2ÖÖ feuilles van de op Nederland betrekking hebbende stukken te toonen, kon hij niet voldoen. Hij beloofde echter mij later een lijst van de voor mijn doel belangrijke stukken uit zijn archief te zullen toesturen. Wer kelijk heb ik, nadat ik weder in ons land teruggekeerd was, een der gelijke opgave ontvangen maar ik vrees zeer, dat zijdie er in mijn rapport kennis van willen nemen, er wel eenigszins door teleurgesteld zullen worden. Het zal onnoodig zijn te vermeldendat ik in alle archievendie ik bezocht, de grootst mogelijke medewerking heb ondervonden. Zoowel aan den arbeid, dien ik had te verrichten, als aan de uren, buiten mijn werktijd met Zweedsche en Deensche archivarissen en bibliothecarissen doorgebracht, is mij de aangenaamste herinnering bijgebleven. In hoe verre de wetenschap door mijn reis gebaat is, zal uit mijn rapport moeten blijken. Utrecht. G. W. KERNKAMP. De Sassenpoort te Zwolle, bewaarplaats van het Rijksarchief in Overijssel. Tot io het jaar 1898 was de verzameling van archieven, die het Rijksarchiefdepöt in Overijssel vormt, geborgen in vier vertrekken en eene kluis van het Gouvernementsgebouw te Zwolle, waar ook de archivaris op de 2e verdieping zijn bureau had. Die bewaarplaats bleek aan verschillende inconvenienten te lijden. Zoo was de ruimte in de vertrekken geheel onvoldoendehetgeen tot eene opeenstapeling der archiefstukken aanleiding moest gevendie zoowel het ordenen als het gebruik zeer bemoeijelijkte. Wat de kluis aangaat, waar de rechterlijke archieven waren geborgen, deze was, ja, brandvrij, doch laboreerde aan het tegengestelde euvel: het vocht. Die vochtigheid was zoo groot, dat nog heden verschillende prothocollen daarvan in hun voorkomen getuigenis afleggen. Wel had het Rijk een en andermaal getracht betere localen te verkrijgen, doch deze pogingen waren niet geslaagd. Nu geviel het dat een der fraaijste gebouwen van Zwolle, de middeneeuwsche Sassenpoort, die reeds lang voor eene restauratie in aanmerking was gekomen, in het laatst van 1893 door de Gemeente aan het Rijk in eigendom werd overgedragen. Zonder vergoedingdoch onder beding dat het gebouw in staat en stijl zou worden gerestaureerden dat op den toren een slaguurwerk gaande zou blijven. De Gemeente ontdeed zich van het bouwwerk hoofdzakelijk wegens de groote kosten voor behoorlijk onderhoud en noodzakelijke reparatiën vereischt, onkosten des te grooter naarmate de poort in vroegere jaren steeds meer was 20i verwaarloosd. In 1877 was binnen twee jaren voor noodzakelijke her stellingen een bedrag van f 3000.besteed, welke omstandigheid een der toenmalige raadsleden het voorstel in den mond gaf om de geheele poort af te breken. Yolgens dat raadslid was die poort niets anders dan een sta-in-den-weg bij een druk gebruikten toegang in de stad. Doch tot dit Vandalisme wilde de meerderheid gelukkig niet medewerken. Het gebouw werd, gelijk wij zagen, rijkseigendom, en in 't laatst van 1893 werd met de restauratie een aanvang gemaakt, onder de kundige leiding van den Heer Referendaris der Afd. Kunsten en Weten schappen, Jhr. Mr. V. de Stuers. Alvorens dienaangaande verdere mededeelingen te doenwillen wij een oogenblik stilstaan bij de vroegere geschiedenis der poort. De historische berichten omtrent den bouw der Sassenpoort zijn schaarsch. Zeer waarschijnlijk is zij in 1408 gebouwd, of liever herbouwd, in de plaats van eene vroegeretoen afgebroken poort. De geschied schrijver der stad Zwolle, van Hattummaakt melding van een in den torenmuur gemetselden gedenksteenwaarop dit een en ander te lezen stond. a) Bij de restauratie is die steentrots vlijtig zoekenniet terug gevondenhet is echter mogelijk dat de belendende huizen dien aan het oog hebben onttrokken. Anderenhet opschrift van denzelfden steen anders lezende, stellen het jaar van den bouw een weinig later, in 1436. Van oudsher was de Sassenpoort bekend als „een seer deftig en aansienlijk gebouw, welks muuren ongemeen dik, en seer net gemetseld zijn". 3) De naam der poortvroeger ook Sassing- of Sassinkpoort geschreven wordt door sommigen afgeleid van de Sassen of Saxenoulings in deze gewesten inheemsch. Anderen beweren dat deze poort in den beginne d' Assendorperpoort is genoemdnaar de vroegere marke van dien naam thans gedeeltelijk eene nieuwe stadswijk, waarvan bij verkorting d'Assenpoort werd gemaakt, waaruit later de vorm Sassenpoort zou zijn ontstaan. Doch deze meening wordt door de spelling van het, in de noot aange haalde, charter van 1402 niet ondersteund. Meer dan eens ontmoet men de Sassenpoort in de Overijsselsche geschiedenissen. Zoo in het min of meer avontuurlijk verhaal van Wolf van Ittersum, die, met zijnen zwager Wolter van Keppel over de vader lijke nalatenschap in twist geraakt, door dezen zijnen zwager weder rechtelijk op het slot Wolde, in de graafschap Zutphen, gevangen werd gezet (1464). Door de tusschenkomst der 3 steden, met name van In een charter van 1402, op Onser Vrouwenavond annunciacio, berustend in het stedelijk archief, is reeds sprake van den verkoop van een stuk lands „buten Zassingpoerten". 2) v.'Hattum, dl. V. St. 1, pag. 28. 3) v. Hattum, t. a. p. pag. 29.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1900 | | pagina 16