5 geboren uit het huwelijk van Johan Willem Unger en Therèse Antoinette Elisabeth Pabst. Zijn vader verloor hij op jeugdigen leeftijd. Moeder en zoon trokken na het overlijden van den vader in bij den grootvader van moederszijde, die een post van vertrouwen bij wijlen Prins Prederik bekleedde en woonplaats in diens paleis had aan het Korte Voorhout, in den Haag. Daar vertoefde onze vriend van zijn zesde tot zijn twin tigste jaar, en verkeerde hij te midden der kunst- en weeldevoorwerpen in het paleis aanwezig; ook had hij toegang tot de boekerij, die de Prins daar had bijeengebracht. In verband met de positie, door den grootvader bekleedwas Unger in de gelegenheid veel naar opera en komedie te gaan. Geen wonder dat zich bij den knaap vroegtijdig smaak voor kunst in verschillende richting ontwikkelde, en dat de zin tot snuffelen en onderzoeken in boeken en papieren werd gewekt. In dien tijd liep Unger de Hoogere Burgerschool af en bereidde hij zich voor tot het afleggen van het admissie-examenmet dispen satie voor de klassieke letterenten einde tot de lessen der Universiteit te worden toegelaten. Ongelukkig werd hij door ziekte hierin verhinderd en na zijn herstel stond de gelegenheid tot het afleggen van dat examen niet meer open. Desniettemin liet hij zich inschrijven als student en volgde de college's van de hoogleeraren Pruin, Jonckbloet en de Vries, alsook die van professor Verdam. Aanvankelijk bewogen zijn studies zich uitsluitend in litterarische richting, en wel hoofdzakelijk, de bovenstaande namen wijzen het reeds aan, op het gebied der Nederlandsche Letterkunde. Reeds op de Bur gerschool had Unger zich veel bezig gehouden met het lezen en b9stu- deeren van Vondel's werken niet alleen, maar was hij ook begonnen allerlei, dat op dien dichter betrekking had, bijeen te brengen en te ver zamelen. Zoo stond hij ook reeds een paar jarenvóór de hoofdzakelijk door mr. A. D. de Vries georganiseerde groote Vondel-tentoonstelling in 1879 tot stand kwam, met dezen in betrekking, en deelden zij elkaar over en weer vondsten, ontdekkingen en opmerkingen over het hen beiden zoo interesseerende onderwerp mede. Eerst op die tentoonstelling ont moetten zij elkaar, en het is wel een bewijs van Ungers degelijken we- tenschappelijken zin, van zijn groote belangstelling in den bloeitijd onzer letterkunde onder de Republiek en zijn gevoel voor hare schoonheid, dat tusschen hem en den zooveel ouderen en smaakvollen de Vries een vriendschapsbetrekking ontstond, die zelfs tot litterarische samenwerking leidde. Rog een ander bewijs van dien wetenschappelijken zin, en niet minder daarvan, dat hij ook in meer zuiver historische richting zich had bewogen, kan worden gevonden in het feit, dat hij op 1 October 1883, dus goed 22 jaren oud, op aanbeveling van prof. Fruin, wiens college's,

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1904 | | pagina 8