Bowker en Star geven een opsomming van de eigenschappen van standaarden in de
praktijk.5 In hun ogen zijn standaarden een verzameling regels, waar overeenstem
ming over is. Zij overspannen meer dan een activiteit, plaats of gemeenschap. Zij zijn
tijdelijk van aard, maar zij zullen ook niet snel veranderen. Ze zijn bedoeld om loca-
tieonafhankelijk te kunnen werken en hebben een mandaat op basis van wet- en
regelgeving of op basis van de professionele gemeenschap.6
Standaarden voor de digitale infosphere
De digitale infosphere verlangt nieuwe standaarden en ook nieuwe samenhangen
tussen die standaarden. Hans Boutellier noemt standaarden voor interoperabiliteit
"gecontroleerde condities voor digitaal verbonden kunnen zijn".7
De functie van standaarden in een digitale wereld is in principe dezelfde als in aller
lei andere werelden en vakgebieden. Het zijn de normen die afgesproken zijn om
informatie, producten en diensten op een functionele manier te kunnen delen.
Maar de impact van het niet toepassen van standaarden is nog veel groter dan in de
analoge wereld. Dat heeft te maken met de deconstructie van de informatie en de
informatiedrager in een digitale omgeving. Voor alle niveaus die door die decon
structie zijn ontstaan, bestaan standaarden die toegepast moeten worden.
Het gaat bijvoorbeeld om standaarden voor de fysieke dragers. Het gaat ook over de
codering, semantiek, syntaxis, structuur en uitwisselingsprotocollen van de binaire
data. En uiteraard gaat het daarnaast over standaarden voor (functionaliteiten) van
hardware, netwerken, operating systems en applicatiesoftware. Al die standaarden
moeten blijvend worden nageleefd. Anders kan de digitaal vastgelegde informatie
niet tijdig, niet volledig of helemaal niet beschikbaar worden gesteld.
De deconstructie van informatie is ook een van de oorzaken dat de metafoor van de
'architectuur' zo belangrijk is geworden. Voor alle onderdelen, en voor de samen
hang tussen die onderdelen, van een ICT-architectuur moet namelijk gespecificeerd
worden aan welke normen deze moeten voldoen. En die normen zijn vaak terug te
voeren op (internationale) standaarden.
De herkomst en ordening van standaarden
Standaarden kennen ook een ordeningsprincipe: des te wijder toegepast, des te
belangrijker de standaard is. Lokale varianten dienen altijd te passen in de wereld
wijde standaard. Dat kunnen we het 'matroesjka'-prindpe van standaarden noemen.
De belangrijkste wereldwijde organisatie is de International Standards Organization
(ISO). In Nederland is het Nederlands Normalisatie Instituut (NEN) de belangrijk
ste organisatie voor standaardisatie. Daarnaast bestaan er ook vele branche-specifie
ke organisaties (nationaal en internationaal) die standaarden samenstellen en
uitdragen, bijvoorbeeld de International Council on Archives (ICA) op internatio
naal niveau en het Forum Standaardisatie (FS) en het Landelijk Overleg Provinciale
Archiefinspecteurs (LOPAI) op nationaal niveau. Tenslotte zijn er ook standaarden
ontwikkeld door specifieke instellingen die breed geaccepteerd worden als 'best
practice'. Denk daarbij aan PREMIS, EAD, EAC en METS, die afkomstig zijn en/
of onderhouden worden door de Library of Congress in de Verenigde Staten.
Een belangrijk aspect is die van het onderkende belang van de standaard. Een stan
daard is 'bindend' als deze wordt beschreven in wet-en regelgeving.8 De standaard
kan voor de betrokken partijen ook als bindend worden beschouwd als het wordt
genoemd in samenwerkingsverbanden. Ook kan een standaard worden gezien als
een 'referentiekader' of een richtlijn. Het belang is dan dat de standaard de rand
voorwaarden voor een gewenste situatie weergeeft, in plaats van de randvoorwaar
den voor een noodzakelijke situatie.
Een overzicht van standaarden voor informatiebeheer
Het overzicht in de volgende paragrafen heeft, zoals gezegd, niet de pretentie om
volledig te zijn. Het geeft weer welke standaarden zijn genoemd in de Nederlandse
Archiefregeling. Daarnaast worden standaarden genoemd die regelmatig gebruikt
worden en/of onderwerp zijn van discussie.
De standaarden met betrekking tot digitaal archiefbeheer en met betrekking tot
metadata zijn sterk in ontwikkeling. Daarom zij de lezer gewaarschuwd: het over
zicht is een momentopname van een situatie die snel kan veranderen!9 Om goed
op de hoogte te blijven is het raadzaam om geregeld de websites te bezoeken van
bijvoorbeeld het Nederlands Normalisatie Instituut (NEN), van het Forum
Standaardisatie, van DEN en van de ICA.10
Definities, management en control
Op deze drie terreinen zijn de standaarden sterk in ontwikkeling. Zo worden
momenteel door de ISO standaarden op het gebied van management en kwaliteit
zelf gestandaardiseerd conform de High Level Structure (HLS).11 Op nationaal
niveau worden regelmatig auditinstrumenten en richtlijnen gepubliceerd voor
overheidsinstellingen. Doorgaans baseren deze zich op een of meer internationale
standaarden.
METHODEN EN TECHNIEKEN
5 Geoffrey C. Bowker en Susan Leigh Star, Sorting Things Out: Classification and its Consequences, Cambridge,
2000, p.10; geciteerd in Alan C. Bell, a.w., p. 27.
6 Het lijkt erop dat standaarden op deze manier een vorm van paradigmatisch denken bevatten. Waar een
volgroeide wetenschap volgens Kuhn uitgaat van één paradigma, zo zal voor een volgroeid product bijvoor
beeld ook één standaard bestaan. Wellicht is een standaard een praktische uitwerking van een paradigma en
erft een standaard daarmee ook diens eigenschappen, zoals tijdelijkheid en acceptatie? Voor een heldere
wetenschapsfilosofische uitleg van Thomas Kuhn's paradigma, zie Alan Chambers, Wat heet wetenschap,
Amsterdam, 2003, p. 129-155.
7 Hans Boutellier, 'Verbinden door controle, de paradoxale opdracht van standaardisatie' in Interoperabel
Nederland, uitgave van het Forum Standaardisatie, Den Haag, 2012, p. 93.
188
FRANS SMIT BLOKKENDOZEN EN MATROESJKA'S
8 Wel is het zo dat de vermelding van bijv. NEN-normen in wet-en regelgeving niet automatisch tot gevolg
heeft dat deze algemeen verbindend zijn. Zie bijvoorbeeld http://www.publiekrechtenpolitiek.nl/over-nen-
normen-en-het-lekkende-legaliteitsbeginsel/ (geraadpleegd op 14 mei 2013).
9 Lijst opgemaakt op 6 mei 2013 met gebruikmaking van http://wetten.overheid.nl/BWBR0027041/
geldigheidsdatum_06-05-2013.
10 Zie de bijlage met afkortingen voor de websites.
11 Zie bijvoorbeeld http://www.iso.org/iso/home/news_index/news_archive/news.htm?refid=Refl621
(geraadpleegd op 7 mei 2013). De Werkgroep Kwaliteitsmodel Archiefinspectie (zie het laatste artikel van
deze publicatie) onderzoekt momenteel de HLS als uitgangspunt voor de inrichting van de beheersing
van audit- en kwaliteitszorgprocessen.
189