Preface Koloniale archieven mogen zich de laatste jaren verheugen in een toenemende aandacht van onderzoekers. Al van oudsher zijn de archieven van VOC, WIC en van het ministerie van koloniën die bewaard worden in het Nationaal Archief in Den Haag een dankbare bron voor historici uit binnen- en buitenland. Zij vonden en vinden er voor vele landen de oudste gegevens over het eigen verleden. Een toename van het onderzoek kwam na 1998 toen door het TANAP-project voor de ontsluiting en materiële verzorging van VOC- archieven in Indonesië, Sri Lanka, Zuid-Afrika en India, ook de in die landen achtergebleven archieven van factorijen en koloniale besturen gemakkelijker beschikbaar kwamen. Ook bij niet-historici en in andere landen bestaat een levendige belangstelling voor koloniale archieven. Zo is The National Archives in Londen recent begonnen met het overnemen en beschikbaar stellen van grote hoeveelheden archief van het koloniaal bestuur en worden in staten buiten Europa koloniale archieven gebruikt bij grenskwesties en exploitatie van het cultureel erfgoed. Het jaarboek Colonial legacy in South East Asia. The Dutch archives gaat echter niet over het historisch, antropologisch of ander onderzoek in de koloniale archieven. In dit jaarboek staat het koloniaal archief zelf centraal. Dat archief wordt door de redacteuren gedefinieerd als 'procesgebonden informatie die voortvloeit uit het vormen, in standhouden, besturen, beheren, exploiteren en ontwikkelen van de gebieden en inwoners die in een afhankelijke bestuurlijke relatie staan tot een externe heersende macht'. Recente ontwikkelingen in het onderzoek pleiten voor een andere manier van kijken naar de archieven, voor anders gericht onderzoek. In de Ketelaarlezing van 2011 heeft Ann Stoler aandacht besteed aan deze andere manier van kijken naar de koloniale archieven. Om er achter te komen hoe de gegevens in het archief gebruikt moeten worden, is kennis van het archief zelf noodzakelijk. Het archief als onderwerp van onderzoek, niet het archief als bron voor de geschiedenis, en met een analyse van de functies van archieven. In dit jaarboek geven negen auteurs een andere kijk op de koloniale archieven. Daarbij worden niet alleen de hand liggende archieven van de verschillende bestuursorganen en handelscompagnieën onder de loep genomen. Ook voor onderzoek in andere, minder bekende particuliere archieven, zoals die van organisaties van missie en zending, is het van belang de functie van het archief te onderkennen. Wat legden zendelingen en missionarissen vast voor de uitzendende organisaties, vanuit welke achtergrond en met welk doel? Het doet het bestuur van de Stichting Archiefpublicaties genoegen dat drie experts op het gebied van koloniale archieven, Charles Jeurgens, Ton Kappelhof en Michael Karabinos, er in geslaagd zijn een keur van specialisten op dit gebied over te halen een bijdrage te schrijven voor dit jaarboek. Aan hen en aan de auteurs komt veel dank toe voor hun inzet. Het bestuur hoopt dat dit jaarboek

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 2012 | | pagina 5