142 overslaan, die hem niet te pas zal komen, maar de commissie vleit zich toch, dat allen in het handboek zullen kunnen vinden wat zij behoeven. Daarna volgt een overzicht van den inhoud Het handboek zal bestaan uit een tekst en uit reproducties van handschriften. De tekst zal bevatten 1°. een overzicht van de ontwikkeling der verschillende letterteekens, voor zooverre die in ons vaderland te constateeren valt, met aanwijzing vooral van de verschillende plaatsen, tijden en categorieën van handschriften, waar elke lettervorm voorkomt; en 2°. eene lijst der meest gebruikelijke afkortingen met hare oplossing. Hierbij zal zooveel mogelijk naar volledigheid worden gestreefd, opdat het handboek zoo min mogelijk onvoldaan behoeve te worden ter zijde gelegd. In een naschrift hoopt de commissie een overzicht te kunnen geven van de oude interpunctie en het gebruik van hoofdletters, een onderwerp, dat tot heden nog eigenlijk in het geheel de aandacht niet trok en die toch wel verdient. De reproducties zullen zijn lichtdrukken, die in tegenstelling met de thans geheel verouderde methode van overtrekken, het schrift in al zijne eigenaardigheden weergeven. De platen zullen in afleveringen verschijnen, en de publicatie van het handboek zelf zal de uitgave voltooien. De prijs van het handboek, waartoe 25 a 30 platen in portefeuille zullen behooren, is bij inteekening voor leden der Vereeniging voor Gemeentebelangen en leden der Vereeniging van Archivarissen gesteld op f 6.- Onlangs is te Amsterdam een proces gevoerd dat ook archivarissen belang kan inboezemen. Zekere C. werd beschuldigd eene valsche ver klaring te hebben geschreven op eene oude loterijlijstwaarvan alle namen waren uitgewischt behalve alleen de handteekening van dengene, die moest schijnen de valsche verklaring onderteekend te hebben. Langs photographischen weg was het het openbaar ministerie gelukt verschillende handteekeningendie door C. onzichtbaar waren gemaakt, weder te voor schijn te brengen. Daarbij deed zich het zonderlinge geval voor, dat weder leesbaar werden de handteekeningen van twee personen, van wie schijnt vast te staan, dat zij nimmer hetzelfde stuk onderteekend hebben. Men schijnt nu te moeten aannemen, dat het stuk, waarop de eene handteekening voorkwam, lag onder het papier, waarop de tweede hand teekening gesteld werdzoodat het potlood waarmede die handteekening geschreven werd, doordrukte tot in het onderliggende papier, of wel dat het voor de vervalsching gebruikte stuk successievelijk dienst deed als onderligger onder de beide stukken, waarop de twee handteekeningen werden gesteld. Dan blijkt daaruit echter tevens, dat langs photographischen weg niet onderscheiden kan worden, of op een stuk werkelijk geschreven is, dan wel of er door een ander papier heen eenvoudig een woord op is gekrast. De rechtbank is op de moeilijkheid niet ingegaan en heeft hare veroordeeling op ééne der beide handteekeningen gebaseerd. -'cc -- f 190S/1903No. 3» Orgaan van de VEREENIGING VAN ARCHIVARISSEN in Nederland. bij Kon. besl. van 29 Sept. 1891. Verslag van Dr. Sello's lezing over Zapon op den „Dritten Deutschen Archivtag" te Dusseldorp. Reeds op de vergadering van archivarissen te Dusseldorp maakte de geachte Voorzitter van onze Vereeniging, Mr. S. Muller Fz., mij opmerk zaam op de wenschelijkheid in ons Archievenblad een verslag te doen verschijnen van de rede van Dr. Sello. In het belang der zaak, om juister het gesprokene te kunnen weergevenheb ik gemeend te moeten wachtentot genoemde redevoering in druk verschenen was. Nu de „Protokolle des Dritten Deutschen Archivtags" het licht zagen, tracht ik bij deze de wenschen van onzen voorzitter te vervullen. Archivrath Dr. Sello begint zijne belangrijkezakelijke en met veel ironie gekruide lezing met een kort overzicht van de tot heden verkregen resultaten na de zaponconferentie te Dresden in 1899 gehouden. Onmiddellijk na deze vergadering ontstonden onder de Duitsche Archivarissen twee partijen. De eene, ontstoken in ware geestdrift, zag in het zapon een onfeilbaar middelde andere partij beschouwde en be schouwt nog heden het zapon en die zapondweepers met een zekere ironie. Deze overdrijving aan de eene en de koele terughouding aan de andere zijde maken eene objectieve beoordeeling en waardeering van het nieuwe conserveeringsmiddel niet gemakkelijk. Zijn eigen oordeel over de deug delijkheid van zapon legt spreker neer in de volgende bewoordingen Zapon ist nicht das Universalheilmittel für alle Archivschaden. Es ist eine überaus schatzbare WafFe im Kampfe für die Erhaltung der Schrift denkmaler; aber dieser Kampf fordert eine noch vollkommenere Rüstung." Hierop stipt Dr. Sello aan, hoe hij in zijne „archivalischen Lehr- und Protokolle des Dritten Deutschen Archivtags zu Düsseldort 1902, Berlin 1902. (Sonderabdruck aus dem „Korrespondenzblatt des Gesammtvereins der deut schen Geschichts- und Alterthumsvereine" 1902.) Bijdragen voor dit tijdschrift te zenden aan Mr. R. FRUIN te Middelburg.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1903 | | pagina 1