Mr. J. E. Heeres. 138 organisatie van 's Rijksarchief gerekend op een tweeden adjunct-archivaris, waartoe in verband met de vermindering van het overige personeel ge rekend is op een hooger bedrag van 300. Art. 156. Kosten van onderhoud, huishoudelijke uitgaven, personeele hulp, schrijfloonen, reis- en verblijfkosten, inrichting van lokalen en aankoopen voor de Rijksarchieven 7175. Yoor 1893 was hetzelfde bedrag op dezen post uitgetrokken. Art. 157. Jaarwedden, toelagen en verdere belooningen der ambte naren en bedienden bij 's Rijksarchieven in de pro vinciën 29450.— Volgens genoemden staat valt onder dezen post: a. archivaris in Noord-Brabant ƒ2000. 2000.— 1600.— 2000.— 2500.— b. Gelderland c. Noord-Holland d. Zeeland e. Utrecht f. 9- Overijssel h. Groningen i. Drenthe 3- Limburg k. van het overkwartier van Gelderland I. 1500.— 2000.— 2000.— 2000.— 2000.— memorie 9850.- adjunct-archivarissencommiezen-char termeesters, klerken, concierges Voor 1893 was hetzelfde bedrag op dezen post uitgetrokken. Art. 158. Kosten van onderhoud, huishoudelijke uitgaven, perso neele hulpschrijfloonenreis- en verblijfkostenaan koopen meubilairaankoopstichting en inrichting van lokalen en verdere uitgaven voor de archieven in de provinciënf 62500.— Voor 1893 was op dezen post uitgetrokken een bedrag van ƒ34.000. het verschil wordt aldus toegelicht: „Verhoogd wegens den tweeden ter mijn der aanbesteding van de verbouwing en inrichting tot archiefgebouw van de Kanselarij te Leeuwardenalsmede wegens huur van een gebouw voor 's Rijksarchiefdepot te Haarlem en de uitvoering van eenige kleine werken tot inrichting van archieflokalen." Recapitulatie: 1894. 16750.— 29450.— Personeel art. 155 art. 157 1893. ƒ16450.— 29450.— ƒ45900.— 46200.- 139 Materieel art. 156 7175.— 7175. art. 158 34000.— 62500 ƒ41175.— ƒ69675.— Geheel totaal ƒ87075.— ƒ115875.— Opgaven betrekkelijk de gemeentenzooals in den vorigen jaargang op pag. 73 vlg. zullen in het volgend nommer worden geplaatst; zoo zij daarvoor tijdig worden ingezonden. Het reeds vroeger meermalen (verg. p. 28) gedane verzoekbepaaldelijk tot de gemeentelijke archivarissen gericht, wordt mitsdien herhaald, zoowel voor hen, die reeds opgaven inzonden met het oog op mogelijke wijzigingen, als ten aanzien van hen, die er nog geen gevolg aan gaven. Literatuurkroniek door (Schrijvers en uitgeversdie werken in dit Tijdschrift wenschen bespro ken te ziengelieven ze te zenden aan de redactie.) Friedrich Leist. Urkundenlehre. Katechismus der Diplomatik Palaeographie, Chronologie und Sphragistik. Zweite, verbesserte Auflage mit sechs Tafeln Abbildungen. Webers Illustrierte Katechismen. No. 106). Leipzig, Weber. 1893. (8°). XII, 372 Sb., (4 Mark.) In deze zeer vermeerderde uitgave van het bekende, in 1882 verschenen, vademecum is eine Reihe von Aenderungen und Ver- besserungen der er sten Auflage vorgenommensoweit solche durch den gegenwartigen Stand der TJrkundenwissenschaft geboten schienen Cesare Paoli. Die Abkürzungen in der lateinischen Schrift des Mittelalters. Ein methodisch-praktischer Versuch. Aus dem Italienischen übersetzt von Karl Lohmeijer. Innsbruck, Wagner. 1892. (8°). IV, 39 Ss. Dit boekje van den hoogleeraar aan de universiteit te Florence behoort tot een serie handboeken ten bate van het hooger onder wijs aan genoemde instelling en sluit zich aan een ander werk van Paoli aan, dat, in 1888 uitgekomen, in 1889 door den Konings berger professor Lohmeyer is vertaald onder den titel Grundriss zu Vorlesungen über lateinische Palcingraphie2e Auflage, Inns bruck. De schrijver onderscheidt twee soorten verkortingen in de middeleeuwsch-latijnsche palaeographie: 1°. Abkürzungen durch allgemeine Zeicken(n.l. die, welke alleen aanduiden, dat een woord afgekort is, zonder aan te geven, welke bestanddeelen het woord mist.); 2°. Abkürzungen durch besondere Zeichen" (n.l. die, Op deze wijze mag de splitsing worden gemaakt, zij het dan ook dat losse personeele hulp in de omschrijving voorkomt.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1893 | | pagina 22