58 Tilburg. Gemeente-archief. „Het archief bleef in den- zelfden toestand der vorige jaren. „De nieuwe stukken worden regelmatig in het archief opgenomen „en geordend. „Nu eindelijk toezegging is verkregendat de rijksarchivaris „de sinds jaren beloofde schifting van de oude stukken onder handen „zal nemen, vertrouwen wij dat na afloop daarvan het verder ordenen „en opmaken van een inventaris zal kunnen plaats hebben." (Yerslag Tilburg, bladz. 63). Utrecht. I .Het archief. De dikwijls voorkomende vragen naar huizenvroeger door beroemde personen bewoondalleen te beant woorden uit de registers van het huisgeldgaven aanleiding tot het maken van indices der straatnamen op die registers en de gelijk soortige manualen, wat nog niet is afgeloopen. De rapporten der rechts kundige ambtenaars zijn opnieuw geordend. Het onderzoek naar de rechten en plichten der gemeente ten opzichte van de werven langs de grachten en de bermen aan de Vecht gaat voort. Uit de nalatenschap van den heer H. A. P. A. Gobius werden vele stukken ontvangendie meerendeels bleken te behooren in het archief van Kerkvoogden en het nieuwe gemeente-archief In bruikleen werden ontvangen: 1. het oud-archief (tot 1798) van Kerkvoogden der Ned. Herv. Gem dat opnieuw wordt geregeld (het belang van dit archief is reeds gebleken)2. het oud-archief van het Provinciaal Utrechtsch Genootschap (uiterst verward). Tot ambtenaar aan het nieuw archief werd aangesteld de heer A. A. van Ginhoven. Be pleit wordt de vervaardiging door dien ambtenaar van alphabetische indices op de verschillende notulen. II. De bibliotheek. De ver kochte nuttelooze boeken brachtten ƒ114.85 op. Aanwinsten o.a. een Utrechtsche almanak van 1680, de Gazette d'Utrecht van 1751 1776 (onvolledig); een exemplaar van het zeldzame Breviarium Tra- jectense werd boven den opgegeven prijs verkocht. III. De atlassen. De topographische atlas der provincie is kosteloos afge staan aan het rijk, behoudens eenige nummers voor de gemeente van belang (voornam, kaartboeken en kaarten van landerijen in de provinciebehoorende aan stichtingenwier archieven in het ge meente-archief zijn opgenomen). De geheele jaargang 1902 van het Bouwkundig Tijdschrift zal afgestaan worden voor de ten vorigen jare vermelde afbeeldingen van oude gebouwen met toelichtingen. Een afschrift van een handschrift van Booth gaf belangrijke gege vens, zoodat het geheel zal worden van gewicht niet alleen voor de Ctrechtsche bouwkunst maar ook voor de stadsgeschiedenis. Bij 59 het afbreken van het oostelijk hoekhuis voor de Tolsteegbrug zijn ontdekt de beide torens van de oostelijke der 2 Roodepoortenzij zijn door den heer G. de Hoog in kaart gebracht voor den topo- graphischen atlas. De directeur van het museum Boymans maakte mogelijk de vervaardiging in platinotypie van Utrechtsche stadsge zichten door J. de Beijer. Soortgelijke reproductie werd verkregen van Saftleven's teekening van de Mariakerk, gezien van den stads wal, in het museum te Besangon. IV. Het museum. De herziening van den catalogus wordt voortgezet. Omtrent de beschrijving der Utrecht sche munten wordt overleg gepleegd met den heer Stephanik te Amsterdam. In eene brochure, uitgaande van de directiën der Berlijn- sche museawerd opmerkzaam gemaakt op eene behandeling van oude geroeste metalen voorwerpen, waardoor deze in hun ouden toestand worden teruggebracht; proeven bewezen de juistheid. Prof. Hauser te Berlijn zal, na ingewilligd hooger bedrag voor de restauratie, de schilde rijen van Jan van Scorel in 'tvoorjaar van 1902 terugzenden. Het groote zilveren gemeentezegeldat onder den secretaris berustwordt gewenscht voor het museum. Oudhedendoor het R. Kath. Paro chiaal armbestuur indertijd in bruikleen afgestaanwerden terug gevraagd en verkocht aan een handelaar te Amsterdamofschoon het museum ze had willen koopen. Weigering om deel te nemen aan eene tentoonstelling van Voor de Kunst. Moeilijkheden met Publieke Werken omtrent het verrichten van herstellingen in museum- localen. Een centraal Utrechtsch museum vindt geene instemming bij de Oudbisschoppelijke Clerezy wat betreft hare schatten. Open stelling van musea voor schoolkinderen. Aanwinsten. Onderwerpen der rapporten (o.a. eigendom van werven en bermen) en der inlichtingen. Uitgeleende en ter leen ontvangen stukken. Vervaardigde reproductiën. Aanwinsten. Bijlage: Beschrijving der stadszegels. (Verslag over het voorgevallene in de gemeenteverzamelingen (van Utrecht) in 1901, aan B. en W. aangeboden door de vaste raadscommissie van bijstand in het toezicht op het oud archief der gemeente). Vlaar dingen. Op 1 Juni 1901 werd Mr. J. H. Roessingh te Leiden aangesteld tot tijdelijk ambtenaar ter secretariebelast met de beschrijving en ordening van een deel van het nieuw archief. Bij zijn ontslag (15 Maart 1902) had hij 't werk over 1813—1865 gereed. „In den toestand van het archief kwam in 1901 overigens „geen verandering". Opgave der aanwinsten van de bibliotheek. (Verslag van den archivaris aan den secretaris (Verslag Vlaardingen, bijlage C)).

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1902 | | pagina 34