28 verschillende archieven heb ik kleine vouwbare planken gezien, die aan den voorkant van de kast bevestigd waren. In dit geval moest men toch de gang ten einde gaan om een archiefregister te kunnen neerleggen en doorzoeken; dit was daarentegen niet noodig in het kreitsarchief te Mun- chen, waar op een eenvoudige wijze de noodige bladen verschaft werden namelijk door dicht onder de derde plank van de dubbele kasten een paar steunsels aan te brengenwaarop eene verplaatsbare plaat rustte. Voorts moeten de archieven, wat de verbindingswegen aangaat, zoo ingericht zijndat ook groote hoeveelheden archiefstukken gemakkelijk over te brengen zijner moeten geen al te smalle gangen of trappen met hinderlijke hoeken zijn. Heeft men verplaatsbare tafels, dan moeten deze ruimte hebben om in de gangen op rolwagens of andere transport middelen overal door te kunnen worden gelateneen regel die niet altijd wordt opgevolgd. Lichte rolwagens zijn tegenwoordig in archieven veel in gebruik. l) Voor transporten in verticale richting worden in moderne archieven liften van verschillende constructie gebruiktin het kreitsarchief te Munchen is een bijzonder gemakkelijk loopende dubbele lift. Het stadsarchief te Leiden heeft aan den buitenkant bij de nok van het dak een bok, die aan een gewoon hijschtoestel van een pakhuis doet denken. In het departementsarebief te ïtijsel, in 1840 gebouwd, wordt een dergelijk hijschtoestel gevondengeplaatst in de bovenste verdieping voor de vensters in den vloer. In de nieuwe depóts te Weimar zijn voor hetzelfde doel sommige vloerplaten los gelaten. Bij het binnenbrengen in een archief van kleinere of grootere hoeveelheden stukken is het van veel belang, dat op een dergelijke wijze ook groote kasten dadelijk naar de bewaarvertrekken kunnen worden gebracht. Op dezelfde wijze kan men met voordeel gebruik maken van de reserve-uitgangen der bene denste verdiepingen. Op iedere verdieping moet een vrije ruimte zonder kasten worden gevonden, waar een ordening van grooten omvang kan plaats hebben. Ook van de expeditielokalen en bewaarvertrekken uit moet men zonder onnoodige omwegen direct in de verschillende vertrekken kunnen komen. Een inrichting van de leeszaalals in de hoofdarchieven te Parijs Berlijn, Helsingfors, Brussel enz. gevonden wordt, komt mij het beste voor. Daar zijn op verhevenheden aan elk eind van de zaal midden tegenover elkander twee lessenaars geplaatst voor de expediëerende en toezicht houdende ambtenaren. Een van hen heeft den dienst; deze reikt voor verdere bezorging aan den anderen ambtenaar alle aanvragen over, geeft de registers aan de bezoekers, houdt het dagboek bij enz.; 29 de andere helpt bij het toezicht houden. Op deze wijze zijn slechts twee ambtenaren of, wanneer men wilslechts één verplicht om in de lees zaal te blijven; maar deze kunnen toch in ieder geval van hun verhoogde zit plaats het toezicht houden op hetgeen gebeurtbeter dan in een archief waar een dergelijke inrichting niet bestaat. Registers, die ook een volgenden dag gebruikt moeten worden, worden insgelijks aan den ambtenaar, die den dienst heeft, gegeven, en deze houdt dus ook daarover controle. Te Berlijn is er voor zulke registers een kast met afzonderlijke vakken voor iederen bezoeker, waarin de stukken bewaard kunnen worden. Yoor de bezoekers heeft men öf kleine tafels voor ieder persoon afzonderlijk of gemeenschappelijke tafels voor meerderen naar gelang van ruimte of licht. Op verschillende plaatsen heeft men verschillende inrichtingen voor het plaatsen van inktkokersals holten in de tafelsinktstanders enz. In het Nationale archief te Parijs zijn voor het neerleggen der archivalia tijdens het gebruik verschillende cassettes met hellend bovenvlak van ongeveer hetzelfde type als de gewone schrijfcassettes beschikbaar gesteld. De wijze van bewaring is gewoonlijk verschillend voor oorkonden en akten. Eerstgenoemden worden dikwijls in afzonderlijke kartonnen doozen bewaardherinnerende aan die van het Zweedsche rijksarchief, ofschoon zeker niet altijdzooals daarieder in een afzonderlijk omhulsel. Thans begint men op verschillende plaatsen ook eene andere wijze van bewaring in toepassing te brengenmen legt iedere oorkonde in een afzonderlijk omhulsel van karton of stijf papier. Men zet deze daarna op den kant in afzonderlijke oorkondendoozen of in vakken in de kastendie voor de oorkonden zijn afgeschoten. Daardoor heeft men het voordeel, dat iedere oorkonde op zich zelf er uit kan worden genomen, zonder dat de anderen behoeven aangeraakt te worden en dat de zegels niet worden blootgesteld aan druk van boven. Waar men bijzonder bevreesd is voor vochthebben de omhulsels open zijden als bij een couvert waarvan de zijkanten zijn afgeknipt, zoodat de lucht er vrij omheen kan komen. Om dezelfde reden worden de oorkondendoozen voorzien van luchtgaten, soms met gaasdoek tot bescherming tegen insecten, of de deuren voor de doozen of oorkondenvakken hebben een ijzeren traliewerk. Tot vergemakkelijking bij het uitnemen zijn de omhulsels geteekend met de nummers en data van de oorkonden en de vakafdeelingen gemerkt met de teekens van de daarin geplaatste oorkonden. Bij beschadigde oorkonden worden verschillende wijzen van bewaring toegepast. In Fransche archieven, waar de akten dikwijls zijn ingebonden, worden in dat geval dikke kartonnen bladen tusschen de verschillende stukken gelegd. Soms zijn er verschillende maatregelen genomen om het redden van de oorkonden bij brand gemakke lijker te maken. Op verschillende plaatsen wordt een methode toegepast, die doet denken aan die, welke bij het Zweedsche rijksarchief in gebruik In het kreitsarchief te Munchen zijn zij voorzien van kanten, die opgezet kunnen worden, zoodat het blad den vorm kan krijgen van een lade, waardoor het transportvermogen van den wagen vermeerderd wordt.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1903 | | pagina 19