118 20 is, salvo meliori, te langwijlig en op sommige punten niet aanstonds te begrijpende vergelijking zelve is een weinig te zeer con amore behandeld. 26, p. 51, 6e r. v. b.ook 38 p. 67 is van bundels sprake, waar volgens 86 p. 138 dossiers moest staan, op deze laatste plaats toch wordt, m. i. zeer juist, onderscheid tusschen dossiers en bundels gemaakt deze laatste worden, „nadat het archief is afgestorven, door een later be heerder gevormd." 27, p. 53. Nu kom ik op mijn stokpaardje, zal wellicht een mijner geachte collega's denkenmet wien ik over dit punt een vrij uit voerige briefwisseling had. Het komt mij nog altijd voor dat, meer dan men meentbij administratieve collegiëndus van rechterlijke is hier geen sprake, de rekwesten met apostillen zelve bewaard werden; ik vond bijv. o.a. aanstellingen van landmeters enz. Een zeer curieus voorbeeld heb ik gezien van een aanstelling tot beziender der schepen door de Gecommitteerde Raden van Holland op het rekwest daartoe strekkend en waaronder de bepaling dat na het overlijden dit document weder aan Gecommitteerde Raden moest worden ter hand gesteld. 40, p. 71. Tabellen behooren in een inventaris te worden ver meden. Ik ben het bijna geheel eens daarmededoch wenschte uit te zonderen de beschrijving van rekeningen, ingekomen bij een rekenkamer bijv.waar de tabellen ook meestal afzonderlijke onderafdeelingen vormen. Hoe zou men beter, duidelijker, korter en aanschouwelijker dan in tabel vorm kunnen aangeven: de namen der rekenplichtige ambtenaren, de jaren waarover de rekeningen loopenhun aardwaarwanneer en door wien of wie ze zijn afgehoord. Een voorbeeld vindt men in de bijlage van mijn jaarverslag over 1895. 51p. 88. Wat hier gezegd wordt omtrent de wenschelijkheid van eene nieuwe chronologische afdeeling van het provinciaal archief met 1799, geldt natuurlijk niet voor Limburg, daar al in 1794 en 1795 de oude Staten te niet gingen. 54, p. 94 wordt gezegd, „het archief van een procureur-generaal maakt deel uit van het archief van het Hof" enz. Alleen zou ik hier de aandacht er op willen vestigendat de momboir-fiscaal bij de ver schillende Souvereine Hoven als zoodanig een afzonderlijk archief had, terwijl hij zelfs per se in voornoemde kwaliteit geen zitting had in het Souvereine Hof, maar alleen zoo hij ook, wat later te Roermond 119 het geval was, raadslid van dit Hof was. Zijne functie echter, behalve die, welke met de functie van procureur-generaal overeenkomt, was ook, om voor de belangen van den Souverein o. a. in domaniale en fiscale zaken op te komen. Hij was er dus eigenlijk o. a. nog rijksadvocaat bij zooals wij het tegenwoordig zouden noemen. 50, p. 86 Onder de archieven der hooge heerlijkheden wordt ook eene afdeeling voor familiepapieren voorgeschreven. Doch eischt, hetgeen 3, p. 6 wordt beweerd, niet, dat men deze buiten het eigen lijke archief naar de bibliotheek brenge? 62, p. 104, sub 3°. Als men eens de rangcijfers schreef binnen den rand van den afdruk van den archiefstempel dan kwam men met de oude rangcijfers niet in de war en behoefde men geen etiketje te plakken 1). 64, p. 105. Een index van persoons- en plaatsnamen dooreen, maar met verschillende lettersoort acht ik wenschelijker dan voor elk een afzonderlijken index. Men drukke b. v. de plaatsnamendie meestal in de minderheid zijncursief. Zoo kan men in één index alles vinden en heeft men nog het voordeel van op de plaatsnamen naar de daar geresideerd hebbende heeren en ambtenaren te verwijzen, zooals in den inventaris van de archieven der Rijksabdij Thorn is geschied. 76, p. 123. Zou er zulk een bezwaar zijn om ook in een inven taris aldus te beschrijvenYoor schepenen van Maastricht draagt A. land over aan B. Is dit reeds een regest of zou er tot een regest ook niet een meer uitvoerige beschrijving van de handeling gevorderd worden 79, p. 126. In een regestenlijst wordt sub 3 terecht gevorderd de opsomming der voorhanden zegels. Ik vind dit in 't algemeen voldoende en oordeel, dat een archivaris vooral niet in sigillomanie mag vervallen, want de zegelbeschrijving moet hulpwetenschap blijven; maar zou het niet dienstig zijn enkele weinig- of onbekende en tevens belangrijke zegels te beschrijvendie licht kunnen werpen over nog onbekende heeren eener heerlijkheid en de heerlijkheid zelve, al geschiedde dit ook maar in eene noot 82, p. 129. Dat in de Middeleeuwen slechts weinig personen een familienaam voerden, is in de Zuideljjke Nederlanden niet zoo geheel juistin de inventarissen van het Limburgsch Rijksarchief komen in de middeleeuwen zeer veel familienamen en weinig patronymica voor 2). 85p. 137. Protocolregisters bevatten, voor zoover ik in het mij toevertrouwd archief opmerktezeer dikwijls de copieën en het woord „protocol" schijnt daar niet anders te beteekenen dan geregistreerde acten. Ik moet hier in het voorbijgaan opmerken, dat het souverein gezag in de Zuidelijke Nederlanden en in de hertogdommen Gulick en Cleve en de Vrije Rijkeheerlijkheden tot de Fransche overheersching toe, nooit bij de Staten heeft berust. In België, gelijk de Neny in zijn bekende Mémoires zegt, hadden zij niets te doen dan de beden te stemmen. Ik voeg er bij, dat zij die omsloegen over de verschillende plaatsen en zich als de bewaarders en handhavers der lands- privilegiën beschouwden. Is het niet voldoende elk register, elk dossier en bundel te nummeren en elke liasse? Elk stuk van eene liasse bijv. te nummeren zou in menig Rijksarchief jaren langen arbeid eiscben. Curiositatis causa vermeld ik dat te Gilze in Noord-Brabant nog eene, niet adellijke, familie Biestraten bestaat die er sedert 1299 woont. (Zie Inv. arch. Thorn I, p. 73).

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1898 | | pagina 4