De dienstverlening rond digitale intake is nu ruim een jaar beschikbaar, maar voor een heel aantal content partners blijkt de bestaande oplossing toch technisch te complex. Het aanleveren van SIPS in een vooraf gedefinieerd formaat is voor veel content partners geen sinecure. Zo blijkt het niet voor alle partners evident om data of metadata in een gestructureerd formaat uit bestaande systemen te exporteren, laat staan deze om te zetten naar een gestandaardiseerd SIP-formaat. In sommige gevallen is daarenboven eerst een datacleaning-stap nodig eer het materiaal gearchiveerd kan worden. Aan de hand van piloten en proefprojecten werd heel wat ervaring opgedaan die nu omgezet wordt in bijkomende gebruiksvriendelijke tools. Tegelijk wordt een projectaanpak voor het aanleveren van digitaal geboren materiaal verder uitgewerkt. We vullen dit aan met opleidingen en documentatie waarin een aantal best practices (aanmaak van checksums en toekennen van unieke ID's op bestaand materiaal, metadatamappings, uniformiseren van de bestaande structu ren) uitgelegd wordt. Ons uiteindelijke doel is om ook deze dienstverlening op te schalen, zonder dat dit noodzakelijk leidt tot een evenredige uitbreiding van de benodigde mankracht. Metadata Op het vlak van metadata bevindt VIAA zich op dit moment op een keerpunt: de basisinfrastructuur (modellering en implementatie daarvan) bestaat, maar de focus lag tot op heden vooral op de import van materiaal uit digitaliseringsprojecten en digitaal geboren content. De komende jaren zal metadata één van de belangrijk ste uitdagingen worden binnen het archief. Een groot aantal collecties hebben op dit moment geen of zeer beperkte metadata (ook in de systemen van content partners) en manuele annotering is duur en tijdrovend. Er zal ingezet moeten worden op de import van bestaande metadatasets en tooling om dit voor de content partners mogelijk te maken. Net als bij digitale intake is dit een belangrijke technische en operationele uitdaging. Tegelijkertijd worden tools voor de generatie van metadata matuur en betaalbaar. Onderzoek naar de juiste oplossing voor specifieke collecties moet uitwijzen welke geschikt zijn voor onze use cases. Daarnaast zal ook ingezet worden op het gebruik van thesauri of andere, bestaande vocabulaires zoals AAT, GTAA of Wikidata. Aangezien de collecties centraal opgeslagen worden, is het gebruik van gemeenschap pelijke metadatabronnen een krachtig hulpmiddel voor de uniforme ontsluiting. Deze trajecten worden verder uitgewerkt in de komende jaren. Conclusie Dankzij intensieve samenwerkingen met content partners, expertisecentra, lever anciers, nationale en internationale instellingen is VIAA er in geslaagd om op korte termijn een uitgebreide dienstverlening te realiseren. Standaarden, gestandaardiseer de formaten en een framework als OAIS zijn hierin cruciaal. Frameworks zorgden voor een gemeenschappelijke taal die de hele samenwerking kadert en ondersteunt. De adoptie van standaarden leidt in eerste instantie tot extra werk, maar biedt op langere termijn enkel voordelen. Ze maken uniforme oplossingen mogelijk, die los van technische componenten op grote schaal uitgerold kunnen worden en beheers baar blijven op lange termijn. hoofdstuk 2 130 131

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 2018 | | pagina 66