64 bij bet beleg van Maastricht tegenwoordig. In 1581 werd hij door Parma als opvolger van Rennenberg tot stadhouder der Noordelijke gewesten benoemd. Daar heeft hij veertien jaren lang zijn schitte rende veldheerstalenten door vriend en vijand doen eerbiedigenaan hem had de Koning het te danken, dat het Noorden, met name Groningen, zoo lang behouden bleef. Eindelijk moest hij voor Maurits en Willem Lodewijk zwichten; in 1594 werd Groningen gereduceerd. Ook tengevolge daarvan werd Yerdugo als stadhouder ontslagen; den 22 November 1595 is hij te Luxemburg gestorven. Toegevoegd zijn 88 origineele stukken, meest brieven van Yerdugo aan Parma en Mansfeld, 1582 1594, en een register van eigennamen. (E. de Borchgrave.) Daniel de Borchgrave, procureur-général au Conseil de Plandre, premier secrétaire d'état des Provinces Unies etc 1550—1590. Notes historiques et généalogiques. GandA. Siffer, La Haye, Martinus Nijhoff. 1899 gr. 8° 344 blz. Het geslacht komt sedert 1197 in Vlaanderen voor, voorname lijk in Gent, waar het in de regeering zat. Daniel is in 1550 geboren, studeerde te Leuven, werd advocaat bij den Raad van Vlaanderen, huwde in 1575, sloot zich bij de oppositie aan, werd procureur-generaal bij den Raad van Vlaanderen in 1580, kort daarna tevens Raad, was man van invloed en kwam in betrekking met den Prins van Oranje. Na den val van Gent in 1584 naar het Noorden gegaan, werd hij hier met zijn landgenooten Reingoud en Prouninck onder Leycester zeer invloedrijk; hij werd secretaris van den Raad van rState. Met Leycester viel hijhij vertrok naar Engeland, waar hij in 1590 is gestorven. De Borchgrave s oordeel over zijn voorvader is in navolging va,n prof. Muller gunstiger dan dat der meeste geschiedschrijvers. Uit familiepapieren en allerlei openbare, o.a. Engelsche archieven deelt hij een aantal stukken mede, die ook voor onze geschiedenis, met name voor den tijd van Leycester van belang zijn. Afbeel dingen van zegels en een register zijn toegevoegd. Joh. H. Been. Dagen en daden van Admiraal Dubbel Wit. Met 16 vignetten van J. de Waardt en 4 historieplaten. Amsterdam, S. L. van Looy1899. 8° YI, 158 blz. In populairen vorm geschreven biographie van den vice-admiraal Witte Cornelisz de Witt (1599—1658), voornamelijk naar het op het Rijksarchief in den Haag berustende handschrift van Walter Breeman van den Hagen, dat waarschijnlijk uit de eigen aantee- 65 keningen van de Witt getrokken isaangevuld uit Brielsche archivalia. Letters and Papers relating to the first Dutch war, 16521654 edited bij Samuel Rawson Gardiner. Printed for the Navy Records Society 1899. (Publications of the Navy Records Society XIII). InhoudI. The reminiscences of Richard Gibson (Memoires van een Engelsch zeeman over den eersten Engelschen oorlogin 1702 opgesteld, van niet al te groote waarde. II. The approach of the war. Stukken met inleiding: a. The causes of the war (Gardiner betoogt, dat niet de Acte van Navigatie, maar het zoeken der Engelschen naar contrabande in Nederlandsche schepen naar aan leiding van den overigens onbeduidenden Pransch-Engelschen oorlog de naaste oorzaak van den oorlog is geweest), b. The organisation of the navy (Het blijkt, dat de Engelsche vloot veel beter georga niseerd was dan de Nederlandsche). III. The honour of the flag. Stukken met inleiding, a. The opening of hostilities (Het beroemde gevecht van Tromp en Blake in Mei 1652. Gardiner maakt waar schijnlijk dat op geen van beide de schuld voor de botsing kan worden geschoven de gespannen verhouding tusschen beide volken verklaart veel. Onderzoek der vraagwie het eerste salvo heeft gelost, waarvan beide partijen elkander beschuldigden), b. Naval organisation and equipment. IV. The northern voyage. (Yan Blake oin de Nederlandsche visschersvloot te verstrooien en de Oost-Indische retourvloot te bemachtigen). Afgedrukt zjjn documenten uit En gelsche archieven en bibliotheken in originali en uit het Rijksarchief in den Haag in Engelsche vertaling. Briefwisseling tusschen de gebroeders van der Goes (1659—1673), uitgegeven door C. J. Gonnet. I. Amsterdam, Johannes Müller 1899. (Werken uitgegeven door het Historisch Genootschap. Derde serie no. 10). 8° IV, XXXIX, 539 blz. „Hoofdzakelijk wordt daarin gesproken over de staatkundige geschiedenis van Nederland in het bijzonder, en van vele andere landenwaarmede onze Republiek in eenige betrekking stondvoorts over het Haagsche nieuws van den dag wat voorviel in de ver gadering der Staten van Holland hetgeen vernomen werd van aan zienlijke vriendenvan en over vreemde gezanten allerlei familie berichten het beheer der bezittingen en het vermogen den land bouw, handel, de scheepvaart en ook het weder. De aard dier nieuwstijdingen moge reeds de aandacht trekken ter wille van het maatschappelijk standpunt waarop de schrijvers geplaatst warende

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1899 | | pagina 17