104
reeds zoodanig fe beschrijven, dat deze beschrijving onveranderd
een plaats zoude kunnen vinden in den nieuwen inventaris, waarvan
de samenstelling een dringende eisch mag genoemd worden
Vele nasporingen werden voor 't gemeentebestuur en particulieren
verricht; gemeend werd echter, dat voor de laatsten „niet al te veel
tijd mocht worden besteed". Dr. J. Heinsius zal medewerken aan
de beschrijving van 't archief van „'t Drapeniersgild".
(Verslag Gouda, bladz. 38, 39.)
'sGravenhage. De heer A. J. Servaas van Rooyen
werd weder voor 1 jaar herbenoemd. De bibliotheek, vermeerderd
met 332 nummers, bevat thans 3709 nummers. „Het oud-archief
werd geheel geordend naar den inventaris Hingman 1868", voorna
melijk om te weten wat daarin onjuist was of wat daarin niet was
aangeteekend. Het drukken van den inventaris der rubriek „Buurt-
wezen" kwam gereed. Met de ordening en het inventariseeren der
rubriek „Gildewezen" is aangevangen. De inventaris dier rubriek
zal aansluiten aan dien van het „Buurtwezen".
„Van het oud-archief en de bibliotheek werd weder een ruim
gebruik gemaakt."
(Verslag 'sGravenhage, bladz. 23.)
Groningen. Gemeente-archiefBijzonderheden hierom -
trent vallen niet te vermelden."
(Verslag Groningen, bladz. 32.)
Haarlem. „De lokalen, waar het archief bewaard wordt,
zijn voor hei doel zeer geschiktHet archief is naar eisch
geordend en er bestaat een gedrukte inventaris van in drie deelen
welke met de meeste zorg wordt bijgehouden. Alle charters,
registers enz. zijn genommerd." De kosten bedroegen 664.89,
waaronder: aankoop van archiefstukken voor ƒ33.96, teekeningen
ƒ184.25, prenten 71.46 photographieën 15.50boeken 33.475
en het genealogisch archief ƒ116.87. Opgave der aanwinsten (o.a.
contract over de aanneming eener stomme en lamme provenierster in
't St. Anna-convent d.d. 1570, kasboek van het Barbara-gasthuis d.d.
1622—1628, rekening van den scherprechter d.d. 1752). „Een
vervolg op den inventaris der kaarten ligt in handschrift gereed. Het
maken van inventarissen der andere verzamelingen blijft een onderwerp
van gestadige zorg." Opgave der onderzoekingen. De oude gothische
klok zal worden gerestaureerd en dan geplaatst in de hal van het
raadhuis. Het genealogisch archief wordt veel geraadpleegdvoort-
105
gegaan is met het afschrijven der oude kerkeboekende huwelijk-
aanteekeningen der Ned. Herv. Kerk d.d. 1637 1614 zijn op
fiches gebracht. In het museum werden tentoonstellingeu gehouden
van teekeningen uit den atlas; in de archiefkamer werden voor
leden van den raad en andere belangstellenden kunstbeschouwingen
gegeven, welke druk werden bezocht en zeer in den smaak vielen.
(Verslag Haarlem, bladz. 2845.)
Harlingen. Zwegen vorige verslagen over het archief,
thans wordt daarop eene uitzondering gemaakt; helaas valt slecht
nieuws mede te deelen.
„Op den 22 Juli 1902 werd brand ontdekt in de archiefkamer
van het stadhuisdie echter spoedig werd gebluscht
„De schade was niet belangrijk; onder anderen gingen eenige
oude provinciale almanakken verloren."
Wat verder te loor ging, wordt niet vermeld; laat ons hopen,
dat genoemde almanakken 't voornaamste verlies warenen dat
maatregelen zijn of zullen worden genomen om brand in het archief
onmogelijk te maken.
(De aangehaalde woorden uit Verslag Harlingen, bladz. 22.)
Den Helder. „Wij herhalen hier, wat wij ook reeds
in onze vorige verslagen opmerktendat het archief voor zooveel
dit mogelijk is, in orde wordt gehouden, ofschoon de plaats daar
voor aangewezen ten eenenmale ongeschikt isen eene goede
regeling belemmert."
(Verslag den Helder, blz. 23.)
's Hertogenbosch. Het verslag zwijgt wederom over
het archief.
Hoogeveen. Stereotyp verslag dat van de laatste
jaren.
(Verslag Hoogeveen, blz. 34.)
Hoorn. ArchievenHet archief verkeert in goeden staat.
Jaarlijksche toevoeging van de stukken, daartoe behoorende, had
als naar gewoonte plaats." Mr. J. de Vries van Doesburgh schonk
eenige oude stukken. „Met betrekking tot den voortgang van de in
1895 door den heer rijksarchivaris in deze provincie aangevangen
inventarisatie en beschrijving van de in het oud-archief aanwezige
stukken, werden door ons in den loop van 1902 geene bijzonder
heden vernomen."
(Verslag Hoorn, bladz. 42, 43.)