112 bestaande wettelijke bepalingensteeds moest geweigerd wordenook al was misbruik in het minst niet te vreezen. Gelukkig bestoud naast de officieele aanvrage bij den minister van justitie, de mogelijkheid van mondeling overleg met den notaris-archief bewaarder. Het mag wel eens openlijk verklaard worden welk een grooten dienst deze personen aan de wetenschap hebben bewezendoor toe te staan dat mannen, als wijlen De Roever en Dozy, Bredius en anderen, inzage namen van stukken bij welke zij alleen wetenschappelijk „belang" hadden. Waren deze bewaarders kortzichtiger geweest en hadden zij op letterlijke wijze de bepalingen der wet opgevolgd, dan stond heden ten dage onze kennis althans van het biographische gedeelte onzer oude kunst, nog op het peil van Kramm en Immerzeel. Thans evenwel zijn de notarieele archieven van althans vier der groote kunstcentra: Amsterdam, Leiden, den Haag en Delft, voor een groot gedeelte reeds doorgezien. De groote verrassing die de nieuwe wettelijke bepalingen ons zullen brengen ligt te Haarlemde stad der oudste nationale schilderschoolde stad ook van Frans Hals en de zijnen. Daar waren de notarieele archieven tot dusver hermetisch gesloten en zal stellig de oogst buitengewoon rijk zijn. Vooral ook, omdat de overige archieven reeds op zulk een uitgebreide schaal doorvorscht zijn door Van der Willigen, die de resultaten in zijn werk over les Artistes de Harlem publiceerde. Een gevolg der nieuwe wettelijke bepalingen zal vermoedelijk zijn dat te Amsterdam een rijksarchiefdepót zal moeten worden gevestigd. Het zal wel onmogelijk blijken de omvangrijke Amsterdamsche archieven over te brengen naar het provinciale depót te Haarlem en het zou ook in hooge mate onpraktisch zijn deze archieven uit Amsterdam te verwij deren. Deponeering in het gemeente-archief zal met het oog op de beperkte ruimte in de St. Anthonispoort eveneens onmogelijk blijken. Geringer bezwaar zal het daarentegen hebben, de minder omvangrijke Leidsche en Delftsche archievendie thans in den Haag bewaard wordenaf te staan aan de archiefdepóts der steden, waar zij thuis behooren en waar zij alleen hun volle nut kunnen stichten." Wat de stichting van een rijksarchiefdepót te Amsterdam betreft, zoo'n vaart zal het nu wel niet nemen; de Regeering zal ongetwijfeld alleen dan de Amsterdamsche notarieele archieven aan de gemeente in depót geven, als deze zorgt voor eene behoorlijke bewaarplaats, gelijk de Minister in de Memorie van toelichting op art. 69a met zoo vele woorden zegt. Maar ook afgescheiden hiervan zullen de gevolgen der nieuwe regeling zich bij het wetenschappelijk onderzoek zeer zeker machtig doen gevoelen. 113 De gemeentearchieven in 1903. N.B. Hetgeen hier volgt, is ontleend aan de verslagen van den toestand der betrokken gemeenten over 1903, tenzij eene andere bron is aangegeven. Alkmaar. Gemeente-archiefGedrukt werden de „Ver betering en aanvulling van den inventaris van Dr. P. Scheltema, „1869" en eene „Naamlijst van de leden der regeering, de secre- „tarissen en ontvangers sedert 1795". Opgegeven worden de titels van de opstellen in tijdschriften en in de Alkmaarsche courant door den archivaris en den adjunct-archivaris geschreven, en van de uitgebrachte rapporten. De materieele toestand der stukken kan over 't geheel voldoende worden geacht. Volgt eene opgave der ontvangen stukken. (Verslag Alkmaar, bladz. 2729.) Amersfoort. Onder de belangrijke zakenin den ge meenteraad behandeld, komt voor op 27 Augustus 1903: „Besluit tot verleenen van den titel van gemeente-archivaris „en waarnemend gemeente-archivaris." (Verslag Amersfoort, bladz. 21.) Amsterdam. Archief". Het personeel werd versterkt door de tijdelijke aanstelling van een klerk 3de klasse. Gecatalogiseerd werd de verzameling papieren afkomstig van wijlen jhr. F. L. Bicker en eenige sedert 1898 in bruikleen ontvangen stukken. De tot het archief der gasthuizen behooreude archivalia van het voor malig dolhuis werden geïnventariseerd. Een aanvang werd gemaakt met het voor den druk gereed maken van den inventaris van het gasthuis-archief, en met de regeling van het archief van het Colle gium Medicum. Voortgezet werd de chronologische sorteering der stukken uit het aalmoezeniersweeshuis, bij de opname der ver pleegden behoorende. Voltooid werden de klappers op de huwelijks- Puv-reaisters. Naamklappers werden vervaardigd op de doopboeken over 1811—1806. Het oud-archief der stadsdrukkerij werd overgebracht en geïn ventariseerd. Ook het archief der stads-bank-van-leening is onder archiefbeheer gebracht. Een aanvang werd gemaakt met een lexicographiscben klapper op de ingeschreven poorters der stad, welke vorderde van 1531 tot 1600. Op het nieuw-archief ten stadhuize werd het archief der schutterij

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1905 | | pagina 18