182
de volgende weken van mijn verblijf heb ik het voorrecht gemist hem te
ontmoeten, daar ik juist naar Upsala vertrokken was toen de heer Odhner
zijn verlof onderbrak en eeuige dagen op het archief vertoefde. Yan de
drie archivarissen Dr. Westrin ,*.Dr. Sondén, Dr. Bergh nam de
eerste het ambt van rijksarchivaris waar op den dag van mijne aankomst.
Aan hendie hem persoonlijk kennen hij vertoefde meer dan éénmaal
hier te lande, nam o. a. ook deel aan het beroemde historisch congres,
dat in de Septembermaand van 1898 te 's Gravenhage werd gehouden
behoef ik niet te verzekerendat hij mij met de grootste hulpvaardigheid
de eerste inlichtingen, die ik noodig had, gaf. Ik verheugde mij er
zeer over, dat hij zijne zomervacantie nog niet had genomen, daar Dr.
Westrin de afdeeling Hollandica van het archief had geinventariseerd en
ik dus bij hem de beste hulp bij mijn onderzoek zou kunnen vinden.
Maar ik verheugde mij te vroeg; al spoedig deelde hij mij mede, dat hij den
volgenden dag naar Parijs zou vertrekken. A quelque chose malheur
est bonaan die minder gewenschte omstandigheid toch had ik do
uitnoodiging te danken om 's avonds deel te nemen aan een afscheids
feestje, dat Dr. Westrin aan zijne collega's gaf, en waarop ik onder
de aangenaamste omstandigheden! kennis maakte met verschillende
archivarissen en enkele bezoekers van het archief, die evenals ik tot de
gasten behoorden. De plaats van bijeenkomst was Hasselbackenhet
elegante restaurant op Djurgarden, het heuvelachtig eilandje waar geheel
Stockholm, van den hoogsten tot den laagsten stand, des zomers zijn
vermaak vindt in de meest afwisselende amusementen, maar waar ook
de door den arbeidstijd van 10 tot half 5 vermoeide wetenschappelijke
onderzoeker het kermisgewoel kan ontvlieden en rust en verkwikking
zoeken in de heerlijke wandelingen door de dennen- en berkenbosschen
met verrassende kijkjes op de eilandenzee rondom. In den tuin dan
van Hasselbacken, waar een militaire kapel eenvoudige, ietwat zwaar
moedige Zweedsche volksmelodieën ten beste gaf, maakte ik kennis met
de beide collega's van Dr. Westrin: met Dr. Sondén, in de wetenschap
pelijke wereld bekend door zijne uitgave van de belangrijkste stukken
uit het archief van Axel Oxenstjerna, en met Dr. S. Bergh, die in de
„Jahresberichte der Geschichtswissenschaft" het verslag van de historische
litteratuur in Zweden schrijft en op wien de zorg rust voor een der
gewichtigste publicaties, die van wege het Rijksarchief te Stockholm
worden uitgegeven, nl. de „Svenska riksradets protokoll" (proces-verbaal
van den Zweedschen rijksraad). Sinds 1859 behoort de uitgave van his
torische documenten ook tot de taak van het Rijksarchief; ongeveer 30
lijvige deelen zjjn tot heden verschenen en wel
1°. „Svenskt Diplomatarium"een verzameling van middeleeuwsche oor-
183
konden, waarvan de eerste serie loopt tot 1350, en de tweede
begint met 1400. Deze uitgave is nog niet voltooid.
2°. „Handlingar rörande Sveriges historia" (Documenten betreffende de ge
schiedenis van Zweden)bestaande uit drie serieën
a). „Koning Gustaf den förstes registratur' (uitgaande brieven van Gustaaf
Wasa). Tot heden of liever tot den zomer van 1900 waarin ik
mijne aanteekeningen hierover maakte zijn 17 deelen verschenen,
loopende over de jaren 1521 -1545. Bij het naslaan van het register,
waarvan elk deel voorzien is, op de namen „Holland en „Hollandare
bleek reeds dat in deze uitgave ook voor onze geschiedenis allerlei
gegevens zijn te vinden.
b). „Lagförslag i Carl IX 's tid" (wetsvoorstellen uit den tijd van Karei
IX) en „Kyrkoordningar och förslag dertill före 1686" (kerkelijke regle
menten en voorstellen daartoe, vóér 1686): een serie, die voor ons
veel minder belang heeft dan de volgende.
c). „Svenska riksradets protokoll", de hierboven reeds door mij genoemde
notulen van den Zweedschen rijksraad, waarvan 8 deelen, loopende
over de jaren 1621 1641, zijn verschenen. Zooals te verwachten
wasbleek deze uitgave van het grootste belang voor de kennis der
betrekkingen tusschen Zweden en onze Republiek vooral het achtste
deel, in het vorige jaar door Dr. S. Bergh uitgegeven, dat alleen de
jaren 1640 en 1641 omvat, is van het hoogste gewicht voor de studie
van de diplomatieke betrekkingen in die jarenen men mag met grond
verwachten dat het vervolg van deze publicatie voor de Nederlandsche
historie een steeds toenemend belang zal hebben.
Voor eenige jaren is ook een aanvang gemaakt met de publicatie van
een derde reeks van documenten nl.
3°. Svenska riksdagsakter" (handelingen van den Zweedschen rijksdag)
waarvan het eerste deel is verschenen, dat de jaren 1521—1560,
en het eerste stuk van het derde deel, dat de jaren 1593-1594
omvat. Deze publicatie is hoofdzakelijk voor de inwendige geschie
denis van Zweden van belang.
Eindelijk wordt sedert 1877 elk jaar door het Rijksarchief een deeltje
uitgegeven, getiteld„Meddelanden fran Svenska riksarkivet" (mededelin
gen van het Zweedsche Rijksarchief)waarin o.a. het verslag van den
rijksarchivaris over het afgeloopen jaar, inventarissen van archiefverza-
melingen waarover straks meer -voorslagen van den rijksarchivaris
aan de regeering betreffende de inrichting van het archiefwezen e. dgl.
Maar ik zou vergeten dat wij eigenlijk in den tuin van Hasselbacken
zaten! De overgang van de publicaties van het Rijksarchief tot den
schoonen zomeravond in Djurgarden is overigens vrij gemakkelijk, omdat