wmpsï 7 8 De raad der gemeente Zaandam heeft op voorstel van Burgemeester en W ethouders besloten het oud-archief wegens plaatsgebrek in het gemeentehuis aan de provincie aan te bieden. Die afstand heeft, meent de raad, voor de gemeente geen bezwaar; dat archief heeft voor haar volstrekt geen belang, doch wel voor den geschiedschrijver, en thans ligt het op den zolder van het raadhuis geborgen, dus voor belangstellenden moeilijk ter raadpleging bereikbaar. Daar hierdoor de afzonderlijke betrek king van gemeentearchivaris vervalt, werd tevens besloten den heer G. Murray Bakker als zoodanig, met ingang van 1 Januari 1905, eervol ontslag te verleenen onder dankbetuiging voor de door hem in die betrekking bewezen diensten. Voorts werden ingetrokken de verordeningen op het archief en de bibliotheek. Den 8S» Augustus 1904 is de vierde Duitsche Archivtag te Danzig bijeengekomen, liet programma bevatte referaten van dr. BaR aldaar over eeue wettelijke regeling tot bescherming van archieven, die niet onder deskundig beheer staanen over de stichting van het nieuwe staatsarchiefdepot te Danzigwaaraan zich een bezoek aan het gebouw aansluit, van dr. Erhardt te Berlijn over de geschiedenis van het geheime staatsarchief aldaar, van dr. Peil te Berlijn over het gebruik van zapon in de industrie en van dr. Sello te Oldenburg over zijne nadere ondervinding bij het gebruik van dat middel. urn? 1904/1905. No. 2. Orgaan van de VEREENIGING VAN ARCHIVARISSEN in Nederland. Goedgekeurd bij Kon. besl. van 29 Sept. 1891. Bijdragen voor dit tijdschrift te zenden aan Mr. R. FRUIN te Middelburg. Een vonnis over den eigendom van kladnotulen. Toen in het begin van 1781 Mr. Paul Changuion aftrad als secre taris der stad Vlissingenontspon zich tusschen hem en zijn opvolger een merkwaardig geschil. Changuion had natuurlijk de notulen van het College van de Wet van Vlissingen, die onder hem als secretaris berust haddenaan zijnen opvolger overgegeven. Maar deze toonde zich daar mede niet tevreden en eisebte ook afgifte van de kladnotulen, die Changuion zelf gedurende de zittingen van het college had gehouden of door zijne plaatsvervangers had doen houden, en die thans gequalificeerd werden als „de origineele notulen." Maar Changuion weigerde: hij had volgens zijn plicht de notulen geëxtendeerd en zijn werk afgeleverdde aanteekeningendie hem daarbij gediend haddenmeende hij niet te moeten afgeven: zij waren zijn wettig eigendom. Maar de Wet van Vlis singen was het met deze beschouwing niet eens en steunde zijn nieuwen ambtenaar in diens eisch. Toen dus Changuion zich niettegenstaande het protest gereedmaakte om naar elders te verhuizen zonder de stukken uit te leveren, werd de zaak ernstig: hij werd gearresteerd en eene actie werd tegen hem ingesteld voor het gerecht van Vlissingen. Ziehier het kort bericht van het sustenu van partijen, zooals ons dit wordt medegedeeld in Van der Linden's Verzameling van merkwaardige gewijsden der gerechtshoven in Holland „A.geweest zijnde Secretaris der stad Vlissingen, doch van dien post afstand gedaan hebbende, doet wel aan Commissarissen uit het Collegie van Wette dier stad rekening en verantwoording van de penningen Leyden 1803, dl. I, blz. 193 vlg.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1905 | | pagina 1