bestaat voor het overheidshandelen en een meer uitgesproken behoefte is
ontstaan aan een inclusief model voor waardering en selectie dat andere domeinen
van de samenleving omvat dan alleen de overheid. Het blijft niet alleen bij denken
en bedenken, er worden ook dingen gedaan. Met name op lokaal niveau wordt op
verschillende plaatsen volop geëxperimenteerd met het actief documenteren en
archiveren van gebeurtenissen buiten het overheidsdomein.2 Belangrijke
initiatieven hiertoe worden ook buiten het traditionele geïnstitutionaliseerde
archief- en erfgoeddomein genomen. Een interessant voorbeeld is een project van
studenten van de Universiteit van Amsterdam die een 'open and living interactive
archive' van de Maagdenhuisbezetting uit 2015 hebben opgezet. Het project is
inmiddels door het Amsterdamse Stadsarchief omarmd.3 In dit opzicht is het
inspirerend om te zien wat er buiten Nederland gebeurt. Een interessant voorbeeld is
Vox Populi van Lara Baladi. Haar doel is om de digitale echo (veelal op de sociale
media) van de Egyptische revolutie van 2011 en de nasleep ervan veilig te stellen.4
Een ander opmerkelijk initiatief is Syrian Archive, een onafhankelijk activistisch
collectief dat zich richt op het bijeenbrengen, veiligstellen en verifiëren van docu
menten die betrekking hebben op het schenden van de mensenrechten door de
betrokken partijen in het Syrische conflict. Het doel is om op die manier bewijs te
verzamelen voor toekomstig (juridisch) gebruik.5
Volgens sommigen zijn we met de voortgaande digitalisering in een post truth-
tijdperk beland.6 De eenvoud waarmee feiten, meningen, ideeën en ook onwaar
heden kunnen worden verspreid heeft de traditionele en tamelijk exclusieve poort
wachtersfunctie van instituties (denk aan de journalistieke media) om bij
verspreiding van berichten waarheid van onwaarheid en feit van mening te onder
scheiden voor een deel buiten spel gezet. Wantrouwen en weerzin tegen het bestaan
de maatschappelijke systeem komen via internetfora en -platformen gemakkelijk tot
bloei en leiden tot allerlei vormen van digitaal activisme. Recent onderzoek laat zien
hoe belangrijk het voor wetenschappers is om de beschikking te kunnen hebben over
gegevens die op dergelijke fora en platformen worden uitgewisseld en de wereld in
worden geslingerd.7 Voor de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag voldoende reden
om een project op te zetten dat gericht is op het veiligstellen van een selectie van
zogeheten maatschappijkritische websites. Het betreft sites van 'complotdenkers,
ufo-onderzoekers, eindtijddenkers en complotbestrijders'.8
Het is jammer dat de teksten bij het verschijnen van het jaarboek alweer tussen de
een en twee jaar oud zijn, met het risico dat de nieuwste denkbeelden niet in het
jaarboek terecht zijn gekomen. Ondanks dat geeft het voorliggende jaarboek een
caleidoscopisch overzicht van het denken over en het toepassen van strategieën van
waardering en selectie van archieven in met name Nederland en België met een paar
uitstapjes naar andere delen van de wereld. Bij oppervlakkige lezing zou de conclusie
kunnen worden getrokken dat de digitale ontwikkelingen het denken over waarde
ring en selectie alleen maar verder heeft vergruisd. Waar vijftien jaar geleden de
noodzaak van selectie niet werd betwist, zijn de opvattingen hierover inmiddels
verdeeld. De hoeveelheid informatie die sinds de digital turn op een of andere wijze
wordt vastgelegd, is niet alleen geëxplodeerd, de potentiële waarde die aan de enorme
data-meren (anderen spreken overigens van een datamoeras) wordt toegeschreven,
is ook in het archivistische debat over waardering en selectie een factor van belang
geworden. Data is volgens sommigen het nieuwe goud waaruit met geavanceerde
analyses economisch en wetenschappelijk gewin te behalen valt. De bestaande denk
beelden over selectie gaan uit van grootschalige vernietiging om op die manier het
meest relevante voor de toekomst te behouden. Vanuit het nieuwe perspectief dat
data waarde vertegenwoordigt, lijken selectiepraktijken een achterhoedegevecht te
zijn, gebaseerd op verouderde ideeën en niet langer een functie die waarde toevoegt.
Het is een fundamentele vraag die door een aantal auteurs in dit jaarboek van ver
schillende kanten wordt belicht. Als we de verschillende bijdragen in dit jaarboek wat
preciezer lezen, kunnen we vaststellen dat het kennen van het waarde-perspectief
van waaruit de auteurs schrijven steeds belangrijker is geworden. Afhankelijk van de
context (ook hier!) van waaruit wordt gewerkt, kan waardering en selectie heel
functioneel zijn. De begrippen waardering en selectie zijn al lang niet meer beperkt
tot de vraag of informatie mag voortbestaan of niet.9 Het gaat veeleer om waarde-
toekenning en kwaliteitsborging. Om die reden is het perspectief dat wordt gehan
teerd bepalend voor waarde-toekenning. In het jaarboek wordt dit door verschillende
casus geïllustreerd. Dat betekent dat waardering en selectie niet teruggebracht kan
worden tot louter de vraag wel of niet bewaren. Vanwege die situationele bepaaldheid
is het dan ook niet goed mogelijk om generieke uitspraken te doen over waardering
en selectie. Het vereist wel duidelijkheid, en misschien wel grotere duidelijkheid dan
nu vaak wordt gegeven, over het object van waardering en het perspectief dat wordt
gehanteerd als over waardering en selectie wordt gesproken. Laat ik dit voorwoord
afsluiten met een poging dit laatste te illustreren.
In 2011 probeerden Martin Hilbert en Priscilla Lopez te berekenen hoeveel capaciteit
in de wereld beschikbaar is om informatie op te slaan. Eerder hadden Peter Lyman en
Hal R. Varian becijferd hoeveel nieuwe informatie jaarlijks wordt geproduceerd.10
Het zal niemand verbazen dat het om duizelingwekkende hoeveelheden gaat. Maar
veel interessanter dan de pogingen om de omvang van de aanwezige informatie en
opslagcapaciteit aan de hand van ingewikkelde berekeningen inzichtelijk te maken,
voorwoord
2 Zie bijvoorbeeld E. van den Bent, L. van der Linden en T. Thomassen (eds.), Schetsboek Documenteren van
de Samenleving. De rollen van een archivaris; denken en doen (Den Haag 2015).
3 Aankondiging Maagdenhuis2015 Archive Symposium (2016) 'This archive will not just be any static
archive - it will be open and living. Anyone with relevant material in any medium is invited to upload or
send it to the archive. You will be able to edit, tag and save material on your personal profile, under a
Creative Commons license. This way the archive embodies an innovative communal form of writing history,
as opposed to the curated approach'. Zie http://rethinkuva.org/events/maagdenhuis2015-archive-sympo-
sium-launch/.
4 Zie Vox Populi, Archiving a Revolution in the Digital Age, http://tahrirarchives.com.
5 Syrian Archive. Curating Visual Documentation for Justice and Human Rights, https://syrianarchive.org/en.
6 Het begrip post-truth tijdperk zegt mijns inziens meer over de perceptie dan over wat er werkelijk aan de hand
is. Als we naar de omvangrijke hoeveelheid inmiddels ontmaskerde 'verzonnen' rechtsbewijzen die zich in de
gekoesterde en kostbare charterverzamelingen van veel archiefinstellingen bevinden kijken, zou er voldoende
reden zijn de middeleeuwen als het ante-truth tijdperk aan te duiden.
VI
7 J. van Buuren, Doelwit Den Haag?: complotconstructies en systeemhaat in Nederland 2000-2014
(Leiden 2016).
8 Nieuwsbericht Koninklijke Bibliotheek: https://www.kb.nl/nieuws/2018/webarchiveringsteam-kb-
genomineerd-voor-internet-innovatie-award-2018 Ook hier is de vergelijking met het kunnen beschikken
over de ontmaskerde valse rechtsbewijzen van weleer op zijn plaats. Het zijn de getuigenissen van bepaalde
praktijken en daarmee spiegels van de tijd.
9 Zie ook de nieuwe versie van ISO standaard 15489 en ISO DTR 21946 Appraisal for managing records
(in bewerking).
10 M. Hilbert en P. López, 'The world's technological capacity to store, communicate, and computeinforma-
tion', Science 332:6025 (2011) 60- 65; M. Hilbert en P. López, 'How to Measure the World's Technological
Capacity to Communicate Store, and Compute Information Part 1: Results and Scope', International
Journal of Communication 6 (2012) 956-979; P. Lyman and H.R. Varian, 'How much information 2003?',
http://groups.ischool.berkeley.edu/archive/how-much-info-2003/.
VII