40
Blütezeit der Republik und endlich sind einzelne Perioden der Colomal-
o-eschichte noch vollstandig unbeschriebene Blatter Aut dem letz en
Sprach- und literarischen Congresz in Arnheim smd diese Miszstande vom
Archivar Ileeres in schonungsloser Weise aufgedeckt worden, und d,e an
die Yolksvertretung gerichteten Adressen, die teilweise im Tone der Ent-
rüstung gehalten waren, mogen das ihrige dazu beigetragen haben dasz
sich schieszlich eine Mehrheit für die Bewilligung der genannten Summe fand.
Eenigen tijd geleden vertoefde te 's Gravenhage de heer F. O. Danvers,
registrar and superintendent of records aan het Indian Office te Londen
Door zijne regeering belast met een onderzoek naar archivalia m het
buitenland belangd voor de koloniale geschiedenis der Europeesche
voteren i'n Azië! was hij werkzaam in het Algemeen
onze residentie, bijgestaan door zijnen secretaris, den heer W. Roosegaarde
Bisschop. De resultaten van eene wetenschappelijke zending naar Poitug
met hetzelfde doel ondernomen, zijn neergelegd meenwerkjevaneen
200tal bladzijden, dat verleden jaar is verschenen onder den titel. B port
to the Secretary of State for India in Council
relating to the East-Indiescontained in the Archivo da Torre
and the public libraries at Lisbon and Evora.
Met dergelijk doel was gedurende eenigen tijd in de residentie a -
wezig dr. L. Riess uit Tokyo, die op het Rijksarchief een onderzoek
instelde naar documenten van belang voor de geschiedenis der betrekkin
gen tusschen de voormalige Oost-Indische Compagnie en Japan.
"Vóór eenigen tijd werd als een bijzonderheid melding gemaakt van
een vrouwelijke archivaris in Denemarken. Mejuffrouw Anna ITude is
sedert vier en een half jaar werkzaam als assistente aan het rijksarchief
te Kopenhagen. Voornamelijk heeft zij geordend en beschreven de docu
menten omtrent het tijdvak van koning Christiaan, loopende van
1648 In den laatsten tijd houdt zij zich onledig met ae Deens
Middeleeuwsche letterkunde. De gouden universiteitsmedaille heeft j
verworven door een studie over het feodaal stelsel. Die studie heeft
nog niet het licht gezien, wijl de schrijfster hoop heeft er latei
meer uitgebreid en volkomen afgerond werk van te maken. In verband
met hare studiën over de Deensche geschiedenis en hare onderzoekinge
in de rijks-archieven heeft de vrouwelijke archivaris een specialen arbeid
ondernomen over het „Danehof" of het Deensche parlement in de^Middel-
eeuwen, waarbij zij in het bijzonder het licht doet vallen op liet uitsluitend
aristocratisch karakter van dat lichaam, terwijl men het totbeden verwar
had met de Staten-Generaal van jongeren datum Deze studie, in dr
uitgegeven, was tevens het onderwerp harer dissertatie bij het verwerven
aan de universiteit van den graad van doctor in de philosophie (letteren).
Gedrukt en uitgegeven bij Erven B. van der Kamp te Groningen.
1894/5. No. 2.
Orgaan van de VEREENIGING VAN ARCHIVARISSEN in Nederland.
Berichten, enz.
De derde jaarvergadering, gehouden te 's Gravenhage
op 20 Juni 1894.
Op den bepaalden tijd en plaats waren een 18-tal leden der Vereeni-
ging verschenen. Nadat de Voorzitter, mr. 8. Muller Fz. de hierachter
afgedrukte toespraak tot opening der vergadering had gehouden, herdacht
hij kortelijk de lotgevallen onzer Vereeniging en wekte aan het slot de
leden op, om ter bevordering van haren bloei ook als zoodanig op hun'post
te zijn, met name om door hunne tegenwoordigheid op de jaarvergadering
van hunne belangstelling te doen blijken, en zooveel mogelijk de uitgave
van het Tijdschrift te steunen. Dit, zoo dan al niet door het leveren
van bijdragen, dan toch door bijv. afdrukken van archiefverslagen aan
mr. J. E. Heeres, tot opneming in de literatuurkroniek, toe te zenden,
of door aan den secretaris te doen toekomende reeds herhaaldelijk door
dezen gevraagde opgaven omtrent materieel en personeel der gemeente
archieven.
Nadat de goedkeuring der hoorders door een algemeen applaus was
geblekengaf mr. Gratama te kennendat hij met groot genoegen
en volle instemming de boeiende rede van den Voorzitter had gehoord,
dat het hem echter zoude spijten, zoo zij niet meer algemeen bekend
werden dat te meer nu onlangs in een officiëel regeeringscollegemet
name in den gemeenteraad van Zwolle, door den Voorzitter niet genoemd
maar wel bedoeld, over archieven en de daarbij werkzame ambtenaren de
vreemdste redeneeringen zijn gehouden niet alleen, maar bepaald „onge-
mesureerde termen" zijn gebruikt. Hij zou daarom willen voorstellen de
gehouden rede in ruime mate te verspreiden, en hoopte dat de Voorzitter
daartegen geen bedenking zal hebben. Met goedkeuring van dezen werd na
Goedgekeurd bij Kon. best, van 29 Sept. 1891.