84 85 waarin rekening gehouden wordt met de consideratiën en adviezen, bij de Alge- meene Synode ingebracht. De Classicale Vergadering van Leiden acht met op 2 na algemeene stemmen dit Reglement verwerpelijk. „De gemeente alleen is en blijve eigenares van haar archief. De bedoelde archivaris zal arbitrair kunnen optredender Kerk zeer duur te staan komen en onmogelijk zijn te veel omvattende taak kunnen waarnemen, over honderden gemeenten uitgestrekt". Adviseert de Classicale Vergadering van Dordrecht tot aanneming, in die van Gouda kon dit Reglement niet in behandeling komen wegens het te ver gevorderde uur. Een bijzonder voorstel van den heer J. W. Margadant, Scriba van het Classicaal Bestuur van Gouda, wordt echter overgelegd, eene herziening betreffende van het door de Synode aangeboden Reglement en een bescheiden poging zijnde om aan de bezwaren, tegen dit Reglement ingebracht (zitting 14 Augustus 1902), zooveel mogeiiik tegemoet te komen. Art. 1 blijft. Art. 2 blijft. Art. 3 vervalt. Art. 4 luide aldus In iedere classis wordt door de Synode in overleg met den kerkdijken archivaris, een classicale archivaris benoemd. Deze is belast met het in orde brengen van de archieven der gemeenten in zijn ressort en geeft jaarlijks verslag aan de Synode van hetgeen door hem op dit gebied is verricht. Hij heeft de bevoegdheid om in overleg met den kerkeraadzoo noodig, gedurende een half jaar stukken uit het oud-archief mede te nemen of te ontbieden om ze te ordenen. In voorkomende gevallen raadpleegt hij den kerkdijken archivaris. Art. 5 vervalt. Art. 6 vervalt. Art. 7 luide aldus: Bij de persoonlijke kerkvisitatie geven de visitatoren in 't bijzonder acht op de archieven en rapporteeren daarvan aan de Synode. Art. 8 luide aldus: De onkosten, welke de uitvoering van dit Reglement met zich brengt, worden gedragen door de Nederlandsche Hervormde Kerk en de gemeenten. Memorie van toelichting. Op deze wijze wordt het initiatief genomen in iedere classisde arbeidvoor den kerkdijken archivaris te veel, wordt verdeeld, en zoo komt men langzamerhand te weten, wat er belangrijks in de archieven aanwezig is. Want er is ook veel in, wat niet belangrijk is. De kerkelijke archivaris houde zich uitsluitend bezig met het ordenen van de Classicale (40 in getal) en de Provinciale (10 in getal) en het Synodaal archief en maakt, zoo ze er nog niet zijn daarvan wetenschappelijke inventarissen op. De classicale archivaris beperkt zijn werk tot de gemeenten in zijn ressort; een werkkring, die ook te overzien is. In vele gemeenten zijn de archieven reeds in orde. Hij kan ieder jaar b.v. 6 of 10 gemeenten bezoeken en het archief in orde brengen en er van medenemen om tehuis te bewerken. En wat de kosten betreft De Synode benoeme den kerkelijken archivaris uit de leden der Synode (predikanten). Onder hen schuilen mannen in het archiefwezen ervaren, op een salaris van bijv. 800 'sjaars, terwijl den classicalen archivarissen (er zijn er 40) ieder f50 'sjaars wordt toegelegd, behalve reis- en verblijfkosten. Men vrage van alle kerkvoogdijen (er zijn er ruim 2000) f 1 'sjaars of meer, voor dit doel bij te dragen, gedurende het tijdsverloop, dat al de archieven in de classis zijn geordend. (In 5 jaar kan heel wat afgedaan worden.) Het overige wordt gedragen voorde helft door de Algemeene en de Generale Kas. De kerkelijke, zoowel als de classicale archivaris, blijft, zoolang het noodig is. In andere Reglementen worde opgenomen a. blijft. b. blijft. c. blijft. d. luide aldus: verder benoemt zij den kerkelijken archivaris en de classicale archivarissen den laatsten op voordracht van het Classicaal Bestuurvoor onbe- paalden tijd. Hunne plichten worden in bijzondere instructies omschreven. e. Art. 19. Reglement voor de Kerkeradeunieuwe alinea, luide aldus: zij staan het onderzoek van de aan hunne zorg toevertrouwde archieven niet toe, dan aan de leden van het Classicaal Bestuur waaronderzij ressorteeren aan den kerkelijken en classicalen archivaris en geven geen stukken af, dan met goedkeuring van het Classicaal Bestuur, onder ontvangbewijs. Art. 14. Reglement op de vacaturen luidt aldus In de vergadering in Art. 13 vermeld, wordt de zorg voor het archief, inzonderheid voor het bijhouden der doop-, lidmaten- en trouwboeken en het ontvangen van inkomende stukken opgedragen aan den consulent (in den regel neemt de consulent niets meer over dan deze boeken en het notulenboek). g. Art. 79al. 3 luide aldusBinnen acht dagen na de bevestiging geeft de consulent in een kerkeraadsvergadering de door hem gebruikte boeken uit het archief over, met de ontvangen stukken, die door hem op den index vermeld worden. Ontwerp-instructie voor den kerkelijken archivaris (bl. 550 Act.-Syn. 1902). Art. 1 blijft. Alleen worde aan het Artikel toegevoegden wordt gekozen uit de leden der Synode. Art. 2 luide aldusHij zorgt inzonderheid voor goede bewaarplaatsen der classicale en provinciale archieven en maakt van deze wetenschappelijke inventarissen op, die successievelijk gedrukt worden. Art. 3 luide aldus: Hij beslist of de kerkeraden voor de bewaring van hun archief de noodige zorg dragen en is gehouden elk bijzonder onderzoek in te stellen, dat hem door de Synode of de Synodale Commissie wordt opgedragen. Art. 4 vervalt. Art. 5 vervalt. Art. 6 vervalt. Art, 7 vervalt. Art. 8 luide aldus: Hij zendt jaarlijks aan de Algemeene Synodale Commissie vóór haar voorjaarszitting een verslag van zijne werkzaamheden tot l April van het loopend jaar. De Synodale Commissie brengt dit verslag over bij de Synode,

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1903 | | pagina 11