margriet van gorsel, erika hokke, bart de nil, marcel ras woord vooraf Overwegingen Om te voorkomen dat de auteurs en redactie in een definitie discussie terecht zouden komen is in dit Jaarboek de definitie van SCAPE2 voor digitale preservering als uitgangspunt genomen. Volgens die definitie bestaat digitale preservering uit de volgende onderdelen: 1) Bit preservation gedefinieerd als "de werkzaamheden die benodigd zijn om de bit streams intact en leesbaar te houden". 2) Functionele preservering, ook wel omschreven als content preservering of logische preservering: is bedoeld om - door de tijd heen - de duurzame toegankelijkheid van digitale bronnen te waarborgen, door via actieve interventie de verstoring te verkleinen die wordt veroorzaakt door technologische verande ringen. Het proces genereert nieuwe technische versies van de bronnen door bijvoorbeeld format migratie. Deze nieuwe versies worden geïncorporeerd in de preservation storage omgeving, voor blijvend behoud op het niveau van de bits. Functionele preservering omvat verschillende preservering strategieën die alle bedoeld zijn om verschillende soorten digitale materialen duurzaam te behou den. Het kiezen van een bepaalde strategie moet goed worden overwogen. De gekozen strategie moet immers de integriteit waarborgen van het materiaal, ook na verschillende preservering acties en er zorg voor dragen dat het ook voor de toekomst toegankelijk is, voor zowel de organisatie als voor de doelgroepen, de Designated Communities."3 Dit onderscheid tussen passieve en actieve preservering is slechts het begin van de verschillen in reikwijdte en invalshoeken die op het onderwerp digitale preservering van toepassing kunnen zijn. De redactie heeft niet gekozen tussen de brede en de smalle definitie van digitale preservering. De smalle definitie lijkt veel op de boven staande definitie van functionele preservering, de brede definitie betreft tevens het geheel van organisatie, personeel, middelen, procesinrichting en kosten. In beide gevallen spelen de preserveringsactiviteiten zich af binnen een organisatie die een bepaalde collectie of informatieverzameling beheerd. Dit is goed vergelijkbaar met het beheren van een papieren collectie of informatieverzameling. De controle is geheel in handen van die organisatie. Tijdens de voorbereidingen van dit Jaarboek was al duidelijk dat deze vorm van controle en custody met betrekking tot digitale informatie aan het veranderen is. Er is overduidelijk een beweging zichtbaar van custodial naar post custodial beheer. De postcustodial theory of archives zegt dat "The idea that archivists will no longer physically acquire and maintain records, but that they will provide management oversight for records that will remain in the custody of the record creators."4 Daarnaast is een digitaal informatie object geen enkelvoudig, plat document meer, als het dat al geweest is, maar een meervoudig, gelaagd, samengestelde verzameling van informatie componenten. En naast die complexiteit heeft de toename in omvang en hoeveelheid van informatie objecten grote invloed om de mate van beheer van digitale objecten. Hierdoor wordt ook de noodzaak van automatisering van preserveringsactiviteiten met de dag groter of anders gezegd, preservering moet in de productiefase van de ontwikkeling van preserveringssystemen komen. Er is bewust gekozen voor de term 'preserveren' om het over de functie te hebben en niet voor het begrip eDepot. De succesvolle lobby voor eDepot's door archiefinstel lingen heeft digitaal archiveren op de kaart gezet. Tegelijkertijd wordt duidelijk dat een eDepot vooral geassocieerd wordt met een digitale bewaaromgeving en niet met het preserveringswerk dat in alle omgevingen moet worden uitgevoerd, dat voort durend monitoring van digitale informatie vereist, dat specialistische kennis vereist en dat zich buigt over de authenticiteit en betrouwbaarheid van de informatie. De aanschaf van een eDepot is de start van de organisatieverandering, van eerste bewoning naar planning van de organisatie die preservering ondersteunt. Een andere invalshoek die de redactie in overweging heeft genomen is de vraag waar preservering begint in de life cycle van een informatieobject. Zijn alle elementen voor digitale preservering bij het begin van de creatie van een digitaal informatie object beïnvloedbaar? De voorwaarden die van invloed zijn op digitale preservering zijn zeker van belang bij de creatie, opslag, beschrijving, waardering, bewaring voor lange termijn en beschikbaarstelling. De redactie heeft een strikte scheiding gehanteerd tussen het records management in de dynamische fase bij de overheid, in wetenschappelijk onderzoek, in de ontwerpfase van architectenbureaus, bij het maken van programma's door de publieke omroep en de creatieve fase van de maker van digitale kunst. Nationaal en internationaal Dit jaarboek richt zich op ontwikkelingen in Nederland (heden, verleden en toekomst), maar de ontwikkelingen in Nederland staan niet op zichzelf. Ook inter nationaal is er van alles gedacht, gedaan en geëxperimenteerd. Al in 1995 schreef Jeff Rothenberg5 over de uitdagingen van digitale duurzaamheid.6 In die tijd lag de focus nog sterk op de technische uitdagingen. Zoals uit de artikelen in dit Jaarboek zal blijken, is dit verschoven naar een meer organisatorische kwestie. Ook al in 1995 vestigde de Europese Commissie de aandacht op dit onderwerp. Dit was met name gericht op vragen rondom elektronische publicaties en rechtenkwesties. Dit mondde uiteindelijk uit in de Open Content beweging. Europese samenwerkingsprojecten gefinancierd door de EU hebben gezorgd voor een aantal forse stappen voorwaarts. ERPANET, DELOS, PRESTOSPACE en met name PLANETS zorgden voor een brede samenwerking waarin erfgoedinstellingen en onderzoekers aan elkaar gekoppeld werden. Deze projecten zijn van groot belang geweest voor de verdere ontwikkeling van een nieuw vakgebied. Zowel voor de ontwikkeling van software tools en syste men, als voor de bewustwording en kennisontwikkeling. Er zijn in de loop der tijd kleine en grote samenwerkingsverbanden opgericht. Een belangrijke rol speelden daarbij de Digital Preservation Coalition, PrestoCenter, preserveren 2 Voor meer over SCAPE zie http://scape-project.eu geraadpleegd op 21 oktober 2018. 3 Voor beide definities zie http://wiki.ncdd.nl/index.php?title=Duurzaamheidsbeleid/Beleidsuitgangspunt- Bit_Preservering en http://wiki.ncdd.nl/index.php?title=Duurzaamheidsbeleid/Beleidsuitgangspunt- Functionele_Preservering geraadpleegd 21 oktober 2018. 4 Postcustodial theory of archives, zie https://www2.archivists.org/glossary/terms/pZpostcustodial-theory- of-archives geraadpleegd 21 oktober 2018. 12 5 Jeff Rothenberg 'Ensuring the Longevity of Digital Documents' in Scientific American Vol 272 no 1 (1995) p. 42 Bibcode:1995SciAm.272a..42R. doi:10.1038/scientificamerican0195-42. 6 In die tijd spraken we over digitale duurzaamheid, vanaf het begin van de 21e eeuw spreken we over duurzame toegankelijkheid of duurzame toegang. 13

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 2018 | | pagina 7