6 demembratie hebben veroorzaakt of in de hand gewerktwelke de gezag hebbers dier tijden juist hadden willen verhoeden. In bijzonderheden be hoeft dit niet te worden uitgewerktmaar men denke slechts aan de oude rechterlijke- en notarieele archievenen ook aan de menigvuldige bestuurs- verwisselingen in land en stad sedert 1795, die ten slotte dikwerf archieven onder beheer brachten van collegiën, welke geheel vreemd waren aan de documenten, die zij na verloop vaD jaren bleken onder zich te hebben. Na de omkeering van 1813 werd het er niet beter op. Bij de ver- warring kwam de verwaarloozing. Het schijnt dat, toen men na het vertrek der overheerschers langzamerhand weer zoet insluimerde, veel wat niet rechtstreeks de materieele belangen raakte en dus ook de zorg voor archieven, vergeten werd in den behaaglijken droom over verlossing en vrijheid. Verwarring en verwaarloozing. Zoo was de stand van zaken toen de Gemeentewet in 1851 ging spreken over de zorg voor het archief, het geen ten minste het heilzaam gevolg heeft gehad, dat men al spoedig in de tweede helft der 19e eeuw hier en daar de hand heeft geslagen aan de ordening van gemeente- en ook aan provinciale- en waterechaps- archieven. Het Algemeen Rjjksarchief in 's Gravenhage maakte altijd eene gelukkige uitzondering, omdat het daar nooit aan een geregeld en wei- ingericht beheer heeft ontbroken. Maar naast dit, waren er nog archieven van lands-, gewestelijke en plaatselijke regeeringscollegiënwier lot zich niemand aantrok. Daar waren er van wie men niet wist, wien het opzicht er over toekwam. Archieven waren zoek geraakt, verdeeld, gescheiden, verspreid en het scheen, dat het booze noodlot dit alles zoo had beschikt, om den geduldigen onderzoeker hopeloos en radeloos te maken Degenen dus, die zich een vijfentwintig jaar geleden reeds met archief arbeid bezig hieldenvermoedden of begrepen weldat er aan eene goede orde in de regeling van het archiefwezen veel haperde, maar zij zagen ook duidelijk in, dat de groote stoot om hierin verandering te brengen, van hooger hand moest komen en een krachtige wil noodig was om alles uit het oude spoor te lichten en op nieuwe banen te leiden. Derhalve bestond er alle redende instelling eener afdeeling voor Kunsten en Wetenschappen bij het Departement van Binnenlandsche Zaken (die zich ook de belangen der archieven zou aantrekken) met ingenomen heid te begroeten en het kwam er nu maar op aan, wie de Hercules zou wezen, die de reuzentaak van de nieuwe afdeeling ging aanvaarden en zou volbrengen. Dat raadsel is thans reeds lang opgelost in verblijdenden zin. En het past dus hier een woord van hulde en erkentelijkheid te sprekennu Jhr. Mr. Victor de Stuers, de gewichtige, eervolle, maar moeilijke be trekking van Referendaris der afdeeling, vijfentwintig jaren heeft bekleed, Het veld zijner werkzaamheid is wijd uitgestrekt geweest en het oog van den oningewijde reikt niet ver genoeg om het te overzien. Maar op deze plaats is het voldoende te herdenken, wat door hem in dat tijds verloop ten bate van het archiefwezen is verricht en gewis zal men dan met ontzag gadeslaan, hetgeen op zijn initiatief en onder zijne leiding is ten uitvoer gebracht. De toestand in 1875 is ons niet onbekend gebleven. En thans? Er is orde gekomen in het beheer der archieven; wat verstrooid was is ver gaderd wat dreigde te vergaan is behoudenwaar duisternis heerschte is licht ontstokenwaar onverschilligheid woonde is belangstelling ontwaakt. Een corps archivarissen beheert, onder voorgang van den algemeenen Rjjks-archivaris te 's Gravenhage de archieven van den Staat welke in alle hoofdplaatsen der provinciën in centrale depóts zijn bijeengebracht. Een vereischt aantal ambtenaren is overal werkzaam en eene gestadige zorg waakt er voor, dat geschikte krachten worden aangeworven en opgeleid. Milde bepalingen regelen het gebruik der archieven door het publiek en lokken tot studie uit. In ruimen zin worden de vruchten van den arbeid in jaarlijksche verslagen openbaar gemaakt, en brengen aan den dag de schatten welke voorheen onbekend bleven. Groote offers zijn besteedom weggedwaalde archiefstukken terug te koopen. Alle archiva rissen hebben hunne provinciën afgereisd om tot in de kleinste gemeenten de oude rechterlijke bescheiden bijeen te zoeken en te vereenigen met hetgeen reeds bij het Rijk voorhanden was. Gemeente- en waterschapsarchieven wordenwaar locale hulp er voor ontbreekt of te kort schietdoor of onder toezicht der Rijks-archivarissen geordend. Van de kerkelijke archie ven tracht men een overzicht te bekomen. Maatregelen om de notariëele archieven meer onder het bereik te brengen van belanghebbenden, zijn in het vooruitzicht. De archivalia, op Nederland betrekking hebbende en in buitenlandsche depóts berustende, zijn opgespoord en beschreven. Naar het verafgelegen Suriname is een geleerde uitgezonden om het West Indisch archief te ordenen. Te 's Gravenhage raakt de nieuwe bewaar plaats voor het Algemeen Rijksarchief voltooid, in alle hoofdplaatsen der provinciën zijn voor de Rijksarchieven of gebouwen gesticht öf oude monumenten voor dat doel ingericht. En zoo zijn tevens de Kanselarij te Leeuwarden, de Sassenpoort te Zwolle, de Vleeschhal te Haarlem, de Minderbroederkerk te Maastricht, wier lot in de toekomst onzeker was, behouden, gespaard en hersteld. Dit overwegende, hadden de ambtenaren aan de Rijksarchieven alle reden bet jubileum van Jhr. de Stuers met vreugde te begroeten en het meerendeel van hen meende, dat eene erkenning van hunnentwege van al het goede, door hemgedurende zijne ambtsbediening tot stand gebracht, passend was en niet mocht achterwege bljjven.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1900 | | pagina 8