nemers, de archivarissen, krijgt vorm. De basis is gelegd voor de vorming van een
zelfstandig beroep.
Na de 'externe' stimulans vanuit de afdeling K.W. richting professionalisering
van het Nederlands archiefwezen volgt binnen dat veld een 'intern' proces van
beroepsvorming. De oprichting van de Vereniging van Archivarissen (VAN) in
1891 en de uitgave van het Nederlandsch archievenblad (NAB) vanaf 1892 zijn te
beschouwen als de eerste momenten van institutionalisering. Vanaf dat moment
zijn er immers omgevingen waar individuele beroepsbeoefenaren met elkaar in
contact kunnen komen, kennis kunnen ontwikkelen en een gezamenlijk stand
punt uit kunnen dragen. De behoefte hieraan was groot, zo blijkt uit het ope
ningsartikel van het nieuwe VAN-bestuur in het eerste nummer van het
Nederlandsch Archievenblad: "Zij, die in dezen het initiatief namen, mochten zich
verheugen in de bijna algemeene sympathie hunner ambtgenooten. Die sympa
thie, gebleken uit de toetreding van 40 op een getal van 48 archief ambtenaren,
die voor het lidmaatschap onzer vereeniging in aanmerking konden komen, ken-
teekent haar levenskracht en waarborgt haar voortbestaan. Zij toont tevens, dat
de vereeniging werkelijk in een lang gevoelde behoefte voorziet. Ook op ons
gebied zijn, evenals op ander arbeidsveld, in den tegenwoordigen tijd vereeniging
en samenwerking de onmisbare voorwaarden voor vooruitgang."20 In 1892
besluit het VAN-bestuur om samenwerking met bibliothecarissen af te wijzen,
vanwege 'de betrekkelijk mindere samenhang'.21 Het besluit toont dat het VAN-
bestuur destijds van mening was dat archivarissen en bibliothecarissen verschil
lende beroepen zijn.
In het openingsartikel van het nieuwe tijdschrift geeft het bestuur aan wat het
doel van de vereniging is en waar de activiteiten van de vereniging zich op zullen
richten.22 Het doel is de bevorderingen van de belangen van het Nederlands
Archiefwezen. Dat wil de vereniging bereiken via de volgende activiteiten:
1. het streven naar een regeling van het archiefwezen bij wet (gerealiseerd in
1918)
2. het houden van bijeenkomsten
3. het uitgeven van 'gedrukte mededelingen' (het Nederlandsch Archievenblad).
Dat de bestuursleden geen gezelligheidvereniging voor ogen hebben blijkt wel uit
de toelichting die zij geven bij de tweede actielijn 'het houden van bijeenkomsten'.
Het bestuur onderschat het belang van vriendschapsbanden tussen archivarissen
niet, maar de bijeenkomsten moeten toch vooral over de inhoud gaan: "Dat zij
[de bijeenkomsten] zullen moeten strekken ter bespreking van onderwerpen,
meer of minder in verband staande met het vak waaraan wij onze krachten
wijden, spreekt van zelf". Voor deze bijeenkomsten kunnen onderwerpen worden
ingediend, die dan door alle leden kunnen worden bestudeerd. Dat levert niet
PROFESSIE
20 'L.S!' in: NAB 1 (1892-1893) p. 1-7, aldaar op p. 1. Het bestuur bestaat uit: A.J. Enschede (voorzitter), Seerp
Gratama (secretaris), N. de Roever (penningmeester) en de leden A.C. Bondam, Ch.M. Dozy en J.A. Feith.
21 Archief van de Vereniging van Archivarissen in Nederland, inv.nr. 5. Bij: A.E.M. Ribberink 'Op weg naar
democratie' in: P. Brood Respect voor de oude orde. Honderd jaar Vereniging van archivarissen in Nederland
(Hilversum, 1991) p.11-26.
22 'L.S!' in: NAB 1, p. 3-4.
23 Idem p. 4.
24 Zie S. Muller Fz 'Victor de Stuers en de Nederlandsche archieven' in NAB 22 p. 45.
26