niet wordt vervuld. en zoo de geruchten waarheid behelzen, zijn er ook
andere gemeentebesturen, die slechts op het aftreden van den archivaris wachten,
om dat voorbeeld te volgen."41 Bij de rijksarchieven is het niet veel beter. De
functie van rijksarchivaris in Drenthe wordt vanaf 1924 niet vervuld. De rijks
archivaris in Groningen neemt het ambt in Drenthe waar. Als in 1934 ook de
functie van rijksarchivaris in Limburg wordt waargenomen door een charter
meester constateert de VAN-voorzitter, W. Moll, dat in zes van de tien
Rijksarchieven in de provincie geen rijksarchivaris is benoemd. Ook zijn vijf plaat
sen van (hoofd)commies niet ingevuld. Bij gemeenten zorgen bezuinigingen er
voor dat een aantal archivarisplaatsen nog steeds niet is vervuld. "Uw Bestuur
heeft in een adres aan H.M. de Koningin gewezen op wat wij als een misstand
voelen en verzocht de open plaatsen, althans der rijksarchivarissen, weder op te
vullen. Antwoord werd tot heden niet ontvangen."42 Moll meldt in diezelfde ver
gadering dat het VAN bestuur ook heeft geprotesteerd tegen een andere bezuini
gingsmaatregel. De minister van OKW heeft besloten om het drukken van
inventarissen stop te zetten. Dit raakt de kern van het werk van de archivaris,
het inventariseren.43
Ook binnen de beroepsgroep rommelt het. Een aantal gemeentearchivarissen
richt in 1919 44 een eigen vereniging van gemeentearchivarissen op om hun
'vakbelangen', zoals salarissen, te behartigen. Dit tot grote schrik van het VAN-
bestuur, dat zelfs bereid is om af te treden om een schisma te voorkomen. Het
bestuur benoemt een commissie die tijdens de extra ledenvergadering van januari
1920 het voorstel doet om de VAN te reorganiseren. De vereniging zal zich voort
aan ook met de 'materiële belangen' van de beroepsgroep bezig houden. Binnen
de hoofdvereniging ontstaan twee afdelingen die zich hier specifiek mee bezig
zullen houden. De statutenwijziging krijgt zijn beslag in het najaar, als de
Afdeling van rijksarchiefambtenaren en de Afdeling van gemeente- en water-
schapsarchiefambtenaren voor het eerst bijeen komen. Fruin, die de voorzitters
hamer van Muller heeft overgenomen, bevestigt de verandering in zijn jaarrede
"Tot dusverre was de Vereeniging van archivarissen in Nederland zoo niet uitslui
tend dan toch in hoofdzaak eene wetenschappelijke vereeniging, waarin de belan
gen van de archiefambtenaren slechts bij voorkeur behandeld werden. Thans gaat
dat anders worden."45 Tot 1961 blijven beide afdelingen bestaan.46
De crisis treft de beroepsgroep vrij stevig. De instroom van jonge archivarissen
stokt. Functies blijven onvervuld. Veel nieuwe archivarissen krijgen geen aanstel
ling bij een archiefdienst, maar blijven volontair. De professionele kern van het
BI
ERIKA HOKKE ER IS EEN ARBEIDSVERDEELING GEKOMEN
42 W. Moll 'Toespraak van den Voorzitter' in: NAB 42 (1934-1935) p. 10 Ook in zijn toespraken in de daarop
volgende jaren meldt Moll de openstaande vacatures in het archiefwezen.
43 Idem. Zie ook Martens 'Is het drukken van archiefinventarissen weelde?' in NAB 41 (1933-1934) p. 33-41
Het is niet zo dat het inventariseren hiermee ook stopt. Maar de gedrukte inventaris zorgde, bijvoorbeeld via
een recensie in het NAB, voor vakmatige discussie. Door het wegvallen van deze discussies wordt de kern
van het beroep geraakt.
44 S. Muller 'Toespraak van de voorzitter' in: NAB 28 (1919-1920) p. 5-16, 'Berichten' in idem p. 84-85 en
'Verslag van de buitengewone vergadering van de Vereeniging van Archivarissen in Nederland' in: NAB 28
(1919-1920) p. 143.
45 R. Fruin 'Toespraak van den Voorzitter' in: NAB 29 (1920-1921) p. 18.
46 De beide afdelingen fuseren in dat jaar tot de Vereniging van Wetenschappelijke Archiefambtenaren in
Overheidsdienst. Deze vereniging bestaat tot 1975.