is de Persistent Identifier voor digitale erfgoed objecten in een digitaal archief. Een voorziening voor het registreren van Persistent Identifiers is in vrijwel alle door Nederlandse erfgoedinstellingen gebruikte collectieregistratiesystemen geïmplemen teerd. Dit is gelukt omdat samen is opgetrokken met de betreffende leveranciers daarvan. SURFsara fungeert daarbij als 'nationale resolver service'3. Een praktijk voorbeeld van het afnemen van een dienst is de relatie tussen het Nationaal Archief en het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid ten aanzien van de duurzame opslag van de 'videotulen' van de Tweede Kamer (zie voor details verderop onder 5, Het model in de praktijk). In onderstaande afbeelding staan de beide manieren van samenwerking verbeeld: organisatie organisatie Organisatie A levert de dienst (3) aan organisatie B, en organisaties A en B hebben samen voorziening (4) ontwikkeld, en in gebruik. Deze zou weer aan andere organi saties beschikbaar kunnen worden gesteld. Generieke voorzieningen zouden (onder andere) de volgende kenmerken moeten hebben: Interoperabel4 Voor samenwerking zijn standaarden, protocollen en procedures nodig. Interoperabiliteit is een vereiste om een functionerend netwerk tot stand te brengen. De rollen en taakverdelingen zijn helder. Inclusief Ze zijn niet specifiek voor één partij. Er worden in principe geen partijen uitgeslo ten (hoewel in de praktijk deze 'eis' niet hard is: een dienst kan bijvoorbeeld specifiek voor één sector zijn). De dienst is herbruikbaar voor andere afnemers. 'Trustworthy' De afnemer van een dienst moet er op kunnen vertrouwen dat de dienst voldoet aan gemaakte afspraken en standaarden. Certificatie is daarbij een goed middel. Schaalbaar Denk hierbij aan aantallen afnemers en de frequentie van gebruik, maar ook aan aantallen en omvang van bestanden. Robuust Een dienst mag niet gevoelig zijn voor storingen van buitenaf, foutieve input mag niet doorwerken op de output. Betaalbaar En als laatste, maar niet het onbelangrijkste, kenmerk moet de dienst voor de afnemer betaalbaar zijn. Voor het inzicht in soorten voorzieningen en diensten biedt de huidige Producten en Diensten Catalogus, Digitale Archiefdiensten van de Serviceorganisatie Nationaal Archief (versie 1.0 van 11-1-2018)5 een goede eerste ingang. Wanneer de indeling van de Serviceorganisatie algemener wordt gemaakt ontstaat het volgende beeld: 1) Het beheren van (uitgeplaatste6) informatieobjecten van afnemers door de leverancier. 2) Het bieden van toegang tot die (uitgeplaatste) informatieobjecten. 3) Het beschikbaar stellen van digitale voorzieningen aan afnemers. Afnemers kunnen met deze digitale voorzieningen zelf informatieobjecten beheren. Voor het Nationaal Archief is één van deze voorzieningen het e-Depot. Het ondersteunen van de aansluiting van afnemers op het e-Depot is ook onderdeel van deze diensten. 4) De leverancier stelt zijn kennis over digitale archivering beschikbaar aan iedereen die daaraan behoefte heeft. Dat kan zijn door vragen te beantwoorden maar ook door kennisproducten beschikbaar te stellen. 5) Daar waar antwoorden op kennisvragen en kennisproducten niet voldoende helpen kan de leverancier op verschillende onderwerpen van digitale archivering gericht advies geven. 6) De leverancier biedt opleidingen aan op het gebied van digitale archivering. Waarom samenwerken? Eén van de vertrekpunten van het Netwerk Digitaal Erfgoed is dat door samen werking en het delen van voorzieningen en diensten effectiever en efficiënter het waarborgen van duurzame toegankelijkheid van digitale collecties kan worden bereikt. Dit is een aanname die vooralsnog niet is bewezen. Effectiviteit of doeltreffendheid. Voor duurzame toegankelijkheid betekent dat: wanneer alle organisaties die hun digitale collecties duurzaam toegankelijk willen (of moeten) bewaren daartoe in staat zijn, dan zijn de betreffende inspanningen en financiële middelen effectief. Vooralsnog hebben niet alle organisaties in Nederland de duurzame toegankelijkheid van hun digitale collecties geregeld. Dat betekent dat nog (heel) veel inspanning en inzet van financiële middelen noodzakelijk is. Kleinere erfgoedinstellingen hebben noch de kennis noch de middelen om de duur zame toegang tot hun digitale collecties te garanderen. Aansluiting bij voorzieningen van anderen kan dit oplossen. Daarnaast zijn veel voorzieningen, tools en diensten hoofdstuk 3 Afbeelding 1. Twee manieren van samenwerking 156 joost van der nat generieke voorzieningen en samenwerking 3 Zie http://www.netwerkdigitaalerfgoed.nl/kennis-en-voorzieningen/digitaal-erfgoed-houdbaar/persistent- identifiers/ geraadpleegd 11 oktober 2018 4 Zie voor een uitleg van dit begrip onder andere https://nl.wikipedia.org/wiki/Interoperabiliteit geraadpleegd 11 oktober 2018 5 Nationaal Archief Producten en Diensten Catalogus, Digitale Archiefdiensten (versie 0.1 11-1-2018) zie https://www.nationaalarchief.nl/archiveren/kennisbank/producten-en-diensten-catalogus-digitale-archief- diensten (geraadpleegd 11 oktober 2018) alwaar ook de Catalogus zelf is te downloaden. 6 'Uitplaatsen' is een term specifiek voor de sector Archief, maar is wel generiek toepasbaar waar het eigendom bij de vormer blijft en het (duurzaam) beheer door de dienstverlener wordt gedaan. 157

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 2018 | | pagina 79