80 en effectendie geduurendo den tijddat hij het ambt van Secretaris had bekleed, ter Griffie of Secretarie waren geuamptiseerd geworden; doch op gronddat hij nalatig bleef het slot van die rekening en de effecten op te brengenalsmede te extradeeren en over te geven de minuteele (of zoo men die noemde) origineele Notulen, tot het voorsz. Collegie betrekkelijk, heeft B.die hem als Secretaris was gesuccedeerd en in die qualiteit bij resolutie van het Collegie van Wette der voorsz. Stad speciaal was geauctoriseerdden voornoemden A.die met er woon naar elders stond te vertrekkendoen arresteeren in persoonen vervolgens tegen denzelven eisch gedaan en geconcludeerd „dat bij Vonnisse definitief van den Gerechte der Stad Ylissingen „de Gearresteerde en Verweerder, in qualiteit van gewezen Secretaris „der voorsz. Stad, zoude worden gecondemneerdomme voorsz. minuteele „of anders gezegd origineele Notulen, bij hem, geduurende hij het Ambt „van Secretaris had bekleed, en verdere Ministers of anderen bij zijne „absentie, ten dienste van het voorsz. Collegie van Wette gehouden, aan „den Arrestant en Eischer q.q. te moeten extradeeren, onder expurgatie „van eede, des gerequireerdvan geene andere of meerdere te hebben, te „weten of ter kwader trouwe weerloos geworden te zijn, direct of in direct," (en om het batig slot zijner rekening te voldoen,) „en bij provisie „te worden gecondemneerd, ter Griffie of Secretary der gemelde Stad te „seponeeren de voornoemde minuteele of origineele Notulen" (en het saldo zijner rekening te voldoen). Hierjegens heeft A. doen dienen van eene Conclusie van antwoord bij de middelen van welke A. zig zeer beklaagde, dat men had kunnen goedvinden deeze procedures bij wegen van personeel arrest aan te leggen voorts inhaereerde zijne tot dus verre gevoerde sustenue van niet verpligt te zijnom zijne eigene zoogenaamde Minuteele notulenof liever Brouillons of Klad-notulenaan het Collegie van Wette of wel aan derzelver mandataris B. te moeten extradeeren en overgevenalsmede protesteerde van zijne bereidwilligheidten allen tijde betoondom alle gelden en papieren, tot welker overgifte hij eenigzints verplicht was, over te geven. üp grond van die middelen heeft A. vervolgens, alvorens te ant woorden, gedaan presentatie, zoo op de verzogte provisie als ten principalen (en zich bereid verklaard het saldo zijner rekening te voldoen). Doch ten aanzien van de gevorderde overgifte der Minuteele notulen, op de provisie gedaan presentatie: „om dezelven ter Griffie of Secretarie „der voorsz. Stad te seponeeren, onder expurgatie van eede, des gere- „quireerd, van geene andere of meerdere te hebben, te weten of ter „kwader trouwe weerloos geworden te zijn, direct of indirect, mits dezelve, „gecachetteerd met het cachet van den Gearresteerden en Verweerder, 81 „aldaar gaaf, ongeschonden en ongeopend zouden blijven, tot tijd en wijlen „het recht tot de voorsz. Minuteele of Klad-notulenbij uiterlijk gewijsde „in deezen te vallen, finalijk zoude zijn gedecideerd, en aan den Gearres teerden en Verweerder daarvan werde gegeven behoorlijke recepisse", (met conclusie tot opheffing van het arrest). Aan de zijde van B. q q. is de bovengemelde presentatie, tot vol doening van het batig slot van rekening en van de daarbij vermelde effecten, geaccepteerd; de mits, welke gevoegd was bij de presentatie op de provisie omtrent de Notulen (om namelijk, tot het uiterlijk gewijsde toe, met het cachet van A. gecachetteerd te blijven) gerefuseerd, en in plaatse van dien gedaan Contra-praesentatie, „om bij de Recepisse, wegens „de gedaane sepositie aan den Gearresteerden en Verweerder te verleenen, „onder handteeken van den Arrestant en Eischer in zijne qualiteit, te „certificeeren en te beloven, dat, in gevalle bij uiterlijk gewijsde verstaan „mogt worden, gemelde geseponeerde Notulen aan den Gearresteerden en „Verweerder toe te behoorendezelven aan hem in dien staat en conditie „te zullen restitueerenals dezelve zig bij het seponeeren ongecachetteerd „bevonden, onder expurgatie van eede, des gerequireerd, bij den Arres tant en Eischer in zijne qualiteit of deszelfs Successeur in officio te „praesteerenvan in gemelde Notulen niets te hebben veranderd, gecas treerd of gedeterioreerdzoo door zig zeiven of door anderen van zijnent- „wegedirect of indirect" (met aanbod om de zaak te brengen voor den Hoogen Raad). A. heeft hierop het voorsz. declaratoir en contra-praesentatie gerefu seerd en gepersisteerd voor Duplicq." Zoover was men gekomen, toen men besloot een anderen weg in te slaandoor bemiddeling van commissarissen uit het gerecht kwamen partijen mondeling tot de overeenkomst, om de geheele zaak over te brengen naar den Hoogen Raad van Holland. Waarschijnlijk waren partijen van oordeel, dat het gerecht van Vlissingen te nauw bij de zaak betrokken was en dat het daarom voor beiden beter was zich een anderen rechter te kiezen. Het eind van de zaak was, dat de Hooge Raad 7 April 1781 het volgende arrest wees: „'t Hof etc. ontzegt aan den Arrestant en Eischer in zijne qualiteit „deszelfs Eisch en Conclusie, zoo tot extraditie der Notulen als tot „decretatie van het Arrest, beiden ten Processe breeder gemeld, opende „jegens den Gearresteerden en Verweerder in deezen gedaan en genomen. „Condemneert denzelven het Arrest op den persoon van den Verweerder, „als kwalijk en ten onrechte gedaan, kost en schadeloos af te doen. „Interdiceert hem van gelijke meer te doen; en condemneert den Arrestant „en Eischer in zijne qualiteit in de kosten van den processeter tauxatie „van den Hoogen Raade."

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1905 | | pagina 2