74
waardigen brief van Banckers aan, bevattende diens (waarschijnlijk) eerste
rapport omtrent den slag.
Met behulp van dezebijna alle nog onbekendebelangrijke bronnen
nu was het mogelijk een alleszins betrouwbaar overzicht van het wapen
feit te verkrijgen en de schrijver heeft de geschiedvorschers van het bloei
tijdperk onzer zeemacht door de uitgave van zijn opstelwaarin de door
hem gevonden Nederlandsche stukken in Deensche vertaling zijn opgeno
men, zeker zeer aan zich verplicht. Jammer alleen dat de oorspronke
lijke tekst daarin ook niet is afgedrukt; maar misschien kon dit wegens
gebrek aan plaatsruimte in het tijdschrift niet geschieden.
In elk geval moeten wij den schrijver dankbaar zijn voor het gegevene
en wij drukken daarbij den wensch uitdat hij binnenkort in de gelegen
heid moge zijn, aan zijn voornemen om eenige nadere bijzonderheden mede
te deelen omtrent den bekenden zeeslag in de Sont in 1658 gevolg te
geven. In een noot deelt hij dienaangaande reeds mede, dat hij o. a. op
de in 1900 te 's Gravenhage gehouden „Geschiedkundige Tentoonstelling
van het Nederlandsche Zeewezen" eenige nog ongedrukte stukken vond
betreffende de rol door Banckers in dit zeegevecht vervuld.
Het hier besproken, opstel, aan welks hoofd een portret van den
zeeheld voorkomt, bevat naar aanleiding van het besluit der Zeeuwsche
Admiraliteit van 26 Nov. 1659, betreffende den boven reeds vermelden
gedenkpenning ook nog eenige tot dusverre niet bekende bijzonderheden
omtrent een andere daad van moed en beleid van Banckersnamelijk de
redding van zijn schip, waarop zich de prins van Hessen-Homburg, de
beroemde latere landgraaf Frederik II, en een gezant van den Zweedschen
Koning bevonden en dat op de terugreis naar ons land bij het eiland
Anholt was gestrand.
's Gravenhage 4 September 1902. A. TELTING.
Berichten.
Tot adjunct-commies aan het rijksarchief in Utrecht is benoemd de
heer S. A. Waller Zeper, oudleerling van de école des chartes te Parijs.
Door den raad der gemeente Edam is den heer W. J. Kernkamp, die
tot raadslid gekozen is, op verzoek eervol ontslag verleend als gemeente
archivaris onder dankbetuiging voor de belangeloos bewezene diensten.
Door de adjunct-archivarissen bij bet Algemeen rijksarchief en de
rijksarchivarissen in de provinciën is met verwijzing naar een vroeger
request bij de Regeering aangedrongen op eene verhooging van hunne
traktementen en die der andere archiefambtenaren met snellere opklimming.
Zij steunen dit verzoek op de weinige neiging, die voor den archiefdienst
blijkt te bestaan, en op eene vergelijking met de traktementsregeling
75
bij ambtenaren van gelijksoortige positie bij andere takken van dienst,
wier kansen op promotie bovendien veel grooter zijn (secretarissen der
groote steden, rechterlijke ambtenaren enz.), en wijzen meer in het bij
zonder op de regeling, die voor de ambtenaren aan het rijksmuseum en
de referendarissen aan de ministeries getroffen is.
De indiening van dat request is gevolgd door eene bespreking tus-
schen den minister van binnenlandsche zaken en twee der adressanten
die ten slotte op verzoek van den minister eene nota van het nader door
hen betoogde hebben opgemaakt.
Door kerkvoogden der Nederduitsche Hervormde Gemeente te Beusi-
chem is aan het rijksarchief in Gelderland ten geschenke gegeven eene
belangrijke verzameling stukkeu van oud-rechterlijken aard, afkomstig van
het voormalig gericht Beusichem en Zoelmondwelke zich onder hunne
berusting bevonden.
Voor dit geschenkwaardoor het Geldersch archiefdepót eene belang
rijke aanwinst heeft bekomen, is aan kerkvoogden de dank der Regeering
betuigd.
Het rechterlijk archief van Aardenburg is thans naar het rijksarchief
depót in Zeeland overgebracht. Alleen het rechterlijk archief van Zieriksee
ontbreekt nu nog.
In de Brielsche Courant van 29 Juni 1902 komt een hoofd
artikel voor, waarin met een beroep op het artikel van mr. Yan Meurs
in het laatst verschenen nummer van het Archievenblad, de weD-
schelijkheid wordt betoogd, dat in Den Briel een rijksarchiefdepót voor
Yoorne, Putten, Overflakkee eD Goedereede worde gevestigd, waarin
zoowel de rechterlijke als de administratieve gemeentelijke archieven zouden
kunnen worden geplaatst.
Naar men verneemt, is de regeling van de rechterlijke archieven,
die door het Rijk aan de gemeente Deventer in bruikleen zijn afgestaan,
door den gemeentearchivaris voltooid.
Het gemeentearchief te Middelburg wordt verplaatsthet blijft even
wel in hoofdzaak gevestigd in het stadhuisslechts een klein gedeelte
wordt overgebracht naar de naast het stadhuis gelegene vleeschhal. Het
is jammer, dat het gemeentebestuur geene termen heeft gevonden om het
geheele gemeentearchief daarheen over te brengen.
Volgens berichten in de couranten zouden bij een begin van brand
in het stadhuis te Harlingen eenige boeken van het gemeentearchief zijn