heer A. Carlot een summieren inventaris geeft
van dat te Namen. Dit depót heeft in den laatsten tijd vele aan
winsten gekregen; volgens den heer Carlot echter lang niet genoeg: hij
wil alle familiearchieven annexeerenook de archieven van de steden Bou-
vignes, Dinant en Namen, die, hem ten spijt, nog zelf de geschreven monu
menten van haar vroegere grootheid bewaren. Ook komt hierin een overzicht
voor van de collecties, die bewaard worden in het depót van het Rijks
archief te Bergen (Mons), samengesteld door Ch. Hodevaerevoorafgegaan
door een korte inleiding. De heer H. Dubrulle vervolgt de uitgave van de
regesten der charters van de abdij van St. André du Cateau 12161262.
In de „Chronique des Bibliothèques et Archives" bevinden zich de gewone
verslagen van verscheiden archieven.
H. Nelis. Etude diplomatique sur le tabellionage de Tournai au
moyen age (1367—1521). Extrait du Tome LXXIII no. 1 des Bulletins
de la Commission royale d'histoire de Belgique. Bruxelles, Weissen-
bruch. 1904.
In deze belangrijke studie zet de heer Nelis de geschiedenis uiteen
van het koninklijk notariaat te Doornik. Na een kort voorwoord noemt
hij de verschillende autoriteiten op, die in de middeleeuwen de bevoegd
heid hadden akten te passeeren; dan vermeldt hij de instelling van het
koninklijk notariaat te Doornik en vervolgt zijne ontwikkeling gedurende
een honderdvijftigtal jaren. Het tweede gedeelte is gewijd aan het
diplomatisch onderzoek van notariëele akten: minuten, formulieren, zegels
enz. Als Bijlagen drukt de schrijver eenige dokumenten af, die op zijn
onderwerp betrekking hebben en berusten in het gemeentearchief te
Doornik en de rijksarchieven te Bergen en Brussel.