134
„Groszherzoglich Badiscbe Generallandesarchiv". In het Groot
hertogdom Hessen schijnt de toestand der gemeentelijke en kerkelijke
archieven ook al niet bijzonder troostrijk te zijn. In de zitting van
„Abgeordnetenkammer' van 4 Maart j 1. wees de afgevaardigde
Kohier er op, hoe licht „die in den Archiven der Bürgermeiste-
reien und Pfarreien ruhenden Akten verkommen". Te prijzen is
dus het besluit van de burgemeesters van den „Kreis" Giessen
om hunne oorkonden met behoud van eigendomsrecht in een depót
te Giessen te vereenigen. Van den Thiiringer archiefdag (Jena
17 Mei) en van den Westduitschen (Aschaffenburg28 Juni) wordt
een beknopt verslag gegeven; uitvoerig besproken wordt het nieuwe
reglement op de Italiaansche Staatsarchieven (afgedrukt in de „Gaz-
zetta ufficiale del regno d'Italia 29. Ott. 1902, nr. 252; zie Nedl.
Archievenblad Jaarg. XII bl. 58). Zooals men weet zijn in het
Geheim Staatsarchief te Berlijn de stukken van na 1840 niet voor
het publiek toegankelijk en wordt slechts in enkele gevallen van
dezen regel afgeweken. Prof. Rachfahlaan wien werd toegestaan
om stukken van 1848 in te zien, schijnt in zijn opstel „Oesterreich
und Preuszen im Marz 1848" van dit verlof geen fair gebruik ge
maakt te hebben, althans het „Königl. Preuszische Archivdirectorium"
legt hem ten laste, dat hij door zijn manier van handelen er geenszins
toe zal bijdragen om de archieven nog toegankelijker te maken.
August Hettler. Archivalisches Centralblatt, Organ für die Ge-
samtinteressen des Archivwesens. I Bd., No. 1. Jena, 1903, Selbstverlag
des Herausgebers.
Dit tijdschrift heeft in de eerste plaats ten doel de serie van
publicatiën op archiefgebied, die de uitgever voorbereidt, bekend
te maken. Ook zal het aanvullingen geven van zijn archief-adresboek
(zie beneden). Bovendien zal het bijdragen bevatten naar verkiezing
der schrijvers, in de Duitsche, Fransche, Italiaansche en Engelsche
taal.
August Hettler. Adressbuch der wichtigsten Archive Europa's.
Ister Teil: Deutsches Reich ohne Preussen. Jena, 1903, Selbstverlag
des Herausgebers.
Hierin zijn, met enkele uitzonderingen, alleen die archieven
opgenomen, waarvan gedrukte inventarissen bestaan, waarover iets
in druk is verschenen, of waaruit stukken zijn gepubliceerd. Be
halve aanwijzing der uren van openstelling, der wetenschappelijke
beambten enz. bevat het werk opgaven over de „einschlagige
Literatur".
135
G. Frenzel. Leitfaden für die Einrichtung der KanzleienRegi-
stranden und Akten der deutschen Stadtgemeinden. Leipzig, "Verlag
von F. Leineweber, 1903.
Dit is de prijsvraag, die bekroond werd door het bestuur van
de Duitsche stedententoonstelling te Dresden. De schrijver„Rats-
obersekretar" te Dresden, handelt in Hoofdstuk III over het be
waren der akten. Deze moetenzegt hijdikwijls eeuwen lang in
wezen blijven en geven in vele gevallen de eenige aanwijzing over
vroeger bestaande toestanden. Daarom moet de inrichting, de op-
teekening, de uiterlijke vorm en het bewaren der akten zoo zijn,
dat zij nog in verre toekomst „ansehnlich, leserlich und haltbar
sind". Hiervoor geeft hij dan verscheiden nuttige wenken. Van
tijd tot tijd moet onder de administratieve bescheiden een opruiming
worden gehouden. Vernietigd worden alle stukken zonder waarde
aan het archief afgedragen echter die akten„die einen dauernden
Wert besitzenin denen sich wichtige Urkunden befinden oder
deren Aufbewahrung im Archiv durch den Vorstand der Behörde
überhaupt angeordnet worden ist". Bij zulk een overdracht geeft
de archivaris bewijs van ontvangst af, terwijl ook op het admini
stratief bureau aanteekening van de afgifte wordt gehouden.
Middelburg, November 1903. E. WIERSUM.
Berichten.
Aan den uitgewerkten en toelichtenden Staat, behoorende bij het
vijfde hoofdstuk der Staatsbegrooting voor 1904 ontleenen wij het volgende:
„Art. 182. Jaarwedden en verdere belooningen der ambtenaren en
bedienden bij 's Rijks archieven te 's Gravenhage:
a. algemeene Rijksarchivaris f 4300.(voor 1903 4000.
b. adjunct-archivarissen 12200.9800.
c commiezen 8300.6800.
d. adjunct-commiezen 5780.4300.
e. klerken, concierges en verdere
bedienden 5135.5210.
f 35715.— (voor 1903 ƒ30110.—).
„Art. 183. Kosten van onderhoud, huishoudelijke uitgaven, perso-
neele hulp, schrijfloouenreis- en verblijfkosten, inrichting en onderhoud
van gebouwen, terreinen en lokalen, en aankoopen voor de Rijksarchieven
en kosten van de commissie van advies voor 's Rijks geschiedkundige
publicatiën f 29000.(voor 1903 16000.