24 dien tijd is men meer en meer daarvan teruggekomen, en thans mag men zeggendat dit ten onzent een overwonnen standpunt is. Wel zijn er nog enkele personendie anders denken. Maar onder de mannen van wetenschap althans twijfelt nagenoeg niemand er meer aan, dat de oude archieven publiek domein moeten zijn. Ook in het algemeen, bij de ont wikkelde klassen ten onzent, wint deze meening voordurend meer veld. En uit het buitenland komen telkens berichtendie bewijzendat ook daar, ofschoon wat langzamer, dezelfde overtuiging zich meer en meer baanbreekt. Toch wordt er thans weder in sommige dagbladen ernstig gewaarschuwd tegen het gevaar, dat aan de openstelling van archieven verbonden is. Laat ons dit gevaar dus eens onder de oogen zien. Het is niet onwaarschijnlijk, dat een vlijtig onderzoek der oude kerkelijke archieven aan het licht zou brengen, dat nu en dan in den loop der eeuwen een Hervormd predikant zich onwaardig of onzedelijk gedragen heeft, dat sommige gemeenten in feilen geloofsijver de kerkelijke tucht wel eens onbillijk hebben toegepast, en dergelijke zaken meer. Maar wat zouden deze onthullingen eigenlijk beteekenen Zouden zulke feiten inderdaad de reputatie der Hervormde kerk ook maar eenigszins benadeelen? Immers neen! want zij matigt zich geene onfeilbaarheid aan, en zij heeft niet de pretensie, dat al hare leden vlekkeloos zijn. Het archiefonderzoek heeft geleerd of kan gemakkelijk leeren, dat meer dan een burgemeester van Amsterdam, Utrecht, Haarlem enz. zich verre van onberispelijk gedragen heeft, en de burgers dezer steden, die aan den lijve gestraft zijn, zijn niet te tellen. Meent men, dat de steden zich daarvan iets hebben aan te trekken? Ik geloof van neen. Maar, zegt men, dergelijke ontdekkingen zijn bij lange na het gevaarlijkste niet, dat te vreezen staat: niet alleen moreeleook finantiëele belangen zijn bij deze zaak ernstig betrokken. Denkt aan de Nieuwezijdskapel te Amsterdam en aan de kerk van Rijnsburghoe zou het met deze gemeenten staan, indien het onderzoek in hare archieven vrij geweest ware! Ik geloof niet, ik geloof waarlijk niet, dat het resultaat van zulk^ een onderzoek zeer bedenkelijk zou geweest zijn. Welk eene voor stelling hebben toch zij, die zoo spreken, van de wijze, waarop de Hervormde kerk in het bezit harer kerkgebouwen gekomen is? Meenen zij wellicht, dat de kerk die gebouwen gekocht en betaald heeft, en dat de koopcontracten berusten in de archieven der Hervormde gemeenten? Over het algemeen is het eenigszins anders toegegaan; ik zal u zeggen hoe. De Hervormde minderheden, door de Katholieken onderdrukt en in hare vrijheid belemmerd, zijn te hoop geloopen en hebben de over heden, in den regel tot de gematigde partij behoorende, gedwongen haar eenige kerken in te ruimen, wat ongetwijfeld billijk was. Maar het is niet daarbij gebleven: weldra hebben de drijvers de bovenhand gekregen; 25 de uitoefening van den Katholieken eeredienst is verbodenen zoo zijn de Hervormden feitelijk in het bezit van alle kerken gekomen. Al kan men over de gepastheid van dit resultaat verschillend oordeelen niemand denkt er aanop het gebeurde thans nog terug te komen. Maar dit doet ook niet ter zake: het punt, waarop het aankomt, is dit: zelfs al wilde men het bezit der kerken anders regelendan nog zou de openbaarheid der kerkelijke archieven de tegenwoordige bezitters niet veel schaden. Want de rechtstitels der Hervormde kerk zijn geene privaat rechtelijke contractenmaar handelingen van de overheid. En de besluiten dezer overheid, die ten dezen den doorslag gegeven hebben, zijn te vinden niet in de kerkelijke archieven, maar op de gemeentehuizen; wat meer zegt, ze zijn gedrukt, sinds eeuwen gedrukt, in geschiedboeken stedenbeschrijvingen, plakkaatboeken: een ieder kent ze. Er is een tweede titel voor de rechten der Hervormde kerk. De radicale grondwet van 1798 heeft den inval gehad, schoon schip te maken met de traditie en alle kerken opnieuw te verdeelen tusschen de verschillende kerkgenootschappen naar evenredigheid van het getal hunDer lidmaten. Een schooneen idealistisch denkbeeld maar waarvan in de praktijk op de meeste plaatsen niet veel terecht gekomen schijnt te zijn. Doch de zaak, waarop het hier aankomt, is weder deze: ook deze rechtstitels zijn geene private of geheime contractendit recht der kerk berust op de constitutie van 1798, die een ieder kent. Zoo is de geschiedenis van 99/100 der Hervormde kerken. Ik weet niethoe het geding over de Nieuwezijdskapel zal afloopen. Maar dit durf ik wel te voorspellendat het vonnis niet gegrond zal zijn op private akten uit kerkelijke archieven, maar op akten van de soort, die ik boven aanduidde. Maar de kerk te Rijnsburg dan Inderdaad met de kerk te Rijnsburg is het eenigszins anders gelegen. Ik sprak boven van 99/100 der Hervormde kerken, en de kerk te Rijnsburg behoort tot het 1/100, dat overblijft. Zij was geene gewone parochiekerkmaar eene kloosterkerk De klooster goederen in Holland zijn aan de Staten gekomende Rijnsburgsche gemeente moet de kerk dus door schenking of bij overeenkomst van de Staten van Holland gekregen hebben. Maar dit feit verandert de positie niet. Want weder liggen de akten, waarop de Rijnsburgsche gemeente haar recht grondt, niet (of althans niet uitsluitend) in het kerkelijk archief, maar in het openbare landsarchief te 's-Gravenhage. Maar, zal men beweren, de dagbladen hebben toch verhaald, dat de Rijnsburgsche predikant door onderzoekingen in het kerkelijk archief stukken heeft ontdekt, van het grootste belang voor het recht zijner gemeente. Ik weet niet, wat dit voor stukken zijnen ik kan er dus niet over oordeelen. Maar wel kan ik beoordeelendat het geval niets bewijst voor de positie der tegen-

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1902 | | pagina 17