12
door hem na ingesteld onderzoek verklaard ware dat tegen de voorgenomen
vervreemding of vernietiging geenerlei bedenking bestond, mocht deze
voortaan geschieden.
Was dit reeds een goed gevolg van mr. Krom's bemoeiing altijd
voorzoolang dergelijke circulaire niet vergeten wordt een beter
volgde spoedig in de uitlokking door den minister van een besluit der
Staten van Noordbrabant om zich de verbetering van den toestand der
oude archieven van gemeenten en waterschappen in deze provincie aan
te trekken De minister wees er opdat zoo oude als nieuwe archieven
veelal noch geordend noch geïnventariseerd waren en hier en daar in
woningen van particulieren waren geborgen. Daarom gaf Zijn Excellentie
in overweging om, ten einde te voorkomen dat merkwaardige documenten
verloren geraken of met ondergang bedreigd wordenin navolging van
hetgeen ten opzichte der oude gemeente- en waterschaps-archieven in
Zuidholland en in andere provinciën geschiedt, op de begrooting der enkel
provinciale inkomsten en uitgaven een kleine som uit te trekkenten
einde die beschikbaar te stellen ter voorziening in de kostenaan de be
schrijving en ordening der oude gemeente-archieven verbonden.
De Gedeputeerde Staten herinnerden daarop de Provinciale Staten hun
nerzijds dat de toestand van een aantal oude archieven in Noordbrabant
herhaaldelijk gebleken was betreurenswaardig slecht te zijn, terwijl toch,
zeiden zij, „een goede ordening der archieven is een zaak van aanbelang, waar-
„op ten allen tijde veel prijs werd gesteld." Wijl van vele gemeenten en
waterschapsbesturen afdoende maatregelen tot verbetering niet te wachten
warenwaarvoor het hun gewoonlijk aan voorlichting en bijstand ontbrak
van deskundigen, ten dezen onontbeerlijk, stelden zij voor een begrootings-
post te openen.
Dit voorstel werd in de zomerzitting der Staten van 1883 aange
nomen. De post luidde aldus „Bijdrage ter bevordering van eene be
hoorlijke bewaring van gemeente- en waterschaps-archieven, ƒ500.
Nadien is deze post jaarlijks op de enkel provinciale begrooting ge
bleven. Hoe er uitvoering aan het loffelijk besluit werd gegeven kan
blijken uit de jaarlijksche verslagendoor mijn voorganger en mij daar
over uitgebracht en alle in druk verschenen. 2) Kort samengevat mag
ik het omschrijven aldus een aantal gemeenten zagen hunne oude be
scheiden door den archivaris in de provincie bijeengezocht en in hun ver
band hersteld, geordend en geïnventariseerd. Deze bleken daarbij dikwijls
nog onmiddellijk praktisch belang op te leveren, en in elk geval admini-
13
stratief en historisch van veel waarde te zijn. Bovendien werd voor de
geheele provincie een beschrijving en herstelling ondernomen van de oude
registers van doop, trouw en overlijden (begraven), welke reeds voor het
grootste gedeelte is voltooid. De kosten bestonden voor de betrokken
besturen in de aanschaffing van omslagenportefeuilles, banden enz., een
rek of kast, of dergelijke, en, waar de financiën het toelieten en het
belang der zaak voldoende werd begrepenook nog het drukken van
den opgemaakten inventaris. De noodzakelijke reis- en verblijfkosten
werden door de provincie vergoed, do arbeid, studie en tijdsopoffering
niet in rekening gebracht.
Op grond dat bij het behoorlijk ordenen en regelen der oude gemeente
archieven door bekwame handen in de eerste plaats de belangen betrok
ken zouden zijn van de gemeenten en van de waterschappen zeiven en
dat deze derhalve (al) de kosten zouden moeten dragenwerd intusschen
reeds in 1885 de post aanvankelijk slechts als memoriepost voorgesteld.
Na een nieuwe tusschenkomst echter van den minister werd zij over
eenkomstig een nader voorstel van Gedeputeerde Staten gehandhaafd. „Dat
„bij de ordening dezer zoo verwaarloosde archieven in de eerste plaats
„het belang der gemeenten en der waterschappen betrokken issluit
„geenszins uit dat daarmede in ruimeren zin ook een provinciaal belang
„is gemoeid." Aldus op 8 juli 1885 de minister Heemskerk. En zoo
wel de verschillende afdeelingen der Statenvergadering zomerzitting 1885,
als de commissie van rapporteurs voor de begrooting dienstjaar 1886,
hebben daarop het verleenen eener „bijdrage" al'eszins gewettigd geacht.
„Bijdrage." Dit is van den beginne het begrip geweest dat in den
post is gelegd. En zoo behoort hetm. i.ook te wezen. De gemeen
ten (en waterschappen) moeten hunne archieven niet geheel zonder kosten
in orde gebracht, beschreven, geplaatst en beheerd zien. Hoogstens mag
dat in die enkele gevallenals zelfs voor het verkrijgen van een goed
raadhuis de financieele kracht te kort schiet of de ruimte daarin geheel
ontbreekt: dan moet de gemeente het middel van geheelen afstand van
haar oud-archief aan het Rijk ter bewaring in het provinciale archiefgebouw
aangrijpen. Wie iets heeft moet betalen om een zaak in orde en goeden
toestand te krijgen, verkeert ongeveer in gelijke positie als wie door
zijn zorg en inspanning daartoe gekomen is. Beiden zullen veel beter
waken voor het behoud van het eenmaal verworvene dan hijwien de
zaak als 't ware in den schoot werd geworpenwien tot loon van zijn
verwaarloozing en wanorde zijn eigen rommel gratis wordt geredderd.
Er zijn voorzeker bestuurders die, een slordigen toestand aanvaard heb
bende en dien zelfs nog afgezien van eenig inzicht in het belang der
zaak van een goed geregeld archief uit een oogpunt van orde en
regelmaat betreurende, voor de regeling van wege de provincie niet alleen
dankbaar zullen zijn, maar daarna ook even goed voor de bewaring
De circulaire van 14 april 1883 bleek reeds spoedig te zijn voorbijgezien. Daarom werd
zij vernieuwd bij die van 13 dec. 1888, no. 2495 afd. K. W., waarbij de burgemeesters op de
wacht gesteld werden.
2) Dat over 1884 in de Notulen der Prov. Staten van Noordbrabant van de zomerzitting in
1885, de volgende in het jaarlijksche Provinciale Verslag en ook in de Bundels met archiefver
slagen, jaarlijks van wege het Rijk verschijnende.